Reisverslag Marja Spiering (Ko-Mar): van San francisco, CA naar San francisco, CA
Startdatum: | 2009-09-30 | Startpunt: | San francisco, California |
Einddatum: | 2009-10-31 | Eindpunt: | San francisco, California |
Aantal volwassenen: | 2 | Vervoermiddel heen & terug: | Vliegtuig (BMI/United) |
Aantal kinderen: | 0 | Vervoermiddel ter plaatse: | Camper (Roadbear) |
Informatie, inleiding en conclusie:
Externe links:4.5 week naar het Zuid Westen van Amerika, voor een rondreis per Camper. Een lang gekoesterde droom komt uit.
Reisblog of topic
Meer foto's
Totaal afgelegde afstand in mijlen: 3461
Route van dag tot dag:
Dag 1: | san francisco, CA naar San Francisco, CA |
Dag 2: | San Francisco, CA naar San Francisco, CA |
Dag 3: | San Francisco, CA naar Gilroy, CA |
Dag 4: | Gilroy, CA naar Yosemite national park, CA |
Dag 5: | Yosemite national park, CA naar Lake Isabella, CA |
Dag 6: | Lake Isabella, CA naar Death Valley, CA |
Dag 7: | Death Valley, CA naar Las Vegas, NV |
Dag 8: | Las Vegas, NV naar Las Vegas, NV |
Dag 9: | Las Vegas, NV naar Zion national park, UT |
Dag 10: | Zion national park, UT naar Zion, UT |
Dag 11: | Zion national park, UT naar Bryce national park, UT |
Dag 12: | Bryce national park, UT naar Capitol Reef national park, UT |
Dag 13: | Capitol Reef national park, UT naar Moab, UT |
Dag 14: | Moab, UT naar Moab, UT |
Dag 15: | Moab, UT naar Bluff, UT |
Dag 16: | Bluff, UT naar Monument Valley, AZ |
Dag 17: | Monument Valley, AZ naar Page, AZ |
Dag 18: | Page, AZ naar Page, AZ |
Dag 19: | Page, AZ naar Grand Canyon, AZ |
Dag 20: | Grand Canyon, AZ naar Williams, AZ |
Dag 21: | Williams, AZ naar Needles, AZ |
Dag 22: | Needles, AZ naar Indio, CA |
Dag 23: | Indio, CA naar San Diego, CA |
Dag 24: | San Diego, CA naar San Diego, CA |
Dag 25: | San Diego, CA naar San Diego, CA |
Dag 26: | San Diego, CA naar Malibu, CA |
Dag 27: | Malibu, CA naar Pismo Beach, CA |
Dag 28: | Pismo Beach, CA naar Santa Cruz, CA |
Dag 29: | Santa Cruz, CA naar San Francisco, CA |
Dag 30: | San Francisco, CA naar San Francisco, CA |
Dag 31: | San Francisco, CA naar San Francisco, CA |
Dag 32: | San Francisco, CA naar San Francisco, CA |
Terug naar boven
Dag 1: Woensdag 30 September 2009
Van: san francisco, CA, United StatesVia: London
Naar: San Francisco, CA, United States
05.00 uur de wekker gaat, waarom? Geen idee, want ik ben er namelijk allang uit. Met moeite heb ik een paar onrustige hazeslaapjes geslapen. En om kwart voor 5, was het genoeg. Nee, ik ga niet liggen wachten op de wekker. Dus ik sta op, rook beneden een sigaret en ga de laatste was ophangen.
Hierna stap ik onder de douche, wanneer Ko er onder staat en ik afgedroogd op de slaapkamer sta, komt ook Brian zijn bed uit. Hij moet even geduld hebben en dan kan hij ook douchen. Alleen hij gaat douchen om naar zijn werk te gaan, en wij om aan onze reis naar Amerika te beginnen.
Zodra ik beneden ben, laat ik eerste Shendor uit. We drinken nog een kopje thee, en voor de afgesproken tijd staat de taxi al voor de deur.
Naar Schiphol
Om 6.35 uur staan we op schiphol. Ik rook nog snel een sigaret. Bij de BMI balie is het heel erg stil, aan de voor kant en aan de achterkant. Het blijkt dat het systeem down is, en dat iedereen die met Lufthansa en dus ook BMI vliegt handmatig ingecheckt moet worden. Dit kost tijd, veel tijd! Door het probleem, zal de BMI balie pas om 7.10 uur open gaan, dit wordt uiteindelijk 7.30 uur. Maar dat geeft eigenlijk niet, we hebben vakantie en ontmoeten, ook wachtend voor de balie, een hele aardige en spontane Canadees, met wie we een praatje maken en daarmee gelijk de tijd doden.
Ook al heb je thuis al online ingecheckt, daar heb je nu dus helemaal niets meer aan. Ook de plekken die je gekregen hebt bij het online inchecken, zijn nu niet meer geldig. Nee, nu mag iedereen gaan zitten waar hij wil, straks in het vliegtuig.
Later halen we een koffie, een blad om in te lezen straks, en natuurlijk de taxvrije sigaretten, ha eindelijk mag ik ook taxvrije sigaretten kopen. Hierna lopen we door naar de gate, daar aangekomen zijn we de eerste, maar toch mogen we al snel door de security. Hier nemen we nog plaats op de stoeltjes om te wachten op het boarden. Het wordt drukker en drukker. En even later blijkt dat we met de complete bevolking van Urk in het toestel zitten. 144 in totaal. Zij zijn onderweg naar Toronto. Ondanks dat de bewoners van Urk te boek staan als zeer gelovig, manieren hebben ze niet. Ze staan te schreeuwen naar elkaar, en dringen voor, en niet eens sneeky, nee ze gaan gewoon met zijn allen voor je staan, zonder te blikken of te blozen.
Vertraging
Nog wat later, horen we dat het boarden pas om 10.00 uur gaat beginnen, dat terwijl het vliegtuig eigenlijk om 9.40 zou moeten vertrekken. Als het zover is mogen de mensen die online hebben ingecheckt als eerste aan boord, toch!! En zijn de stoelen die je bij het inchecken gekregen hebt nog steeds geldig. Dus wij mogen naar binnen en Urk moet wachten. En we zitten helemaal vooraan. Paul, de aardig Canadees komt weer naast ons zitten, en zo hebben we de hele vlucht naar Londen een leuke gesprekspartner.
Op Heathrow eten we een broodje en nemen we een drankje. In plaats van 4 uur overstap, is dat nu met de vertraging 3 uur geworden. Na wat gegeten te hebben, lopen we nog een rondje over Heathrow. Na nog even gezeten te hebben, mogen we naar de gate. Het boarden begint al snel, en met een kleine vertraging vertrekken we richting San Francisco.
De Vlucht
De vlucht is als rijden op de dirtroad, nogal hobbelig dus. Bijna de hele vlucht moeten de riemen vast. En 11 uur.... ik vind het toch wel een hele zit! Na de landing komt bij mij het besef dat ik nu dus echt in Amerika ben, en de tranen schieten me in de ogen. Zolang heb ik ervan gedroomd en nu is het dus echt.
San Francisco
Om 17.08 uur landen we op SFO. Hier gaat alles zeer vlot. De douanebeamte maakt nog even een gezellig praatje met ons. Hierna gaan we door naar de shuttle voor het hotel en ook die staat al klaar. Dus om 18.30 uur zitten we al in onze hotel kamer. Hierna lopen we nog even om te kijken of de Bart naar downtown kunnen vinden, dit lukt niet. Dus kopen we maar een broodje en wat drinken bij de market van een benzine pomp.
Hierna stap ik onder de douche, wanneer Ko er onder staat en ik afgedroogd op de slaapkamer sta, komt ook Brian zijn bed uit. Hij moet even geduld hebben en dan kan hij ook douchen. Alleen hij gaat douchen om naar zijn werk te gaan, en wij om aan onze reis naar Amerika te beginnen.
Zodra ik beneden ben, laat ik eerste Shendor uit. We drinken nog een kopje thee, en voor de afgesproken tijd staat de taxi al voor de deur.
Naar Schiphol
Om 6.35 uur staan we op schiphol. Ik rook nog snel een sigaret. Bij de BMI balie is het heel erg stil, aan de voor kant en aan de achterkant. Het blijkt dat het systeem down is, en dat iedereen die met Lufthansa en dus ook BMI vliegt handmatig ingecheckt moet worden. Dit kost tijd, veel tijd! Door het probleem, zal de BMI balie pas om 7.10 uur open gaan, dit wordt uiteindelijk 7.30 uur. Maar dat geeft eigenlijk niet, we hebben vakantie en ontmoeten, ook wachtend voor de balie, een hele aardige en spontane Canadees, met wie we een praatje maken en daarmee gelijk de tijd doden.
Ook al heb je thuis al online ingecheckt, daar heb je nu dus helemaal niets meer aan. Ook de plekken die je gekregen hebt bij het online inchecken, zijn nu niet meer geldig. Nee, nu mag iedereen gaan zitten waar hij wil, straks in het vliegtuig.
Later halen we een koffie, een blad om in te lezen straks, en natuurlijk de taxvrije sigaretten, ha eindelijk mag ik ook taxvrije sigaretten kopen. Hierna lopen we door naar de gate, daar aangekomen zijn we de eerste, maar toch mogen we al snel door de security. Hier nemen we nog plaats op de stoeltjes om te wachten op het boarden. Het wordt drukker en drukker. En even later blijkt dat we met de complete bevolking van Urk in het toestel zitten. 144 in totaal. Zij zijn onderweg naar Toronto. Ondanks dat de bewoners van Urk te boek staan als zeer gelovig, manieren hebben ze niet. Ze staan te schreeuwen naar elkaar, en dringen voor, en niet eens sneeky, nee ze gaan gewoon met zijn allen voor je staan, zonder te blikken of te blozen.
Vertraging
Nog wat later, horen we dat het boarden pas om 10.00 uur gaat beginnen, dat terwijl het vliegtuig eigenlijk om 9.40 zou moeten vertrekken. Als het zover is mogen de mensen die online hebben ingecheckt als eerste aan boord, toch!! En zijn de stoelen die je bij het inchecken gekregen hebt nog steeds geldig. Dus wij mogen naar binnen en Urk moet wachten. En we zitten helemaal vooraan. Paul, de aardig Canadees komt weer naast ons zitten, en zo hebben we de hele vlucht naar Londen een leuke gesprekspartner.
Op Heathrow eten we een broodje en nemen we een drankje. In plaats van 4 uur overstap, is dat nu met de vertraging 3 uur geworden. Na wat gegeten te hebben, lopen we nog een rondje over Heathrow. Na nog even gezeten te hebben, mogen we naar de gate. Het boarden begint al snel, en met een kleine vertraging vertrekken we richting San Francisco.
De Vlucht
De vlucht is als rijden op de dirtroad, nogal hobbelig dus. Bijna de hele vlucht moeten de riemen vast. En 11 uur.... ik vind het toch wel een hele zit! Na de landing komt bij mij het besef dat ik nu dus echt in Amerika ben, en de tranen schieten me in de ogen. Zolang heb ik ervan gedroomd en nu is het dus echt.
San Francisco
Om 17.08 uur landen we op SFO. Hier gaat alles zeer vlot. De douanebeamte maakt nog even een gezellig praatje met ons. Hierna gaan we door naar de shuttle voor het hotel en ook die staat al klaar. Dus om 18.30 uur zitten we al in onze hotel kamer. Hierna lopen we nog even om te kijken of de Bart naar downtown kunnen vinden, dit lukt niet. Dus kopen we maar een broodje en wat drinken bij de market van een benzine pomp.
Terug naar boven
Dag 2: Donderdag 1 Oktober 2009
Van: San Francisco, CA, United StatesVia: Fishermans Warf, Golden gate bridge
Naar: San Francisco, CA, United States
Net terug van een drukke, volle maar zeer fijne dag San Francisco. Morgen worden we al vroeg opgehaald door Roadbear.
Eerste dag
Maar eerst deze dag. Om 8 uur gaan we met de BART naar Civic centre. Vanaf hier gaan we lopen. Eerst richting Union square waar we even het hotel bekijken, waar we aan het eind van onze vakantie nog 2 dagen zullen verblijven. Vanaf hier willen we eigenlijk met de cable car naar Fishermans warf, maar als we de rij bij de kaart verkoop zien, en bij de halte besluiten we te gaan lopen. Heuvel op wel te verstaan. Ach, het is een goede training voor de andere wandelingen die we nog willen gaan maken deze vakantie.
Bij pier 39 bekijken we even de zeeleeuwen, hierna gaan we naar blazing saddles om fietsen te huren. We willen dit vandaag doen, omdat het werkelijk prachtig weer is vandaag, en we niet weten hoe het straks eind oktober zal zijn.
Fietsen
Met de fiets vertrekken we richting de Golden Gate bridge, die er vandaag de hele dag in volle zon heeft bijgehangen.
Het is warm, en zonder wind echt prachtig fiets weer. Met maar 1 x lopen, een klein stukje, bereiken we de Golden Gate bridge. Ik moet mezelf de hele tijd vertellen, dat ik echt met een fiets over de Bridge fiets. We maken een aantal stops, gewoon om van het uitzicht te genieten, en om foto's te maken.
Na de bridge fietsen we door naar Sauselito, waar we een ijsje eten, en de ferry terug nemen naar San Francisco.
Hierna eten we wat bij Hard Rock café.
Alcatraz
We hebben thuis al tickets geregeld, voor de avond tour van Alcatraz. Dus om half 6 staan we klaar bij pier 33. We doen de audio tour, welke we erg indrukwekkend vinden. Maar we zijn ook best wel moe, en ook nog eens zwaar verbrand. Daar hadden we eigenlijk niet opgerekend.
Met de Bart gaan we weer terug naar het hotel, waar we om 23.30 uur arriveren. Een erg lange dag dus vandaag. Omdat we morgen toch wel weer vroeg opmoeten, hou ik dit verslag een beetje beperkt. En we hebben besloten om na het halen van de camper niet verder te rijden dan Gilroy. Twee vermoeiende dagen achter elkaar is wel genoeg.
Eerste dag
Maar eerst deze dag. Om 8 uur gaan we met de BART naar Civic centre. Vanaf hier gaan we lopen. Eerst richting Union square waar we even het hotel bekijken, waar we aan het eind van onze vakantie nog 2 dagen zullen verblijven. Vanaf hier willen we eigenlijk met de cable car naar Fishermans warf, maar als we de rij bij de kaart verkoop zien, en bij de halte besluiten we te gaan lopen. Heuvel op wel te verstaan. Ach, het is een goede training voor de andere wandelingen die we nog willen gaan maken deze vakantie.
Bij pier 39 bekijken we even de zeeleeuwen, hierna gaan we naar blazing saddles om fietsen te huren. We willen dit vandaag doen, omdat het werkelijk prachtig weer is vandaag, en we niet weten hoe het straks eind oktober zal zijn.
Fietsen
Met de fiets vertrekken we richting de Golden Gate bridge, die er vandaag de hele dag in volle zon heeft bijgehangen.
Het is warm, en zonder wind echt prachtig fiets weer. Met maar 1 x lopen, een klein stukje, bereiken we de Golden Gate bridge. Ik moet mezelf de hele tijd vertellen, dat ik echt met een fiets over de Bridge fiets. We maken een aantal stops, gewoon om van het uitzicht te genieten, en om foto's te maken.
Na de bridge fietsen we door naar Sauselito, waar we een ijsje eten, en de ferry terug nemen naar San Francisco.
Hierna eten we wat bij Hard Rock café.
Alcatraz
We hebben thuis al tickets geregeld, voor de avond tour van Alcatraz. Dus om half 6 staan we klaar bij pier 33. We doen de audio tour, welke we erg indrukwekkend vinden. Maar we zijn ook best wel moe, en ook nog eens zwaar verbrand. Daar hadden we eigenlijk niet opgerekend.
Met de Bart gaan we weer terug naar het hotel, waar we om 23.30 uur arriveren. Een erg lange dag dus vandaag. Omdat we morgen toch wel weer vroeg opmoeten, hou ik dit verslag een beetje beperkt. En we hebben besloten om na het halen van de camper niet verder te rijden dan Gilroy. Twee vermoeiende dagen achter elkaar is wel genoeg.
Terug naar boven
Dag 3: Vrijdag 2 Oktober 2009
Van: San Francisco, CA, United StatesNaar: Gilroy, CA, United States
Om 6.15 zijn we allebei wakker, en omdat de wekker om 6.30 uur staat, gaan we er maar uit. We pakken alles weer in, gaan douchen en staan om 7.20 beneden om te ontbijten. Ik heb niet zo'n trek en neem alleen koffie, en Ko neemt er een muffin bij. Nog maar koud, of eigenlijk heet, hebben we de koffie in onze handen, en daar is de shuttle van Roadbear al. Dus gieten we de koffie maar door het riool en laden we de koffers in het busje van Roadbear. We moeten eerst nog 2 andere mannen ophalen bij een hotel en dan vertrekken we naar Hayward.
De Camper
Daar aangekomen, krijgen we uitleg van Aldie over het gebruik, en de huur van de camper. Hierna worden we door een andere medewerker meegenomen naar de camper, en krijgen daar nog meer uitleg over hoe alles werkt en doet enz. Aan het eind vraagt de medewerker of we nog vragen hebben, en ik vraag of hij nog een keer opnieuw wil beginnen, want ik ben allang weer kwijt wat hij allemaal gezegd heeft. Zoveel informatie pffff.
Hierna loop ik nog even naar binnen, want ik heb Monique (allesamerika forum) beloofd Aldie de groeten van haar te doen, dus dan doe ik dat ook. Monique; je krijgt de hartelijke groeten terug . We hebben nog even gezellig met Aldie staan praten over de wereld van de camper verhuur, en daarna is het tijd om op pad te gaan.
Op naar Gilroy
Ko rijdt, en ik zweet de plaatsvervangende peentjes Het is behoorlijk druk op de weg, de camper rammelt en doet, ja, het is echt wel even wennen. Wat ben ik blij dat we ervoor gekozen hebben om niet te ver te rijden vandaag. Gilroy is de eindbestemming, en dat is ongeveer een uur rijden.
Eenmaal daar aangekomen betalen we eerst onze plek en daarna gaan we naar de Walmart om boodschappen te doen. Er moet toch wat te eten in ons huis op wielen komen, en ook niet te vergeten veel te drinken.
We zijn allebei toch wel erg moe van de afgelopen dagen dus er wordt niet geshopt, maar we gaan terug naar de camping. Daar richten we de camper in, pakken de boodschappen uit, trekken een baantje in het zwembad, zitten wat onder de luifel, doen een wasje en eten een hapje.
Morgen gaan we op pad naar Yosemite, en staan we 2 nachten in de natuur.
De Camper
Daar aangekomen, krijgen we uitleg van Aldie over het gebruik, en de huur van de camper. Hierna worden we door een andere medewerker meegenomen naar de camper, en krijgen daar nog meer uitleg over hoe alles werkt en doet enz. Aan het eind vraagt de medewerker of we nog vragen hebben, en ik vraag of hij nog een keer opnieuw wil beginnen, want ik ben allang weer kwijt wat hij allemaal gezegd heeft. Zoveel informatie pffff.
Hierna loop ik nog even naar binnen, want ik heb Monique (allesamerika forum) beloofd Aldie de groeten van haar te doen, dus dan doe ik dat ook. Monique; je krijgt de hartelijke groeten terug . We hebben nog even gezellig met Aldie staan praten over de wereld van de camper verhuur, en daarna is het tijd om op pad te gaan.
Op naar Gilroy
Ko rijdt, en ik zweet de plaatsvervangende peentjes Het is behoorlijk druk op de weg, de camper rammelt en doet, ja, het is echt wel even wennen. Wat ben ik blij dat we ervoor gekozen hebben om niet te ver te rijden vandaag. Gilroy is de eindbestemming, en dat is ongeveer een uur rijden.
Eenmaal daar aangekomen betalen we eerst onze plek en daarna gaan we naar de Walmart om boodschappen te doen. Er moet toch wat te eten in ons huis op wielen komen, en ook niet te vergeten veel te drinken.
We zijn allebei toch wel erg moe van de afgelopen dagen dus er wordt niet geshopt, maar we gaan terug naar de camping. Daar richten we de camper in, pakken de boodschappen uit, trekken een baantje in het zwembad, zitten wat onder de luifel, doen een wasje en eten een hapje.
Morgen gaan we op pad naar Yosemite, en staan we 2 nachten in de natuur.
Terug naar boven
Dag 4: Zaterdag 3 Oktober 2009
Van: Gilroy, CA, United StatesNaar: Yosemite national park, CA, United States
Deze dag begint al weer om 6.15 uur. We zijn toch wakker en willen vroeg vertrekken richting Yosemite. We gaan douchen bij de campground, ontbijten en ik spreek Kevin nog even via MSN, spraakzaam als altijd, kan ik er bij hem net aan uit krijgen dat het goed gaat en dat hij weer gaat. Nou ja, hij leeft nog dat is ook belangrijk om te weten.
We rijden eerst nog even langs de Walmart, omdat we gisteren toch nog een aantal dingen vergeten zijn, en omdat mijn tandenborstel zeer waarschijnlijk nog in San Francisco ligt.
Naar Yosemite
Hierna gaan we op weg. We rijden niet echt hard, en later blijkt dat dit ook nog eens brandstof scheelt. We willen via de zuid ingang Yosemite binnen rijden dus gaan richting Oakhurst. Onderweg maken we een koffie stop en een tankstop, en tegen half 1 rijden we Yosemite binnen. We kopen daar direct een National park pass, want we gaan nog meer Nationale parken bezoeken. Door Yosemite heen rijden is al een belevenis op zich. En hoe meer we richting de Valley komen, des te mooier het wordt. Onderweg maken we twee foto stops, een daarvan is bij tunnelview.
North Pines
Om half 3 komen we bij de North pines campground aan. We zien direct al 2 herten over een parkeerplaats lopen, gewoon tussen de auto’s door. We zetten de camper op de campingplaats, drinken eerst wat, vergezeld door een paar eekhoorns, en lopen even later naar de Valley, even overwegen we om de shuttle te nemen, maar we zien dat daar de mensen als sardientjes in een blikje in zitten dus gaan we lopen. Goed voor de conditie en goed voor de lijn. We gaan eerst naar het Visitor centre, om daar een kaart te halen, hierna lopen we naar de lodge, om een plek te reserveren voor de bus naar Glacier point. Morgen willen we hier naar toe en dan terug naar beneden lopen. Hierna kopen we onze eerste souveniers, 2 caps en een magneet voor op de koelkast. Hierna lopen we terug naar de camper. We eten buiten onze avond maaltijd en gaan dan toch maar snel binnen zitten. De voorspelling voor vannacht is -4!!
Kou en drukte
De voorspelling voor morgen is ook niet echt goed, 14 graden en kans op regen, maar goed dat zien we morgen wel.De campground staat trouwens helemaal vol met voornamelijk tent kampeerders. We hebben al een aantal herten zien lopen, en de eekhoorns zijn ook behoorlijk tam
Yosemite is in onze ogen een prachtig park, we vergapen ons aan de hoge rotsen. Wat jammer is, is dat het toch wel erg druk is. Je verwacht een beetje in de natuur te komen, maar je loopt toch wel tussen de mensen massa, misschien dat dit morgen beter is, wanneer we van Glacier point naar beneden lopen.
We rijden eerst nog even langs de Walmart, omdat we gisteren toch nog een aantal dingen vergeten zijn, en omdat mijn tandenborstel zeer waarschijnlijk nog in San Francisco ligt.
Naar Yosemite
Hierna gaan we op weg. We rijden niet echt hard, en later blijkt dat dit ook nog eens brandstof scheelt. We willen via de zuid ingang Yosemite binnen rijden dus gaan richting Oakhurst. Onderweg maken we een koffie stop en een tankstop, en tegen half 1 rijden we Yosemite binnen. We kopen daar direct een National park pass, want we gaan nog meer Nationale parken bezoeken. Door Yosemite heen rijden is al een belevenis op zich. En hoe meer we richting de Valley komen, des te mooier het wordt. Onderweg maken we twee foto stops, een daarvan is bij tunnelview.
North Pines
Om half 3 komen we bij de North pines campground aan. We zien direct al 2 herten over een parkeerplaats lopen, gewoon tussen de auto’s door. We zetten de camper op de campingplaats, drinken eerst wat, vergezeld door een paar eekhoorns, en lopen even later naar de Valley, even overwegen we om de shuttle te nemen, maar we zien dat daar de mensen als sardientjes in een blikje in zitten dus gaan we lopen. Goed voor de conditie en goed voor de lijn. We gaan eerst naar het Visitor centre, om daar een kaart te halen, hierna lopen we naar de lodge, om een plek te reserveren voor de bus naar Glacier point. Morgen willen we hier naar toe en dan terug naar beneden lopen. Hierna kopen we onze eerste souveniers, 2 caps en een magneet voor op de koelkast. Hierna lopen we terug naar de camper. We eten buiten onze avond maaltijd en gaan dan toch maar snel binnen zitten. De voorspelling voor vannacht is -4!!
Kou en drukte
De voorspelling voor morgen is ook niet echt goed, 14 graden en kans op regen, maar goed dat zien we morgen wel.De campground staat trouwens helemaal vol met voornamelijk tent kampeerders. We hebben al een aantal herten zien lopen, en de eekhoorns zijn ook behoorlijk tam
Yosemite is in onze ogen een prachtig park, we vergapen ons aan de hoge rotsen. Wat jammer is, is dat het toch wel erg druk is. Je verwacht een beetje in de natuur te komen, maar je loopt toch wel tussen de mensen massa, misschien dat dit morgen beter is, wanneer we van Glacier point naar beneden lopen.
Terug naar boven
Dag 5: Zondag 4 Oktober 2009
Van: Yosemite national park, CA, United StatesNaar: Lake Isabella, CA, United States
Soms lopen de dingen anders dan gepland. We staan op dit moment op een KOA camping bij lake Isabella, en nee, dus niet meer in Yosemite. Hoezo niet? Nou dat zal ik nu eens haarfijn uitleggen.
Koud, change of plan!
Zoals gemeld in het verslag van gisteren is het de bedoeling dat we vandaag met de bus naar Glacier point rijden en vandaar terug naar beneden hiken. Dus om 5.45 zijn we wakker, en omdat de wekker op 6.30 uur staat, wij gisteren om 21.00 uur naar bed zijn gegaan en we om 8.15 bij Yosemite lodge moeten zijn, gaan we er maar uit. Dan kunnen we rustig beginnen en op ons gemak ontbijten. Zo gezegd, zo gedaan. Om 7.30 uur lopen we richting de bushalte van de shuttle bus. Het regent en het is koud, erg koud. Als we in de bus zitten horen we dus bus chauffeur zeggen, dat het echte kou front er nog aankomt, dat er sneeuw voorspelt is, en dat het erg koud is, al helemaal boven. Onderweg in de bus naar de lodge, bedenken we wat we gaan doen. Als het hier al koud is, is het boven helemaal koud. Daarnaast ligt Glacier point waarschijnlijk in de wolken en zien we ook nog eens niets. Als we dus niet naar Glacier point gaan, wat moeten we dan nog hier in Yosemite, met deze regen en kou. Dus we besluiten om vandaag maar Yosemite te verlaten, als het lukt via de Tioga pass. We winnen dan 1 dag, en kunnen dan een dag extra in Las Vegas door brengen, daar waar het wel warm is.
Tioga pas closed
We gaan naar de Lodge om te vertellen dat we niet mee gaan met de bus. Wanneer we daar op onze beurt staan te wachten bekijk ik het bord met weer en weg informatie. Daar staat dat de Tioga pass closed is. We kunnen dus niet over de pas. We bedenken dan om maar naar Bakerfield te rijden of verder. In ieder geval een eind richting Death Valley. Wanneer we de busrit naar Glacier point annuleren krijgen we onze 50 dollar, die de bustrip kost, terug. Hierna halen we eerst koffie, en daarna gaan we met de bus naar de campground reservations om ook onze campingplaats voor vannacht te annuleren, ook hier krijgen we de 20 dollar terug. Snel naar de camper om op pad te gaan naar Bakersfield.
Sneeuw
Eenmaal onderweg begint het te sneeuwen, en komen er auto’s met een dikke laag sneeuw op het dak ons tegemoet. De sneeuw blijft meer en meer liggen op de grond en ook op de weg. Het lijkt wel alsof we op wintersport zijn. Ko krijgt wel zijn grote vuurdoop zo. Een smalle bochtige weg omhoog met nog eens sneeuw ook. Maar het heeft ook wel iets, het maakt het allemaal best wel spannend.
Op een gegeven moment steekt een coyote vlak voor onze auto de weg over, en omdat ik het fototoestel in mijn handen heb, lukt het om er foto’s van te maken.
Even later komen we in een file terecht, er blijkt een ongeluk gebeurd te zijn en het duurt even voordat we verder kunnen. Ook blijkt dat de weg naar Glacier point is afgesloten, dus al hadden we gewild we konden er niet eens naar toe. En ook de weg naar Mariposa is wegens sneeuwval gesloten. Nog even verder zien we dat iedereen die Yosemite in komt aan de kant moet, en sneeuwkettingen om moet. Wanneer we het park uit rijden blijkt dat campers (waarschijnlijk die zonder sneeuwkettingen, maar misschien wel allemaal) er niet in mogen.
Natuurlijk is het vervelend dat we nu niet ten volle van Yosemite hebben kunnen genieten, maar we bedenken ons ook dat wanneer we Yosemite 1 dag later in de planning hadden opgenomen, we Yosemite helemaal niet gezien zouden hebben. En wanneer we later op de dag bedacht zouden hebben om te vertrekken, we misschien helemaal wel niet hadden kunnen vertrekken.
En weer warm en zon!
Wel heel bizar allemaal, helemaal wanneer we in Oakhurst bij Starbucks koffie gaan halen en we daar weer lekker in het zonnetje staan.
We gaan dus onderweg naar Bakersfield. Onderweg pak ik de kaart nog eens een keer, en zie dat in plaats van een camping in Bakersfield te zoeken, we ook nog een stukje door kunnen rijden. Waarschijnlijk is het daar mooier en leuker dan op een camping in Bakersfield. Dus we rijden door naar Lake Isabella.
Onvergetelijk! Wat een route! Werkelijk prachtig! Wat zijn we blij dat we deze keuze gemaakt hebben, helemaal omdat het eigenlijk helemaal niet in onze planning lag. En wat een contrast, ’s ochtends rijden we in de sneeuw en nu hier. In de bergen, op weer een smalle bergweg, maar zo anders dan in Yosemite, in de zon. De foto’s zeggen meer dan woorden. Maar wat is het hier ook mooi.
En zo staan we nu dus op een KOA bij Lake Isabella.
Koud, change of plan!
Zoals gemeld in het verslag van gisteren is het de bedoeling dat we vandaag met de bus naar Glacier point rijden en vandaar terug naar beneden hiken. Dus om 5.45 zijn we wakker, en omdat de wekker op 6.30 uur staat, wij gisteren om 21.00 uur naar bed zijn gegaan en we om 8.15 bij Yosemite lodge moeten zijn, gaan we er maar uit. Dan kunnen we rustig beginnen en op ons gemak ontbijten. Zo gezegd, zo gedaan. Om 7.30 uur lopen we richting de bushalte van de shuttle bus. Het regent en het is koud, erg koud. Als we in de bus zitten horen we dus bus chauffeur zeggen, dat het echte kou front er nog aankomt, dat er sneeuw voorspelt is, en dat het erg koud is, al helemaal boven. Onderweg in de bus naar de lodge, bedenken we wat we gaan doen. Als het hier al koud is, is het boven helemaal koud. Daarnaast ligt Glacier point waarschijnlijk in de wolken en zien we ook nog eens niets. Als we dus niet naar Glacier point gaan, wat moeten we dan nog hier in Yosemite, met deze regen en kou. Dus we besluiten om vandaag maar Yosemite te verlaten, als het lukt via de Tioga pass. We winnen dan 1 dag, en kunnen dan een dag extra in Las Vegas door brengen, daar waar het wel warm is.
Tioga pas closed
We gaan naar de Lodge om te vertellen dat we niet mee gaan met de bus. Wanneer we daar op onze beurt staan te wachten bekijk ik het bord met weer en weg informatie. Daar staat dat de Tioga pass closed is. We kunnen dus niet over de pas. We bedenken dan om maar naar Bakerfield te rijden of verder. In ieder geval een eind richting Death Valley. Wanneer we de busrit naar Glacier point annuleren krijgen we onze 50 dollar, die de bustrip kost, terug. Hierna halen we eerst koffie, en daarna gaan we met de bus naar de campground reservations om ook onze campingplaats voor vannacht te annuleren, ook hier krijgen we de 20 dollar terug. Snel naar de camper om op pad te gaan naar Bakersfield.
Sneeuw
Eenmaal onderweg begint het te sneeuwen, en komen er auto’s met een dikke laag sneeuw op het dak ons tegemoet. De sneeuw blijft meer en meer liggen op de grond en ook op de weg. Het lijkt wel alsof we op wintersport zijn. Ko krijgt wel zijn grote vuurdoop zo. Een smalle bochtige weg omhoog met nog eens sneeuw ook. Maar het heeft ook wel iets, het maakt het allemaal best wel spannend.
Op een gegeven moment steekt een coyote vlak voor onze auto de weg over, en omdat ik het fototoestel in mijn handen heb, lukt het om er foto’s van te maken.
Even later komen we in een file terecht, er blijkt een ongeluk gebeurd te zijn en het duurt even voordat we verder kunnen. Ook blijkt dat de weg naar Glacier point is afgesloten, dus al hadden we gewild we konden er niet eens naar toe. En ook de weg naar Mariposa is wegens sneeuwval gesloten. Nog even verder zien we dat iedereen die Yosemite in komt aan de kant moet, en sneeuwkettingen om moet. Wanneer we het park uit rijden blijkt dat campers (waarschijnlijk die zonder sneeuwkettingen, maar misschien wel allemaal) er niet in mogen.
Natuurlijk is het vervelend dat we nu niet ten volle van Yosemite hebben kunnen genieten, maar we bedenken ons ook dat wanneer we Yosemite 1 dag later in de planning hadden opgenomen, we Yosemite helemaal niet gezien zouden hebben. En wanneer we later op de dag bedacht zouden hebben om te vertrekken, we misschien helemaal wel niet hadden kunnen vertrekken.
En weer warm en zon!
Wel heel bizar allemaal, helemaal wanneer we in Oakhurst bij Starbucks koffie gaan halen en we daar weer lekker in het zonnetje staan.
We gaan dus onderweg naar Bakersfield. Onderweg pak ik de kaart nog eens een keer, en zie dat in plaats van een camping in Bakersfield te zoeken, we ook nog een stukje door kunnen rijden. Waarschijnlijk is het daar mooier en leuker dan op een camping in Bakersfield. Dus we rijden door naar Lake Isabella.
Onvergetelijk! Wat een route! Werkelijk prachtig! Wat zijn we blij dat we deze keuze gemaakt hebben, helemaal omdat het eigenlijk helemaal niet in onze planning lag. En wat een contrast, ’s ochtends rijden we in de sneeuw en nu hier. In de bergen, op weer een smalle bergweg, maar zo anders dan in Yosemite, in de zon. De foto’s zeggen meer dan woorden. Maar wat is het hier ook mooi.
En zo staan we nu dus op een KOA bij Lake Isabella.
Terug naar boven
Dag 6: Maandag 5 Oktober 2009
Van: Lake Isabella, CA, United StatesNaar: Death Valley, CA, United States
Ik sta om half 7 op, Ko blijft nog even liggen, hij is snot verkouden en daardoor niet helemaal lekker. Om half 8 komt hij er ook uit, we drinken thee en eten een paar geroosterde boterhammen. De lucht is onbewolkt, en de wind van gisteren is gaan liggen, het belooft een mooie dag te worden. Nadat we gegeten hebben, legen we de vuilwater tanks, en vullen water bij. Hierna gaan we op weg. De weg van Lake Isabella naar Death Valley is wederom schitterend. Voor we Death valley inrijden maken we nog een tankstop, en kopen nog wat spullen, oa boter want dat waren we steeds vergeten. Ik heb rij ook nog een stukje in de camper. Op zich gaat het wel, maar ik heb hoofdpijn en pijn in mijn nek. Thuis heb ik een speciaal kussen voor mijn nek, en hier niet, dat merk ik nu toch. Ko trouwens ook, hij heeft ook zo’n kussen.
Death Valley
Death valley is prachtig! Ondanks dat het er droog is, en de omgeving toch weer steeds wisselend, bergen, grote vlakten, en ook de rotsen en bergen hebben vele kleuren bruin, geel, grijs en zwart.
We rijden langs Stovepipe Wells, en besluiten door te rijden naar Furnace Creek om daar een plek voor de camper te zoeken. We vinden in Furnace Creek een plek met nog een beetje schaduw, en prachtig uitzicht op de bergen. De hitte valt reuze mee, ik heb begrepen dat het voor Death Valley begrippen koud is hier, een graad of 30, maar ik vind het heerlijk. De mensen die mij kennen weten dat ik het vaak en snel koud heb, dit is dus helemaal mijn plek!
Hamburger
We lopen naar Furnace Creek Ranch en eten daar een heerlijke hamburger (tja je zit nu eenmaal in Amerika) en Ko koopt nog een cowboy hoed, ik wacht hier nog mee, ik wil eerst nog in Vegas kijken voor een hoed. Hierna gaan we terug naar de camper en bekijken, naast de camper gezeten, de zonsondergang in Death Valley. Hierna ga ik douchen in de camper. Dit is de tweede keer dat ik in de camper douche, en het valt me 100% mee.
Het hele camper gebeuren bevalt ons trouwens prima. Je hebt de hele weg alles bij de hand, en vooral het hebben van een toilet komt mij goed uit. Ik moet nu eenmaal vaak…
Volle maan
’S avonds zitten we nog even in het donker (alhoewel dat donker best wel mee valt, het is namelijk bijna volle maan) naast de camper, te genieten van alles om ons heen en de vele sterren aan de hemel. Ja, Camperen op deze manier bevalt prima.
Death Valley
Death valley is prachtig! Ondanks dat het er droog is, en de omgeving toch weer steeds wisselend, bergen, grote vlakten, en ook de rotsen en bergen hebben vele kleuren bruin, geel, grijs en zwart.
We rijden langs Stovepipe Wells, en besluiten door te rijden naar Furnace Creek om daar een plek voor de camper te zoeken. We vinden in Furnace Creek een plek met nog een beetje schaduw, en prachtig uitzicht op de bergen. De hitte valt reuze mee, ik heb begrepen dat het voor Death Valley begrippen koud is hier, een graad of 30, maar ik vind het heerlijk. De mensen die mij kennen weten dat ik het vaak en snel koud heb, dit is dus helemaal mijn plek!
Hamburger
We lopen naar Furnace Creek Ranch en eten daar een heerlijke hamburger (tja je zit nu eenmaal in Amerika) en Ko koopt nog een cowboy hoed, ik wacht hier nog mee, ik wil eerst nog in Vegas kijken voor een hoed. Hierna gaan we terug naar de camper en bekijken, naast de camper gezeten, de zonsondergang in Death Valley. Hierna ga ik douchen in de camper. Dit is de tweede keer dat ik in de camper douche, en het valt me 100% mee.
Het hele camper gebeuren bevalt ons trouwens prima. Je hebt de hele weg alles bij de hand, en vooral het hebben van een toilet komt mij goed uit. Ik moet nu eenmaal vaak…
Volle maan
’S avonds zitten we nog even in het donker (alhoewel dat donker best wel mee valt, het is namelijk bijna volle maan) naast de camper, te genieten van alles om ons heen en de vele sterren aan de hemel. Ja, Camperen op deze manier bevalt prima.
Terug naar boven
Dag 7: Dinsdag 6 Oktober 2009
Van: Death Valley, CA, United StatesVia: Bad Water
Naar: Las Vegas, NV, United States
Vanmorgen zijn we om 6.15 uur op, we gaan buiten zitten en bekijken de zonsopgang in Death Valley. Vannacht was ik wakker en kon ik niet goed meer slapen, ik ben toen buiten een sigaretje gaan roken. Wat een ervaring! het terrein was verlicht door een bijna volle maan, en toch zit je onder een sterrenhemel. Wat een rust en wat een stilte. In een woord GEWELDIG!
Bad Water
Death Valley heeft ons hart gestolen, wat vinden wij het daar mooi. En wat is het heerlijk om zo op een stoeltje naast je camper te zitten, te genieten van alles om je heen. De rust die op zo'n camping heerst, werkelijk geweldig, ik kan niet anders zeggen. Nu hebben wij natuurlijk mazzel met de temperatuur hier. Ik heb het zelfs nog koud gehad
Om 8.15 rijden we weg bij de camping onderweg naar Las Vegas. We gaan eerst nog langs badwater. Ook al zo'n extreme plaats. Hierna rijden we via Shoshone het park uit. Alweer een prachtige route.
Las Vegas
Bij Pahrump tanken we en halen we een broodje bij Subway en een koffie bij Starbucs. Hierna rijden we door naar Las Vegas. Wat een contrast, dan kom je uit Death Valley, stil, rust, prachtig, en dan Las Vegas, wat een drukte!
We parkeren de camper op Sam's Town RV park. Hier doen we even rustig aan, ik bewerk de foto's en verklein ze al. Dan is het opeens kwart voor 6 en om 6 uur gaat de shuttle naar Las Vegas, dus snel omkleden en rennen naar de bushalte. In onze haast vergeten we de camera, nou ja, dat komt morgen wel.
Te druk
Las Vegas is niet ons ding, we gaan morgen nog wel een paar hotels bekijken, maar de drukte en de gekte bevalt ons niet. Geef ons maar Death Valley.
We bekijken de Cola shop en de M&M shop en eten wat in hotel New York. Hierna nemen we de taxi terug naar Sam's town. Ik ga nog even verder met de foto's, het wil namelijk niet echt lukken, en om 12.00 uur gaan we naar bed.
Bad Water
Death Valley heeft ons hart gestolen, wat vinden wij het daar mooi. En wat is het heerlijk om zo op een stoeltje naast je camper te zitten, te genieten van alles om je heen. De rust die op zo'n camping heerst, werkelijk geweldig, ik kan niet anders zeggen. Nu hebben wij natuurlijk mazzel met de temperatuur hier. Ik heb het zelfs nog koud gehad
Om 8.15 rijden we weg bij de camping onderweg naar Las Vegas. We gaan eerst nog langs badwater. Ook al zo'n extreme plaats. Hierna rijden we via Shoshone het park uit. Alweer een prachtige route.
Las Vegas
Bij Pahrump tanken we en halen we een broodje bij Subway en een koffie bij Starbucs. Hierna rijden we door naar Las Vegas. Wat een contrast, dan kom je uit Death Valley, stil, rust, prachtig, en dan Las Vegas, wat een drukte!
We parkeren de camper op Sam's Town RV park. Hier doen we even rustig aan, ik bewerk de foto's en verklein ze al. Dan is het opeens kwart voor 6 en om 6 uur gaat de shuttle naar Las Vegas, dus snel omkleden en rennen naar de bushalte. In onze haast vergeten we de camera, nou ja, dat komt morgen wel.
Te druk
Las Vegas is niet ons ding, we gaan morgen nog wel een paar hotels bekijken, maar de drukte en de gekte bevalt ons niet. Geef ons maar Death Valley.
We bekijken de Cola shop en de M&M shop en eten wat in hotel New York. Hierna nemen we de taxi terug naar Sam's town. Ik ga nog even verder met de foto's, het wil namelijk niet echt lukken, en om 12.00 uur gaan we naar bed.
Terug naar boven
Dag 8: Woensdag 7 Oktober 2009
Van: Las Vegas, NV, United StatesNaar: Las Vegas, NV, United States
Vanmorgen rustig aan gedaan. Een paar wasjes gedraaid, daarbij vergeten, bij de droger op de startknop te drukken, zodat toen ik na een half uur ging kijken de was nog steeds nat wat. Op start gedrukt, weggegaan, na een half uur kijken, en toen bleek dat de droger het niet gedaan had. Te lang gewacht met op start drukken. Toen waren er geen muntjes meer die moesten eerst weer gehaald worden. En toen was het inmiddels 11 uur en moest de was nog steeds gedroogd worden.
Shoppen
Hierdoor rijden we om kwart voor 12 weg bij de camping om naar een outlet shopping mall te gaan. We hebben er een gevonden, maar het kan mij wederom niet echt bekoren. Er zijn wel goedkope spullen, maar dat wil ik niet in mijn kast hebben. Dus ik koop voor Kevin 2 shirts bij Hilfiger, maar ook hiervan vraag ik me af of hij het wel wat vindt. Ook hij is namelijk erg kritisch waar het kleding aan gaat. Voor Brian koop ik 2 shirts bij Nike, ik denk dat hij het wel goed vindt. Als het voor hem maar voor niets is, is het al snel goed.
Dat heb ik dus al binnen, wanneer ik nog iets voor ze tegen kom dan neem ik dat wel mee, maar ik hoef niet meer persé op zoek naar iets voor hun.
Bass Pro Shops
Hierna zoeken we een starbucs op en halen daar koffie. Daarna rijden we door naar Bass Pro Shops, gewoon leuk om er even rond te kijken, ik had er al van gehoord op het Alles Amerika forum en er ook foto's van gezien. En het is een leuke winkel om in rond te kijken. Hier koop ik voor de honden een pot met hondenkoekjes.
Daarna rijden we terug naar de camping, eigenlijk zijn we allebei Las Vegas al zat. We vinden het hier te druk, te heftig.
Pupje
Vanavond gaan we nog wel naar de strip, omdat ik het toch ook wel zonde vind om hier te zijn en dan niet even de hotels te bekijken. Maar we zijn blij dat we morgen weer kunnen vertrekken richting Zion, waar we gelukkig weer een plek hebben in het park, lekker rustig
Er zijn vandaag nog geen foto's gemaakt, of ja, een paar van het hondje van de buren op de camping, een 2 maand oud Dwergpincher pupje, formaat muis. Die foto komt later, misschien dat we vanavond nog foto's op de strip maken. Die houden jullie dus nog tegoed.
Toch wel leuk
Update: We moeten onze mening over Las Vegas toch iets bijstellen.
Wederom nemen we de bus naar De Strip. In tegenstelling tot gisteren gaan we nu eerst rechtsaf. Het is niet zo heel druk, in ieder geval minder dan gisteren. Als eerste bezoeken we het Venetian. En we kijken onze ogen uit, we vinden het prachtig. Op het zogenaamde San Marco plein, nemen we, zonder eerst naar de prijs te kijken, een ijsje. Oeps, 19 dollar voor 2 ijsjes, maar ze smaken wel. Als we naar buiten komen is net de show bij Treasure island begonnen. We bekijken hem vanaf de overkant van de weg. Hierna steken we over en bezoeken de forumshops. Ko maakt overal foto's van.
De fonteinen van Bellagio
Wanneer we langs Mirage komen staat de show daar bijna op beginnen dus we blijven staan en bekijken de show. Hierna lopen we door, en gaan nog een paar hotels binnen. Dan komen we bij Bellagio. Er staan al mensen te wachten op de show met de fonteinen, dus wij blijven ook staan. We hebben geen idee hoe laat het begint en Ko denkt 9 uur. Ik draai me om naar Ko, en zeg: "als het nu ook maar om 9 uur begint." Gelijk een knal achter me, en het is begonnen. De show met de fonteinen. We vinden het prachtig en worden er zelfs een beetje emotioneel van. Geweldig wat een show. Als de show is afgelopen, horen we dat er weer een is om 9 uur. Dus Ko wil nog een keer blijven staan en er foto's van maken. Afijn, we bekijken de, steeds wisselende, show nog 2 keer en maken tig foto's. Hierna haasten we ons terug naar Treasure island, omdat we ook deze show nog een keer van iets dichterbij willen bekijken. Als we daar zijn is het er al druk, maar wel hebben toch nog een plaatsje waar we het allemaal goed kunnen zien. Ook deze show is leuk. Hierna nemen we de taxi terug naar Sam's Town. Misschien dat we toch nog wel een keer in Las Vegas komen
Veel foto’s
Ko heeft heel veel foto's gemaakt, maar het duurt nog even voordat deze online zullen verschijnen. Het is hier nu al laat, en morgen vertrekken we voor 2 dagen naar Zion, waar we geen internet hebben.
Shoppen
Hierdoor rijden we om kwart voor 12 weg bij de camping om naar een outlet shopping mall te gaan. We hebben er een gevonden, maar het kan mij wederom niet echt bekoren. Er zijn wel goedkope spullen, maar dat wil ik niet in mijn kast hebben. Dus ik koop voor Kevin 2 shirts bij Hilfiger, maar ook hiervan vraag ik me af of hij het wel wat vindt. Ook hij is namelijk erg kritisch waar het kleding aan gaat. Voor Brian koop ik 2 shirts bij Nike, ik denk dat hij het wel goed vindt. Als het voor hem maar voor niets is, is het al snel goed.
Dat heb ik dus al binnen, wanneer ik nog iets voor ze tegen kom dan neem ik dat wel mee, maar ik hoef niet meer persé op zoek naar iets voor hun.
Bass Pro Shops
Hierna zoeken we een starbucs op en halen daar koffie. Daarna rijden we door naar Bass Pro Shops, gewoon leuk om er even rond te kijken, ik had er al van gehoord op het Alles Amerika forum en er ook foto's van gezien. En het is een leuke winkel om in rond te kijken. Hier koop ik voor de honden een pot met hondenkoekjes.
Daarna rijden we terug naar de camping, eigenlijk zijn we allebei Las Vegas al zat. We vinden het hier te druk, te heftig.
Pupje
Vanavond gaan we nog wel naar de strip, omdat ik het toch ook wel zonde vind om hier te zijn en dan niet even de hotels te bekijken. Maar we zijn blij dat we morgen weer kunnen vertrekken richting Zion, waar we gelukkig weer een plek hebben in het park, lekker rustig
Er zijn vandaag nog geen foto's gemaakt, of ja, een paar van het hondje van de buren op de camping, een 2 maand oud Dwergpincher pupje, formaat muis. Die foto komt later, misschien dat we vanavond nog foto's op de strip maken. Die houden jullie dus nog tegoed.
Toch wel leuk
Update: We moeten onze mening over Las Vegas toch iets bijstellen.
Wederom nemen we de bus naar De Strip. In tegenstelling tot gisteren gaan we nu eerst rechtsaf. Het is niet zo heel druk, in ieder geval minder dan gisteren. Als eerste bezoeken we het Venetian. En we kijken onze ogen uit, we vinden het prachtig. Op het zogenaamde San Marco plein, nemen we, zonder eerst naar de prijs te kijken, een ijsje. Oeps, 19 dollar voor 2 ijsjes, maar ze smaken wel. Als we naar buiten komen is net de show bij Treasure island begonnen. We bekijken hem vanaf de overkant van de weg. Hierna steken we over en bezoeken de forumshops. Ko maakt overal foto's van.
De fonteinen van Bellagio
Wanneer we langs Mirage komen staat de show daar bijna op beginnen dus we blijven staan en bekijken de show. Hierna lopen we door, en gaan nog een paar hotels binnen. Dan komen we bij Bellagio. Er staan al mensen te wachten op de show met de fonteinen, dus wij blijven ook staan. We hebben geen idee hoe laat het begint en Ko denkt 9 uur. Ik draai me om naar Ko, en zeg: "als het nu ook maar om 9 uur begint." Gelijk een knal achter me, en het is begonnen. De show met de fonteinen. We vinden het prachtig en worden er zelfs een beetje emotioneel van. Geweldig wat een show. Als de show is afgelopen, horen we dat er weer een is om 9 uur. Dus Ko wil nog een keer blijven staan en er foto's van maken. Afijn, we bekijken de, steeds wisselende, show nog 2 keer en maken tig foto's. Hierna haasten we ons terug naar Treasure island, omdat we ook deze show nog een keer van iets dichterbij willen bekijken. Als we daar zijn is het er al druk, maar wel hebben toch nog een plaatsje waar we het allemaal goed kunnen zien. Ook deze show is leuk. Hierna nemen we de taxi terug naar Sam's Town. Misschien dat we toch nog wel een keer in Las Vegas komen
Veel foto’s
Ko heeft heel veel foto's gemaakt, maar het duurt nog even voordat deze online zullen verschijnen. Het is hier nu al laat, en morgen vertrekken we voor 2 dagen naar Zion, waar we geen internet hebben.
Terug naar boven
Dag 9: Donderdag 8 Oktober 2009
Van: Las Vegas, NV, United StatesVia: Valley of fire
Naar: Zion national park, UT, United States
Wat een dag, wat een dag! We zijn vroeg op, maar haasten ons niet echt. We rijden eerst naar de Walmart om nog wat boodschappen te halen, en halen daar bij de Mac een koffie. Hierna gaan we op weg naar Valley of Fire. Las Vegas uit rijden is wederom een crime. We rijden wederom 1 x verkeerd, maar daarna gaat het goed. De rust keert weer redelijk terug.
Oorverdovende stilte
We nemen de afslag naar Valley of Fire, en zijn alweer onder de indruk van het landschap. Vlak voor Valley of Fire, maken we nog een foto stop. Wanneer we op een heuveltje staan en het landschap bekijken, wordt ons duidelijk wat bedoeld wordt met een oorverdovende stilte. Ik heb nooit geweten dat stilte echt oorverdovend kan zijn, en dacht dat het zo maar een uitdrukking was. Maar als je stil staat hoor je echt helemaal niets, terwijl je oren heel hard bezig zijn om toch nog ergens geluid te registreren, maar er is gewoon geen geluid. Een geweldige ervaring wederom
Valley of Fire
Hierna rijden we het park in, en wat een prachtig park is ook dit weer. We kijken onze ogen uit, en verbazen ons keer op keer van al deze natuurpracht. We maken weer veel foto’s en stoppen op een parkeerplaats, daar zetten we onze stoeltjes buiten en eten onze lunch in deze prachtige omgeving. Weer realiseren we ons dat we toch nog te weinig tijd hebben. We kunnen gewoon niet alles zien, en overal stoppen waar we zouden willen. Vooral ook omdat we vandaag een uur minder hebben, want straks bij de grens van Utah gaat de klok weer een uur vooruit, en hebben we nog maar 8 uur tijdverschil met Nederland.
Zion
Met pijn in ons hart verlaten we Valley of Fire en zetten koers naar Zion. Even voor st George wordt de omgeving weer oogverblindend, dit blijft zo tot op de camping in Zion, je weet gewoon niet waar je kijken moet, steeds is het weer anders, maar alles is even mooi. We worden er zelfs een beetje emotioneel van.
Een paar minuten voor 6 rijden we Zion in, en gaan naar onze camp plaats. Ook deze plaats ligt prachtig. We staan aan de Virgin River. We bekijken de zonsondergang en lopen een stukje langs de rivier. Hierna steken we de barbecue aan, die bij elke camp plaats is. We hebben vanmorgen 2 steaks gekocht, en die gaan we heerlijk braden.
Steaks en campfire
In Gilroy heb ik Corona's gekocht, maar ik lust het toch niet. Naast ons staat een jong koppel, (later blijkt dat ze op huwelijksreis zijn), met een tentje. Ko loopt naar ze toe en vraagt of zij de Corona's wel lusten. De jongen is er erg blij mee. Als dank krijgen we even later een houtblok terug. Hij heeft het niet meer nodig want zij gaan morgen naar Salt Lake city en de dag daarop terug naar North Carolina. We maken even een praatje.
Hierna eten we onze steaks die erg goed smaken, of zal het de omgeving zijn? Wanneer we nog buiten bij ons vuurtje zitten en ons wederom verwonderen, ditmaal over de gigantische sterrenhemel (ik heb nog nooit in mijn leven zoveel sterren gezien) komt de buurjongen nogmaals terug, en vraagt of ik een sigaret heb. Hij komt er gezellig bij zitten en we houden lange gesprekken over Holland en Amerika.
Wat is dit toch geweldig, de plek waar we staan, de prachtige omgeving, het zitten bij een houtvuurtje, onder miljoenen sterren, in gesprek met een jonge man uit North Carolina. Dit is het echte leven!!!
Oorverdovende stilte
We nemen de afslag naar Valley of Fire, en zijn alweer onder de indruk van het landschap. Vlak voor Valley of Fire, maken we nog een foto stop. Wanneer we op een heuveltje staan en het landschap bekijken, wordt ons duidelijk wat bedoeld wordt met een oorverdovende stilte. Ik heb nooit geweten dat stilte echt oorverdovend kan zijn, en dacht dat het zo maar een uitdrukking was. Maar als je stil staat hoor je echt helemaal niets, terwijl je oren heel hard bezig zijn om toch nog ergens geluid te registreren, maar er is gewoon geen geluid. Een geweldige ervaring wederom
Valley of Fire
Hierna rijden we het park in, en wat een prachtig park is ook dit weer. We kijken onze ogen uit, en verbazen ons keer op keer van al deze natuurpracht. We maken weer veel foto’s en stoppen op een parkeerplaats, daar zetten we onze stoeltjes buiten en eten onze lunch in deze prachtige omgeving. Weer realiseren we ons dat we toch nog te weinig tijd hebben. We kunnen gewoon niet alles zien, en overal stoppen waar we zouden willen. Vooral ook omdat we vandaag een uur minder hebben, want straks bij de grens van Utah gaat de klok weer een uur vooruit, en hebben we nog maar 8 uur tijdverschil met Nederland.
Zion
Met pijn in ons hart verlaten we Valley of Fire en zetten koers naar Zion. Even voor st George wordt de omgeving weer oogverblindend, dit blijft zo tot op de camping in Zion, je weet gewoon niet waar je kijken moet, steeds is het weer anders, maar alles is even mooi. We worden er zelfs een beetje emotioneel van.
Een paar minuten voor 6 rijden we Zion in, en gaan naar onze camp plaats. Ook deze plaats ligt prachtig. We staan aan de Virgin River. We bekijken de zonsondergang en lopen een stukje langs de rivier. Hierna steken we de barbecue aan, die bij elke camp plaats is. We hebben vanmorgen 2 steaks gekocht, en die gaan we heerlijk braden.
Steaks en campfire
In Gilroy heb ik Corona's gekocht, maar ik lust het toch niet. Naast ons staat een jong koppel, (later blijkt dat ze op huwelijksreis zijn), met een tentje. Ko loopt naar ze toe en vraagt of zij de Corona's wel lusten. De jongen is er erg blij mee. Als dank krijgen we even later een houtblok terug. Hij heeft het niet meer nodig want zij gaan morgen naar Salt Lake city en de dag daarop terug naar North Carolina. We maken even een praatje.
Hierna eten we onze steaks die erg goed smaken, of zal het de omgeving zijn? Wanneer we nog buiten bij ons vuurtje zitten en ons wederom verwonderen, ditmaal over de gigantische sterrenhemel (ik heb nog nooit in mijn leven zoveel sterren gezien) komt de buurjongen nogmaals terug, en vraagt of ik een sigaret heb. Hij komt er gezellig bij zitten en we houden lange gesprekken over Holland en Amerika.
Wat is dit toch geweldig, de plek waar we staan, de prachtige omgeving, het zitten bij een houtvuurtje, onder miljoenen sterren, in gesprek met een jonge man uit North Carolina. Dit is het echte leven!!!
Terug naar boven
Dag 10: Vrijdag 9 Oktober 2009
Van: Zion national park, UT, United StatesNaar: Zion, UT, United States
We zijn om half 7 wakker, ik ga naar buiten, en Ko blijft nog even liggen. Het is erg koud geweest vannacht en ook nu is het nog erg koud. We kijken hoe de bergen verkleuren met het opkomen van de zon. Het duurt nog wel even voordat de zon echt op de campground komt, want deze ligt tussen 2 hoge bergen in. Hierdoor blijft het lang erg koud. We ontbijten, en gaan op pad naar de shuttle bus. We nemen de shuttle helemaal tot aan het eind, en lopen de riverside walk. Het is nog steeds erg koud, de zon is nog steeds achter de bergen. Aan het eind van de riverside walk kun je verder door de rivier lopen. Wij doen dit niet, veels te koud nu. Mensen lopen met mutsen op en handschoenen aan. Wanneer wij terug lopen, komen er toch mensen aan die het wel gaan doen. Brrrr mij niet gezien, dit is leuk als de zon er volop in schijnt en de temperatuur wat hoger is.
Kayenta trail en de pools
Hierna lopen we terug naar de shuttle bus, op de heen weg in de bus, hebben we al een heel aantal herten gezien, maar wanneer we terug komen bij de halte staan daar 2 herten met een kleintje. Ze staan zo dichtbij, en gaan ook gewoon door met waar ze mee bezig zijn. Ze storen zich totaal niet aan al het volk wat foto's van ze wil nemen. Zelf in de dierentuin zie je ze niet zo dichtbij, en deze lopen dus gewoon in het wild. Ook wij nemen er een paar foto's van.
We nemen de shuttle tot de Grotto, hier nemen we de Kayenta trail, en lopen zo eerst naar de lower emerald pool en vandaar door naar de upper emerald pool, en de middle emerald pool. Het is best een stevige wandeling, en de wandeling duurt ook langer dan gepland, maar de uitzichten zijn magnifiek.
Souvenirs
Wanneer we weer terug komen bij de lodge willen we daar wat eten en drinken, maar het is er zo vreselijk druk dat we besluiten, om terug te gaan naar de camper, en daar een broodje te eten, even te relaxen, en dan aan het eind van de middag naar Springdale te gaan om daar wat te eten. Eerst halen we nog wat souvenirs in de winkel in de Lodge. Ik koop een riem en een cowboyhoed, en we kopen 2 thermobekers, waar we koffie in kunnen doen wanneer we onderweg gaan naar Bryce en later andere plaatsen. Ook koop ik een koelkast magneet, dat hebben we nu in elke plaats gedaan waar we geweest zijn, en het wordt al een aardige verzameling nu.
Spotted dog
Bij de camper eten en drinken we wat, ik ga even op de bank liggen en ben binnen 2 seconden vertrokken. Ko belt met Roadbear, omdat de kraan in de keuken het niet goed doet, dit blijkt door kalk in het filter te komen en wanneer dit verwijderd is, werkt het weer perfect.
We gaan douchen en ons omkleden, en nemen de shuttle naar Springdale. Een beetje onzin eigenlijk want het is op loopafstand. Als ik in de shuttle zit zie ik Spotted dog café voorbij komen. Op het Alles Amerika forum heb ik gelezen dat dit een goed restaurant is. Dus bij de volgende halte stappen we uit en lopen een stukje terug. Bij Spotted dog nemen we allebei de meatloaf en het smaakt prima. Voor 50 dollar (inclusief fooi) hebben we allebei gegeten en gedronken.
Wel rook geen vuur
We lopen terug naar de campground, en gaan daar proberen een fikkie te stoken, maar wij zijn duidelijk geen kampeerders, en geen Amerikaan, want met geen mogelijkheid krijgen wij het hout goed brandend. Er gaat een hele fles firestarter overheen, maar het blijft smeulen en vooral ook roken. We geven het op! Dit is niet voor ons weggelegd. In de camper ga ik het verslag maken, en Ko leest nog wat. Morgen willen vroeg op pad richting Bryce, en op de weg daar naar toe willen we eerst nog de Canyon overlook trail lopen, aan de andere kant van de tunnel in Zion. Omdat we ook nog wel wat van Bryce willen zien, moeten we dus wel weer vroeg op pad.
Blauwe luchten
Het weer is vandaag trouwens weer prachtig, zodra de zon er is, is het gewoon heet. Eigenlijk hebben we de hele vakantie, met uitzondering van Yosemite, al prachtig weer. Zon en hel blauwe luchten, het lijkt zelfs alsof de lucht hier blauwer is dan bij ons thuis. Je ziet weleens foto's waarvan je denkt, "Ja, vast! Zo blauw, kan niet! Is vast een foto bewerking", maar het is echt zo blauw. 's Nachts koelt het wel behoorlijk af, maar dat is niet zo heel erg, want dat slaapt een stuk beter.
Toch wel vermoeiend
Zion is ook weer een prachtig park, maar we zijn op dit moment allebei eigenlijk best wel moe, door het tempo waar we eigenlijk steeds in door gaan. Als we nog een keer gaan, maken we een korter rondje met minder plaatsen, maar wel met meer tijd in die plaatsen. Overal waar we nu geweest zijn, willen we eigenlijk terug, omdat we gewoon te weinig tijd hebben om alles rustig te bekijken. Het is steeds weer een kwestie van keuzes maken, en zo heb je ook steeds het idee dingen niet gezien, of niet goed gezien te hebben. Deze vakantie wordt echt een eerste indruk. We weten nu waar we terug willen, van datgene wat we tot nu toe gezien hebben. Maar dan wel met meer tijd.
Vreemde buurman
We hebben hier trouwens een heel klein buurmannetje of vrouwtje, wat het precies is weten we niet, maar het lijkt op een soort hamster, die onder de grond zijn of haar holletje aan het maken is. Iedere keer zien we zijn koppie boven de grond, en hem/haar allerlei blaadjes en takjes naar binnen slepen.
Kayenta trail en de pools
Hierna lopen we terug naar de shuttle bus, op de heen weg in de bus, hebben we al een heel aantal herten gezien, maar wanneer we terug komen bij de halte staan daar 2 herten met een kleintje. Ze staan zo dichtbij, en gaan ook gewoon door met waar ze mee bezig zijn. Ze storen zich totaal niet aan al het volk wat foto's van ze wil nemen. Zelf in de dierentuin zie je ze niet zo dichtbij, en deze lopen dus gewoon in het wild. Ook wij nemen er een paar foto's van.
We nemen de shuttle tot de Grotto, hier nemen we de Kayenta trail, en lopen zo eerst naar de lower emerald pool en vandaar door naar de upper emerald pool, en de middle emerald pool. Het is best een stevige wandeling, en de wandeling duurt ook langer dan gepland, maar de uitzichten zijn magnifiek.
Souvenirs
Wanneer we weer terug komen bij de lodge willen we daar wat eten en drinken, maar het is er zo vreselijk druk dat we besluiten, om terug te gaan naar de camper, en daar een broodje te eten, even te relaxen, en dan aan het eind van de middag naar Springdale te gaan om daar wat te eten. Eerst halen we nog wat souvenirs in de winkel in de Lodge. Ik koop een riem en een cowboyhoed, en we kopen 2 thermobekers, waar we koffie in kunnen doen wanneer we onderweg gaan naar Bryce en later andere plaatsen. Ook koop ik een koelkast magneet, dat hebben we nu in elke plaats gedaan waar we geweest zijn, en het wordt al een aardige verzameling nu.
Spotted dog
Bij de camper eten en drinken we wat, ik ga even op de bank liggen en ben binnen 2 seconden vertrokken. Ko belt met Roadbear, omdat de kraan in de keuken het niet goed doet, dit blijkt door kalk in het filter te komen en wanneer dit verwijderd is, werkt het weer perfect.
We gaan douchen en ons omkleden, en nemen de shuttle naar Springdale. Een beetje onzin eigenlijk want het is op loopafstand. Als ik in de shuttle zit zie ik Spotted dog café voorbij komen. Op het Alles Amerika forum heb ik gelezen dat dit een goed restaurant is. Dus bij de volgende halte stappen we uit en lopen een stukje terug. Bij Spotted dog nemen we allebei de meatloaf en het smaakt prima. Voor 50 dollar (inclusief fooi) hebben we allebei gegeten en gedronken.
Wel rook geen vuur
We lopen terug naar de campground, en gaan daar proberen een fikkie te stoken, maar wij zijn duidelijk geen kampeerders, en geen Amerikaan, want met geen mogelijkheid krijgen wij het hout goed brandend. Er gaat een hele fles firestarter overheen, maar het blijft smeulen en vooral ook roken. We geven het op! Dit is niet voor ons weggelegd. In de camper ga ik het verslag maken, en Ko leest nog wat. Morgen willen vroeg op pad richting Bryce, en op de weg daar naar toe willen we eerst nog de Canyon overlook trail lopen, aan de andere kant van de tunnel in Zion. Omdat we ook nog wel wat van Bryce willen zien, moeten we dus wel weer vroeg op pad.
Blauwe luchten
Het weer is vandaag trouwens weer prachtig, zodra de zon er is, is het gewoon heet. Eigenlijk hebben we de hele vakantie, met uitzondering van Yosemite, al prachtig weer. Zon en hel blauwe luchten, het lijkt zelfs alsof de lucht hier blauwer is dan bij ons thuis. Je ziet weleens foto's waarvan je denkt, "Ja, vast! Zo blauw, kan niet! Is vast een foto bewerking", maar het is echt zo blauw. 's Nachts koelt het wel behoorlijk af, maar dat is niet zo heel erg, want dat slaapt een stuk beter.
Toch wel vermoeiend
Zion is ook weer een prachtig park, maar we zijn op dit moment allebei eigenlijk best wel moe, door het tempo waar we eigenlijk steeds in door gaan. Als we nog een keer gaan, maken we een korter rondje met minder plaatsen, maar wel met meer tijd in die plaatsen. Overal waar we nu geweest zijn, willen we eigenlijk terug, omdat we gewoon te weinig tijd hebben om alles rustig te bekijken. Het is steeds weer een kwestie van keuzes maken, en zo heb je ook steeds het idee dingen niet gezien, of niet goed gezien te hebben. Deze vakantie wordt echt een eerste indruk. We weten nu waar we terug willen, van datgene wat we tot nu toe gezien hebben. Maar dan wel met meer tijd.
Vreemde buurman
We hebben hier trouwens een heel klein buurmannetje of vrouwtje, wat het precies is weten we niet, maar het lijkt op een soort hamster, die onder de grond zijn of haar holletje aan het maken is. Iedere keer zien we zijn koppie boven de grond, en hem/haar allerlei blaadjes en takjes naar binnen slepen.
Terug naar boven
Dag 11: Zaterdag 10 Oktober 2009
Van: Zion national park, UT, United StatesNaar: Bryce national park, UT, United States
We staan om 7 uur op want we willen vroeg weg. Om half 8 rijden we eerst naar Springdale om daar te tanken, en koffie te halen. Hierna gaan we op pad naar de tunnel van Zion. Wanneer we door de tunnel zijn, stoppen we op de parkeerplaats om de Canyon overlook trail te lopen.
De wandeling is prachtig, maar voor Ko, die een beetje hoogte vrees heeft ook best wel pittig. De uitzichten zijn prachtig. Zion is gewoon een heel mooi park.
Hierna rijden we door naar Bryce, de omgeving is weer heel anders maar nog steeds even mooi. We krijgen zelfs al wat van de herfstkleuren te zien.
Bryce Canyon
We checken eerst in bij Rubi's Inn, en gaan daarna op pad naar Bryce. We rijden eerst helemaal naar het laatste viewpoint, om daarna op de terug weg alle viewpoints te bekijken.
Luidruchtige Italianen
Bryce Canyon is prachtig, maar de manier van bekijken bevalt ons niet. Als we hier nog een keer terug komen, dan gaan we een hike maken. Dit is echt niets, bij ieder viewpoint is het razend druk. En ook een beetje hectisch, iedereen doet hetzelfde. Stoppen bij een viewpoint, kijken, foto's maken, en weer verder. Bij de laatste paar viewpoints worden hele busladingen Italianen en Fransen gelost. Vooral de Italianen zijn er druk en luidruchtig. Dit is niet onze manier van een park bekijken, en we kunnen er dan ook niet echt van genieten. Wat erg jammer is, omdat het wel degelijk een mooi park is.
Herten
Onderweg naar Bryce hebben we diverse herten gezien. Ze steken gewoon voor je de weg over. Helaas hebben we er ook een aantal doodgereden langs de weg zien liggen.
Wanneer we terug zijn bij de Camping, gaat Ko even op bed liggen. De snelheid en hoeveelheid van indrukken gaat toch zijn tol eisen. Ik loop even een rondje over de camping en ga verder met de foto's.
Nog meer herten
's Avonds lopen we naar de General Store bij Ruby's Inn en halen bij een eettentje een paar hamburgers en friet. Wanneer we terug lopen naar de camper, steken er weer een paar herten vlak voor ons over. We zijn bang dat ze de weg oplopen, maar ze blijven op het grasveld voor de lodge.
De wandeling is prachtig, maar voor Ko, die een beetje hoogte vrees heeft ook best wel pittig. De uitzichten zijn prachtig. Zion is gewoon een heel mooi park.
Hierna rijden we door naar Bryce, de omgeving is weer heel anders maar nog steeds even mooi. We krijgen zelfs al wat van de herfstkleuren te zien.
Bryce Canyon
We checken eerst in bij Rubi's Inn, en gaan daarna op pad naar Bryce. We rijden eerst helemaal naar het laatste viewpoint, om daarna op de terug weg alle viewpoints te bekijken.
Luidruchtige Italianen
Bryce Canyon is prachtig, maar de manier van bekijken bevalt ons niet. Als we hier nog een keer terug komen, dan gaan we een hike maken. Dit is echt niets, bij ieder viewpoint is het razend druk. En ook een beetje hectisch, iedereen doet hetzelfde. Stoppen bij een viewpoint, kijken, foto's maken, en weer verder. Bij de laatste paar viewpoints worden hele busladingen Italianen en Fransen gelost. Vooral de Italianen zijn er druk en luidruchtig. Dit is niet onze manier van een park bekijken, en we kunnen er dan ook niet echt van genieten. Wat erg jammer is, omdat het wel degelijk een mooi park is.
Herten
Onderweg naar Bryce hebben we diverse herten gezien. Ze steken gewoon voor je de weg over. Helaas hebben we er ook een aantal doodgereden langs de weg zien liggen.
Wanneer we terug zijn bij de Camping, gaat Ko even op bed liggen. De snelheid en hoeveelheid van indrukken gaat toch zijn tol eisen. Ik loop even een rondje over de camping en ga verder met de foto's.
Nog meer herten
's Avonds lopen we naar de General Store bij Ruby's Inn en halen bij een eettentje een paar hamburgers en friet. Wanneer we terug lopen naar de camper, steken er weer een paar herten vlak voor ons over. We zijn bang dat ze de weg oplopen, maar ze blijven op het grasveld voor de lodge.
Terug naar boven
Dag 12: Zondag 11 Oktober 2009
Van: Bryce national park, UT, United StatesNaar: Capitol Reef national park, UT, United States
Vandaag is dag 12 van onze reis en we zijn nog niet eens op de helft. We vertrekken bij Ruby’s Inn, en rijden over highway 12 naar Capitol Reef National park. Highway 12 is een scenic byway, en het is een prachtige route. Met vele wisselende gezichten. We maken verschillende foto stops en drinken koffie bij Kiva Koffeehouse. Het stuk met aan beide kanten afgronden valt eigenlijk best wel mee, we hadden gedacht dat, dat stuk veel langer zou zijn, maar het is maar een klein eindje.
Fruita
We zien onderweg nog een cowboy te paard samen met zijn hond, die misschien wel de koeien van de berg gaat halen, daar we ook hele grote veetrailers zien staan. Dan rijden Capitol Reef binnen. Ook dit park is weer prachtig, we bemachtigen een plekje op de fruita campground waar de herten gewoon over het terrein lopen, en totaal niet onder de indruk zijn van de mensen en hun campers.
Magneet
Nadat we de camper geparkeerd hebben lopen we terug naar het visitor centre, en halen daar onze volgende magneet, en een kaart van het park. Terug bij de camper ga ik even op bed liggen. Of het de vermoeidheid is, of de hoogte waar we steeds op verblijven, ik heb weer wat last van druk op borst en hartkloppingen.
Hoog
Wat we ons nooit gerealiseerd hebben bij het plannen van de reis, is dat we eigenlijk constant in de bergen zitten, en dat ook valley’s op hoogte liggen. De Fruita Campground ligt bijvoorbeeld ook al weer op 1600 meter, en dan zijn we al weer een heel stuk gedaald het laatste stuk op de route.
Freemont river trail
Nadat ik een uurtje gelegen heb, lopen we de Fremont River trail. Het eerste stuk is vlak daarna gaat het redelijk steil omhoog de berg op. Het is een pittige wandeling maar de uitzichten zijn prachtig. Wanneer we weer naar beneden lopen is ook de zon aan het verdwijnen achter de bergen. Eenmaal beneden maken we wederom foto’s van de herten (mule deers) We blijven het bijzonder vinden dat deze beesten is de diverse parken zomaar over de campground lopen.
Volgeboekt
De hoeveelheid sterren aan de hemel is trouwens wederom onwaarschijnlijk, we zien er echt miljarden. Heel bijzonder!
Morgen vertrekken we naar Moab, waar we 3 nachten zullen blijven. Onderweg gaan we eerst nog naar Goblin Valley.
Wat ons opviel is dat bij Zion en Bryce alle hotels volgeboekt zijn. Overal zie je bordjes “No Vacancy”, je zou toch denken dat het in oktober wat rustiger is. We willen dan ook niet weten hoe druk het hier is in de zomer.
Waarschuwing
Verder: In Yosemite moesten we alles aan etenswaar en waar een luchtje aan zit, dus ook deodorant en zo, goed opbergen, omdat anders de beren je auto/camper openbreken om het te pakken. Dat doen we dus keurig netjes: “We hebben geen beer gezien!”
In Zion kregen we dezelfde waarschuwing maar dan voor de eekhoorns, geen ramen oplaten staan, al het voedsel opbergen! “We hebben geen eekhoorn gezien!”
Hier in Capitol reef op Fruita geldt ook zo’n waarschuwing, maar nu voor Racoons. Ik ben bang dat we deze ook niet gaan zien!
Fruita
We zien onderweg nog een cowboy te paard samen met zijn hond, die misschien wel de koeien van de berg gaat halen, daar we ook hele grote veetrailers zien staan. Dan rijden Capitol Reef binnen. Ook dit park is weer prachtig, we bemachtigen een plekje op de fruita campground waar de herten gewoon over het terrein lopen, en totaal niet onder de indruk zijn van de mensen en hun campers.
Magneet
Nadat we de camper geparkeerd hebben lopen we terug naar het visitor centre, en halen daar onze volgende magneet, en een kaart van het park. Terug bij de camper ga ik even op bed liggen. Of het de vermoeidheid is, of de hoogte waar we steeds op verblijven, ik heb weer wat last van druk op borst en hartkloppingen.
Hoog
Wat we ons nooit gerealiseerd hebben bij het plannen van de reis, is dat we eigenlijk constant in de bergen zitten, en dat ook valley’s op hoogte liggen. De Fruita Campground ligt bijvoorbeeld ook al weer op 1600 meter, en dan zijn we al weer een heel stuk gedaald het laatste stuk op de route.
Freemont river trail
Nadat ik een uurtje gelegen heb, lopen we de Fremont River trail. Het eerste stuk is vlak daarna gaat het redelijk steil omhoog de berg op. Het is een pittige wandeling maar de uitzichten zijn prachtig. Wanneer we weer naar beneden lopen is ook de zon aan het verdwijnen achter de bergen. Eenmaal beneden maken we wederom foto’s van de herten (mule deers) We blijven het bijzonder vinden dat deze beesten is de diverse parken zomaar over de campground lopen.
Volgeboekt
De hoeveelheid sterren aan de hemel is trouwens wederom onwaarschijnlijk, we zien er echt miljarden. Heel bijzonder!
Morgen vertrekken we naar Moab, waar we 3 nachten zullen blijven. Onderweg gaan we eerst nog naar Goblin Valley.
Wat ons opviel is dat bij Zion en Bryce alle hotels volgeboekt zijn. Overal zie je bordjes “No Vacancy”, je zou toch denken dat het in oktober wat rustiger is. We willen dan ook niet weten hoe druk het hier is in de zomer.
Waarschuwing
Verder: In Yosemite moesten we alles aan etenswaar en waar een luchtje aan zit, dus ook deodorant en zo, goed opbergen, omdat anders de beren je auto/camper openbreken om het te pakken. Dat doen we dus keurig netjes: “We hebben geen beer gezien!”
In Zion kregen we dezelfde waarschuwing maar dan voor de eekhoorns, geen ramen oplaten staan, al het voedsel opbergen! “We hebben geen eekhoorn gezien!”
Hier in Capitol reef op Fruita geldt ook zo’n waarschuwing, maar nu voor Racoons. Ik ben bang dat we deze ook niet gaan zien!
Terug naar boven
Dag 13: Maandag 12 Oktober 2009
Van: Capitol Reef national park, UT, United StatesNaar: Moab, UT, United States
Deze morgen ben ik weer erg vroeg wakker, het lukt me gewoon niet meer om te slapen dus ga ik er maar uit. Om 7 uur komt Ko er ook uit en ruimen we de boel op en vertrekken. We maken eerst nog een stop bij de Petroglyphe in Zion.
Goblin Valley
Daarna rijden we verder naar Goblin Valley. De weg naar Goblin Valley is een dirtroad geworden daar ze de weg opnieuw aan het asfalteren zijn. Deze keer trekken we ons er niets van aan en rijden door.
Goblin Valley is ook weer prachtig, we lopen zeker een uur tussen en langs de Goblins. Het weer werkt ook weer goed mee, en we genieten met volle teugen van een gedeelte van dit park.
Moab
Hierna rijden we door naar Moab. Onderweg halen we nog een broodje bij subway en een beker koffie. Rond half 3 zijn we bij de camping Canyonlands rv park. Als eerste ga ik 2 wassen draaien en probeer ondertussen de foto's van de afgelopen dagen te uploaden. Dit loopt niet echt lekker en ik moet dus foto voor foto apart uploaden in plaats van een hele map tegelijk.
Wasje draaien en uit eten
Wanneer de wassen klaar zijn, gaan we Moab wat beter bekijken. Ik koop nog in een winkeltje een Levi's spijkerbroek. En we kopen een nieuwe magneet. Hierna gaan we eten bij Moab's Brewery. Dit op aanraden van een paar leden van het alles amerika forum. We nemen beide de New York Steak en het smaakt prima.
Terug bij de camper ga ik weer verder met de foto's, en het internet loopt nu iets beter. Ik kan ze nu per map uploaden, en ik wordt er niet meer vanaf gegooid.
Morgen bezoeken we Canyonlands en Dead horse state park.
Goblin Valley
Daarna rijden we verder naar Goblin Valley. De weg naar Goblin Valley is een dirtroad geworden daar ze de weg opnieuw aan het asfalteren zijn. Deze keer trekken we ons er niets van aan en rijden door.
Goblin Valley is ook weer prachtig, we lopen zeker een uur tussen en langs de Goblins. Het weer werkt ook weer goed mee, en we genieten met volle teugen van een gedeelte van dit park.
Moab
Hierna rijden we door naar Moab. Onderweg halen we nog een broodje bij subway en een beker koffie. Rond half 3 zijn we bij de camping Canyonlands rv park. Als eerste ga ik 2 wassen draaien en probeer ondertussen de foto's van de afgelopen dagen te uploaden. Dit loopt niet echt lekker en ik moet dus foto voor foto apart uploaden in plaats van een hele map tegelijk.
Wasje draaien en uit eten
Wanneer de wassen klaar zijn, gaan we Moab wat beter bekijken. Ik koop nog in een winkeltje een Levi's spijkerbroek. En we kopen een nieuwe magneet. Hierna gaan we eten bij Moab's Brewery. Dit op aanraden van een paar leden van het alles amerika forum. We nemen beide de New York Steak en het smaakt prima.
Terug bij de camper ga ik weer verder met de foto's, en het internet loopt nu iets beter. Ik kan ze nu per map uploaden, en ik wordt er niet meer vanaf gegooid.
Morgen bezoeken we Canyonlands en Dead horse state park.
Terug naar boven
Dag 14: Dinsdag 13 Oktober 2009
Van: Moab, UT, United StatesVia: Dead horse state park, Canyonlands national park
Naar: Moab, UT, United States
Ik ben al weer erg vroeg wakker, echt goed slapen doe ik hier nog steeds niet. Ko slaapt nog een uurtje langer door.
Dead horse state park
Voordat we naar Canyonlands en Dead horse state park gaan doen we eerst nog een paar boodschappen en halen we koffie bij Starbucks. Hierna rijden we eerst naar Dead Horse state park. We rijden gelijk door naar het Dead horse point. Het is mooi, maar valt ook tegen tegelijkertijd. We hebben een beetje spijt dat we hier geen gewone auto hebben, waarmee we dirtroads kunnen rijden. Dat zal ook later op de dag blijken.
Canyonlands
Hierna rijden we door naar Canyonlands na eerst bij het visitor centre weer een magneet gehaald te hebben.
Het is vandaag wisselend bewolkt, en het waait op sommige plekken behoorlijk. Uit de wind in de zon is het heerlijk, maar anders is het behoorlijk fris. Ik heb me dan ook wel 3 x omgekleed. Lange broek, korte broek, lange broek, dan gaat het gemak van een camper toch wel weer spreken.
Canyonlands is werkelijk prachtig, maar net als in Bryce is dit niet de manier waarop wij dit natuurgeweld willen bezoeken. Het van Viewpoint naar viewpoint rijden, stukje lopen, fotos maken en weer instappen is dus echt niet ons ding. Je wil alles gezien hebben, en bent bang iets te missen, maar we gaan dit niet meer op deze wijze doen. We maken eigenlijk liever 1 hike door het park, en het dan echt beleven, dan dit. Dan maar niet alles gezien hebben. Maar goed, ook hier hebben we nu dus een reden om terug te komen.
Lunchen aan de rim
Tussen de middag smeren we een paar broodjes in de camper, en nemen dit en een paar blikjes drinken, en een pot fruit mee naar een rim. Dit eten we op ons gemak op, in het zonnetje en uit de wind. Gelijk krijgen we ook gezelschap van een raaf. Het is ons al vaker opgevallen, dat die raven er als de kippen bij zijn, zodra je iets te eten hebt. Duidelijk toch gewend dat ze iets krijgen van toeristen.
Rustdag
Het iedere dag weer opnieuw in de camper stappen, en rijden gaat zijn tol eisen. Daarom gaan we de planning iets aanpassen. Een echte rustdag zou namelijk wel lekker zijn.
Morgen gaan we naar Arches, we hebben thuis, online al tickets besteld voor de Fiery Furnace trial. Daarna gaan we niet weer het hele park door rijden, maar kiezen we iets uit wat we willen gaan zien en doen.
De planning is om de dag daarna in 1x door te rijden naar Monument Valley, en dan daar s middags te gaan paardrijden. De volgende dag naar Page, en daar Lower antilope canyon te bezoeken, zodat we de dag daarop, helemaal niets hebben. Een rustdag in Page, hopelijk met goed weer aan het strand van Lake Powel.
Dead horse state park
Voordat we naar Canyonlands en Dead horse state park gaan doen we eerst nog een paar boodschappen en halen we koffie bij Starbucks. Hierna rijden we eerst naar Dead Horse state park. We rijden gelijk door naar het Dead horse point. Het is mooi, maar valt ook tegen tegelijkertijd. We hebben een beetje spijt dat we hier geen gewone auto hebben, waarmee we dirtroads kunnen rijden. Dat zal ook later op de dag blijken.
Canyonlands
Hierna rijden we door naar Canyonlands na eerst bij het visitor centre weer een magneet gehaald te hebben.
Het is vandaag wisselend bewolkt, en het waait op sommige plekken behoorlijk. Uit de wind in de zon is het heerlijk, maar anders is het behoorlijk fris. Ik heb me dan ook wel 3 x omgekleed. Lange broek, korte broek, lange broek, dan gaat het gemak van een camper toch wel weer spreken.
Canyonlands is werkelijk prachtig, maar net als in Bryce is dit niet de manier waarop wij dit natuurgeweld willen bezoeken. Het van Viewpoint naar viewpoint rijden, stukje lopen, fotos maken en weer instappen is dus echt niet ons ding. Je wil alles gezien hebben, en bent bang iets te missen, maar we gaan dit niet meer op deze wijze doen. We maken eigenlijk liever 1 hike door het park, en het dan echt beleven, dan dit. Dan maar niet alles gezien hebben. Maar goed, ook hier hebben we nu dus een reden om terug te komen.
Lunchen aan de rim
Tussen de middag smeren we een paar broodjes in de camper, en nemen dit en een paar blikjes drinken, en een pot fruit mee naar een rim. Dit eten we op ons gemak op, in het zonnetje en uit de wind. Gelijk krijgen we ook gezelschap van een raaf. Het is ons al vaker opgevallen, dat die raven er als de kippen bij zijn, zodra je iets te eten hebt. Duidelijk toch gewend dat ze iets krijgen van toeristen.
Rustdag
Het iedere dag weer opnieuw in de camper stappen, en rijden gaat zijn tol eisen. Daarom gaan we de planning iets aanpassen. Een echte rustdag zou namelijk wel lekker zijn.
Morgen gaan we naar Arches, we hebben thuis, online al tickets besteld voor de Fiery Furnace trial. Daarna gaan we niet weer het hele park door rijden, maar kiezen we iets uit wat we willen gaan zien en doen.
De planning is om de dag daarna in 1x door te rijden naar Monument Valley, en dan daar s middags te gaan paardrijden. De volgende dag naar Page, en daar Lower antilope canyon te bezoeken, zodat we de dag daarop, helemaal niets hebben. Een rustdag in Page, hopelijk met goed weer aan het strand van Lake Powel.
Terug naar boven
Dag 15: Woensdag 14 Oktober 2009
Van: Moab, UT, United StatesVia: Arches national park, Fiery Furnace trail
Naar: Bluff, UT, United States
Vandaag eens een verslagje van mij: Ko.
Na het toch wat teleurstellend toeristje spelen van gister, staat vandaag de Fiery Furnace trail op het programma. Marja is, ondanks een paar slaaptabletten (die je hier gewoon bij de supermarkt kan halen), toch weer vroeg wakker en op. Ik blijf nog even liggen tot de wekker afloopt. Daar heb ik ‘m ook voor gezet tenslotte.
Net op tijd
Omdat Arches maar een kwartiertje rijden is doen we op ons gemak. Eerst maar weer even koffie halen bij Starbucks en dan op weg naar Arches. Daar langs bij het Visitor-center om te horen waar we moeten zijn. We krijgen te horen dat we 5 à 10 minuten van te voren (10 uur) bij het viewpoint van Fiery Furnace moeten zijn. En het is nog een half uur rijden (? Hadden we niet gedacht). En op dat moment is het 5 voor half tien. Dat wordt dus racen met de RV.
Maar gelukkig, we halen het “met gemak”. Racen met een RV steile hellingen op valt namelijk niet mee.
Juliana
We worden daar meegenomen door een erg enthousiaste ranger (Juliana) die begint te vertellen dat we een “hike” van ongeveer 2, 2½ mile in bijna 3 uur zullen lopen. Dat komt omdat we steeds een stukje lopen en dan weer iets van haar te horen krijgen. Ze heeft het daarbij ook over “drop-offs”. De naam zegt het al: daar kun je van af vallen. En dan denk ik gelijk terug aan de “drop-offs” van gister in Canyonlands (eeerrrruuuggg hoog) en zeg: I’m out of here. Gelukkig breng ik dat niet in de praktijk, want die drop-offs vallen erg mee en Juliana doet het erg leuk. Ze brengt ons van alles bij over de geologie en zo van de omgeving. Hoe al die rotsformaties zijn ontstaan bijvoorbeeld en hoe de arches (de bridges en de arches) ontstaan. Allemaal best wel leuk om te horen. Ook al door de manier waarop Juliana het vertelt.
De hike
Maar het leukste is wel de hike zelf. De eerste paar honderd meter gaan in een zodanig tempo dat we allebei denken: als dit zo doorgaat hangen we straks hijgend achteraan de groep. Maar gelukkig wordt er regelmatig gestopt en vertelt Juliana weer iets over micro-organismen die het zand bij elkaar houden. Of over bomen die lange tijd zonder water kunnen en ook delen van zichzelf kunnen afsluiten, zodat in ieder geval nog een deel in leven blijft. Dat helpt ons ook nog een beetje in leven te houden, doordat we weer even op adem kunnen komen.
Spiderman
Het eerste deel is nog redelijk vlak, maar daarna komen de smalle spleten waar we ons door heen moeten wurmen. Of plekken waar je je als een soort Spiderman (zoals Juliana zei) tussen twee wanden overeind moet houden met handen en voeten en soms ook je kont.
Sommigen houden daar zelfs nog aardige schaafwonden aan over. Marja en ik gelukkig niet.
Nou ja jullie moeten de foto’s maar bekijken om een indruk te krijgen hoe dat in zijn werk ging.
Na ruim 3 uur zijn we dan weer terug bij het startpunt. Met enigszins stijve dijen maar zeer voldaan. Dit is waar we voor gekomen zijn.
Verschil met gister
Een verschil met gister is ook dat we in Arches het gevoel hebben deel uit te maken van het gebied waar we door rijden. Gister bij Canyonlands (en ook bij Bryce) reed je door een landschap dat geen geheel vormde met wat je op de viewpoints te zien kreeg. In Arches biedt de omgeving zelf al de bezienswaardigheden en hoef je niet perse van punt naar punt te rijden om de mooie dingen te zien.
Amerikaanse “gastvrijheid”
Bij het wegrijden van de parkeerplaats bij Fiery Furnace worden we ook nog even getrakteerd op een stukje Amerikaanse “gastvrijheid”. Onze camper staat nl. klem tussen twee auto’s en op ongeveer 1cm van een hek, zodat we weinig kunnen manouvreren. De bestuurder van de auto voor ons staat nog wat te kletsen. Het starten van de camper brengt hem kennelijk niet op het idee dat we misschien weg willen. Dus stap ik uit en stap op hem af met het vriendelijke verzoek zijn auto wat naar voren te zetten. Hij doet dat wel, maar trekt daar een gezicht bij waar ik het lef vandaan haal hem dit te vragen. En als we dan wegrijden wordt ons nog een nijdige blik van zijn vrouw nageworpen.
Delicate Arch
Nou ja, ze doen maar. Wij hebben genoten van de hike.
Dan moeten we nog verzinnen wat we verder nog in Arches willen doen. Er zijn nog een paar view-points (nee he niet weer) die we kunnen bekijken. We besluiten Delicate Arch te gaan bekijken. Als we bij de parkeerplaats aangekomen zijn kunnen we ook weer kiezen: de higher of de lower view-point. Marja zegt gelijk: de lower. Dat is ongeveer 15 meter lopen.
Daar maak ik in twee tellen twee foto’s van de Delicate Arch en we kijken elkaar aan en zeggen: kom we gaan.
Richting Monument Valley
We hebben dan eigenlijk gedaan waar we voor in Moab gekomen zijn. Het is dan half twee en zoals je op de foto’s kunt zien zit er ook zwaar weer aan te komen (stortbuien in de bergen). Daarom besluiten we eerder uit Moab te vertrekken en alvast een stuk richting Monument Valley te rijden.
Dat pakt goed uit. Het weer wordt steeds beter en de vergezichten zijn weer geweldig.
Geiten en Emoes
En zo belanden we op een alleraardigste camping in Bluff. Een kleine camping met een stuk of vijf andere campers, mooi uitzicht op gele bomen, een eendenvijver, paarden, ezels, geiten en een paar emoes.
En morgen nog maar een uurtje naar Monument Valley, waar Marja eindelijk met haar cowboy-hoed op haar droom van paardrijden in de Valley kan waarmaken.
Maar daarover morgen meer.
Na het toch wat teleurstellend toeristje spelen van gister, staat vandaag de Fiery Furnace trail op het programma. Marja is, ondanks een paar slaaptabletten (die je hier gewoon bij de supermarkt kan halen), toch weer vroeg wakker en op. Ik blijf nog even liggen tot de wekker afloopt. Daar heb ik ‘m ook voor gezet tenslotte.
Net op tijd
Omdat Arches maar een kwartiertje rijden is doen we op ons gemak. Eerst maar weer even koffie halen bij Starbucks en dan op weg naar Arches. Daar langs bij het Visitor-center om te horen waar we moeten zijn. We krijgen te horen dat we 5 à 10 minuten van te voren (10 uur) bij het viewpoint van Fiery Furnace moeten zijn. En het is nog een half uur rijden (? Hadden we niet gedacht). En op dat moment is het 5 voor half tien. Dat wordt dus racen met de RV.
Maar gelukkig, we halen het “met gemak”. Racen met een RV steile hellingen op valt namelijk niet mee.
Juliana
We worden daar meegenomen door een erg enthousiaste ranger (Juliana) die begint te vertellen dat we een “hike” van ongeveer 2, 2½ mile in bijna 3 uur zullen lopen. Dat komt omdat we steeds een stukje lopen en dan weer iets van haar te horen krijgen. Ze heeft het daarbij ook over “drop-offs”. De naam zegt het al: daar kun je van af vallen. En dan denk ik gelijk terug aan de “drop-offs” van gister in Canyonlands (eeerrrruuuggg hoog) en zeg: I’m out of here. Gelukkig breng ik dat niet in de praktijk, want die drop-offs vallen erg mee en Juliana doet het erg leuk. Ze brengt ons van alles bij over de geologie en zo van de omgeving. Hoe al die rotsformaties zijn ontstaan bijvoorbeeld en hoe de arches (de bridges en de arches) ontstaan. Allemaal best wel leuk om te horen. Ook al door de manier waarop Juliana het vertelt.
De hike
Maar het leukste is wel de hike zelf. De eerste paar honderd meter gaan in een zodanig tempo dat we allebei denken: als dit zo doorgaat hangen we straks hijgend achteraan de groep. Maar gelukkig wordt er regelmatig gestopt en vertelt Juliana weer iets over micro-organismen die het zand bij elkaar houden. Of over bomen die lange tijd zonder water kunnen en ook delen van zichzelf kunnen afsluiten, zodat in ieder geval nog een deel in leven blijft. Dat helpt ons ook nog een beetje in leven te houden, doordat we weer even op adem kunnen komen.
Spiderman
Het eerste deel is nog redelijk vlak, maar daarna komen de smalle spleten waar we ons door heen moeten wurmen. Of plekken waar je je als een soort Spiderman (zoals Juliana zei) tussen twee wanden overeind moet houden met handen en voeten en soms ook je kont.
Sommigen houden daar zelfs nog aardige schaafwonden aan over. Marja en ik gelukkig niet.
Nou ja jullie moeten de foto’s maar bekijken om een indruk te krijgen hoe dat in zijn werk ging.
Na ruim 3 uur zijn we dan weer terug bij het startpunt. Met enigszins stijve dijen maar zeer voldaan. Dit is waar we voor gekomen zijn.
Verschil met gister
Een verschil met gister is ook dat we in Arches het gevoel hebben deel uit te maken van het gebied waar we door rijden. Gister bij Canyonlands (en ook bij Bryce) reed je door een landschap dat geen geheel vormde met wat je op de viewpoints te zien kreeg. In Arches biedt de omgeving zelf al de bezienswaardigheden en hoef je niet perse van punt naar punt te rijden om de mooie dingen te zien.
Amerikaanse “gastvrijheid”
Bij het wegrijden van de parkeerplaats bij Fiery Furnace worden we ook nog even getrakteerd op een stukje Amerikaanse “gastvrijheid”. Onze camper staat nl. klem tussen twee auto’s en op ongeveer 1cm van een hek, zodat we weinig kunnen manouvreren. De bestuurder van de auto voor ons staat nog wat te kletsen. Het starten van de camper brengt hem kennelijk niet op het idee dat we misschien weg willen. Dus stap ik uit en stap op hem af met het vriendelijke verzoek zijn auto wat naar voren te zetten. Hij doet dat wel, maar trekt daar een gezicht bij waar ik het lef vandaan haal hem dit te vragen. En als we dan wegrijden wordt ons nog een nijdige blik van zijn vrouw nageworpen.
Delicate Arch
Nou ja, ze doen maar. Wij hebben genoten van de hike.
Dan moeten we nog verzinnen wat we verder nog in Arches willen doen. Er zijn nog een paar view-points (nee he niet weer) die we kunnen bekijken. We besluiten Delicate Arch te gaan bekijken. Als we bij de parkeerplaats aangekomen zijn kunnen we ook weer kiezen: de higher of de lower view-point. Marja zegt gelijk: de lower. Dat is ongeveer 15 meter lopen.
Daar maak ik in twee tellen twee foto’s van de Delicate Arch en we kijken elkaar aan en zeggen: kom we gaan.
Richting Monument Valley
We hebben dan eigenlijk gedaan waar we voor in Moab gekomen zijn. Het is dan half twee en zoals je op de foto’s kunt zien zit er ook zwaar weer aan te komen (stortbuien in de bergen). Daarom besluiten we eerder uit Moab te vertrekken en alvast een stuk richting Monument Valley te rijden.
Dat pakt goed uit. Het weer wordt steeds beter en de vergezichten zijn weer geweldig.
Geiten en Emoes
En zo belanden we op een alleraardigste camping in Bluff. Een kleine camping met een stuk of vijf andere campers, mooi uitzicht op gele bomen, een eendenvijver, paarden, ezels, geiten en een paar emoes.
En morgen nog maar een uurtje naar Monument Valley, waar Marja eindelijk met haar cowboy-hoed op haar droom van paardrijden in de Valley kan waarmaken.
Maar daarover morgen meer.
Terug naar boven
Dag 16: Donderdag 15 Oktober 2009
Van: Bluff, UT, United StatesVia: Gooseneck state park
Naar: Monument Valley, AZ, United States
Monument Valley: dat is het doel voor vandaag. Zoals ik gister al zei de plek waar Marja wil gaan paardrijden.
Maar voordat het zover is moeten we eerst nog uit Bluff vertrekken. Als het aan Marja had gelegen waren we waarschijnlijk om 5 uur al van de Cadillac campground vertrokken. Ik denk dat het een uur of drie was dat ze zich over mee heen boog om te kijken hoe laat het was. Alleen had ik mijn horloge en mijn telefoon niet naast het bed liggen. En het was nog pikdonker: dus het zal nog wel vroeg zijn.
Gelukkig slapen we allebei nog een paar uurtjes. Maar om een uur of half zes, zes uur houdt ze het niet meer uit en stapt ze het bed uit. Ik blijf nog even liggen.
Marja maakt intussen nog wat foto’s (dan is het al wel wat lichter hoor) van de zonsopgang, de camping en de life-stock op de camping.
Richting Monument valley
En om een uur of negen vertrekken we dan eindelijk richting Monument Valley.
Zoals jullie uit de foto’s van de afgelopen dagen hebben kunnen zien komt er op veel plekken in deze omgeving rood als belangrijkste kleur naar voren. Maar Monument Valley wint het daarin van alle andere plekken. Hoe verder we richting de Valley rijden hoe roder het wordt.
Gooseneck state park
Onderweg komen we daarbij langs de Mexican Hat en doen we ook nog even Goose Neck State park aan. Een werkelijk weer zeer bijzondere plek. Met ook weer akelige “drop-offs” van wel 1000 feet (300 meter). Wat een putten zeg. Maar wat een spectaculair uitzicht ook.
Als in een film
En dan komen we langzamerhand in de buurt van Monument Valley. En elk hellinkje dat je oprijdt verwacht je de wereldberoemde aanblik van die lange dalende weg te zullen zien met in de verte die grote klompen rode rots. Maar het duurt toch iets langer dan we dachten. De spanning stijgt. En dan: dan is het zover. We rijden de laatste helling voor de Valley op en als ons blikveld langzaam boven die laatste helling uitkomt zien we die beroemde aanblik langzaam voor ons verschijnen. Wow: indrukwekkend om het zelf te zien. En ook merkwaardig, omdat het soms zo onwerkelijk is daar ook echt te rijden. Je kunt het je soms gewoon niet voorstellen en soms lijkt het wel een decor uit een film waar je in rijdt.
Een miljoen maal gefotografeerd
Maar ook al is deze aanblik waarschijnlijk al 1 miljoen maal gefotografeerd, wij maken dan toch maar de 1 miljoenste en eerste foto van dit imposante schouwspel.
Alleen: wat raar, ze staan er anders op dan op al die foto’s die we er al van gezien hebben. Klopt dit wel. Ze staan veel te dicht op elkaar. Komen we misschien van de verkeerde kant. Nee toch niet, of wel. Hoe het ook zij: we hebben onze foto’s en rijden richting onze camping.
Paardrijden?
Nadat we onze plek hebben geïnspecteerd (wat een grote mieren zitten daar zeg), rijden we naar het visitor-centre van het Navajo-park, om te horen hoe we het paardrijden kunnen regelen. Dat blijkt toch wat minder makkelijk dan gedacht. Daarvoor moet je namelijk eerst een eind de vallei in en – zoals ik later hoor van een Navajo – kost het ook nog aardig wat. Zeker als ze na het eerste uur voor elk half uur of twintig minuten er nog een flinke schep bovenop doen. Daarbij wil Marja persé eerst de paarden met eigen ogen aanschouwen, voordat ze beslist of we erop gaan rijden. Wat te doen?
Guided tour
We kijken eens rond en zien dan een flink aantal jeeps staan, waarin je overdekt met een man of acht à tien rondgereden kan worden.
Dat lijkt ons nou net helemaal niks. Maar als we over het parkeerterrein lopen worden we aangesproken door een Navajo die ons iets vertelt over de “guided tours” en wat het kost. Ik zeg tegen hem dat we niet zo houden van zo’n jeep waarin je met een aantal wildvreemden wordt rondgecrosst. No problem: we kunnen voor vrijwel hetzelfde geld ook een privat tour krijgen.
Grand tour
Nou omdat het paardrijden niet door zal gaan doen we dat dan maar in plaats daarvan. Een wat oudere Navajo, die dit werk al 14 jaar doet vertelt hij, zal onze gids zijn. En in een F-150, 4x4 worden we daarna in 2½ uur in de grand-tour langs een flink aantal bezienswaardigheden gereden. Ik denk dat de foto’s weer voor zichzelf spreken als ik zeg dat Monument Valley voorlopig toch wel de meeste indruk op ons maakt. Ik hoop tenminste dat dit uit de foto’s een beetje naar voren komt. Want eigenlijk moet je het met eigen ogen aanschouwen om de grootsheid van dit alles te kunnen ervaren. Met aan de ene kant geweldige vlakten, waarin dan vervolgens grote rode rotspartijen willekeurig lijken te zijn neergezet. Waarin je ook ziet dat er toch regelmatig grote stukken van die rotsen naar beneden komen. Een van de gidsen vertelt me nog dat nog geen 2 maanden geleden er zo’n 10.000 pound rots naar beneden is komen tuimelen (nou weet ik nog steeds niet hoeveel een pound weegt, wat af en toe ook rare situaties oplevert als je in de supermarkt om een ounce vleeswaren vraagt. Dus ik laat ze nu maar gewoon een paar bundeltjes in een zakje stoppen en zeg dan wel wanneer het genoeg is).
Adembenemend
Maar back to business. Waar had ik het over: Monument Valley. Een zeer indrukwekkende omgeving. Stoffig en warm ook: maar vooral toch adembenemend.
En dan te bedenken dat er nog Navajo’s zijn die in de Valley wonen, zonder electriciteit, zonder water. Je kunt het je bijna niet voorstellen.
In en uit de vriezer
Als we uitgekeken zijn in de Valley (als dat al mogelijk is, want volgens mij raak je daar nooit uitgekeken) gaan we nog even wat boodschappen doen. Vlees om te barbecuen. Vlees dat drie keer in de vriezer belandt, omdat we daar eigenlijk geen zin in hebben en omdat de grill van de bbq er niet zo smakelijk uitziet. Maar toch ook weer in de koelkast, omdat het de vorige keer toch wel lekker was. Maar uiteindelijk toch maar weer in de vriezer. Want we gaan toch maar wat eten in een restaurant dat uitkijkt op Monument Valley. En dat geeft nog eens een extra dimensie aan de Valley. Want als we daar zitten valt de avond en zakt de zon langzaam achter de rotsen. Alleen die grote rotspartijen in de Valley blijven heel lang nog een soort van nagloeien. Alsof ze de hele dag de zon hebben geabsorbeerd en daar nog een beetje van afstaan, zo vlak voor het donker. Ook dit levert weer schitterende plaatjes op (alleen helaas niet op foto, want we hadden de camera niet mee!!).
Meest indrukwekkend
En ik denk dat Monument Valley, zeker voor Marja maar toch ook voor mij, een goede gooi doet naar de meest indrukwekkende omgeving die we tot nu toe hebben gezien.
Kijken of Grand Canyon daar tegenop kan. Maar dat komt pas over een paar dagen. Eerst gaan we de komende twee dagen in Page een klein beetje tot rust komen en misschien gewoon effe lekker op het strand aan Lake Powell liggen. Maar daarover kunnen jullie in het verslag van morgen/overmorgen alles lezen.
Maar voordat het zover is moeten we eerst nog uit Bluff vertrekken. Als het aan Marja had gelegen waren we waarschijnlijk om 5 uur al van de Cadillac campground vertrokken. Ik denk dat het een uur of drie was dat ze zich over mee heen boog om te kijken hoe laat het was. Alleen had ik mijn horloge en mijn telefoon niet naast het bed liggen. En het was nog pikdonker: dus het zal nog wel vroeg zijn.
Gelukkig slapen we allebei nog een paar uurtjes. Maar om een uur of half zes, zes uur houdt ze het niet meer uit en stapt ze het bed uit. Ik blijf nog even liggen.
Marja maakt intussen nog wat foto’s (dan is het al wel wat lichter hoor) van de zonsopgang, de camping en de life-stock op de camping.
Richting Monument valley
En om een uur of negen vertrekken we dan eindelijk richting Monument Valley.
Zoals jullie uit de foto’s van de afgelopen dagen hebben kunnen zien komt er op veel plekken in deze omgeving rood als belangrijkste kleur naar voren. Maar Monument Valley wint het daarin van alle andere plekken. Hoe verder we richting de Valley rijden hoe roder het wordt.
Gooseneck state park
Onderweg komen we daarbij langs de Mexican Hat en doen we ook nog even Goose Neck State park aan. Een werkelijk weer zeer bijzondere plek. Met ook weer akelige “drop-offs” van wel 1000 feet (300 meter). Wat een putten zeg. Maar wat een spectaculair uitzicht ook.
Als in een film
En dan komen we langzamerhand in de buurt van Monument Valley. En elk hellinkje dat je oprijdt verwacht je de wereldberoemde aanblik van die lange dalende weg te zullen zien met in de verte die grote klompen rode rots. Maar het duurt toch iets langer dan we dachten. De spanning stijgt. En dan: dan is het zover. We rijden de laatste helling voor de Valley op en als ons blikveld langzaam boven die laatste helling uitkomt zien we die beroemde aanblik langzaam voor ons verschijnen. Wow: indrukwekkend om het zelf te zien. En ook merkwaardig, omdat het soms zo onwerkelijk is daar ook echt te rijden. Je kunt het je soms gewoon niet voorstellen en soms lijkt het wel een decor uit een film waar je in rijdt.
Een miljoen maal gefotografeerd
Maar ook al is deze aanblik waarschijnlijk al 1 miljoen maal gefotografeerd, wij maken dan toch maar de 1 miljoenste en eerste foto van dit imposante schouwspel.
Alleen: wat raar, ze staan er anders op dan op al die foto’s die we er al van gezien hebben. Klopt dit wel. Ze staan veel te dicht op elkaar. Komen we misschien van de verkeerde kant. Nee toch niet, of wel. Hoe het ook zij: we hebben onze foto’s en rijden richting onze camping.
Paardrijden?
Nadat we onze plek hebben geïnspecteerd (wat een grote mieren zitten daar zeg), rijden we naar het visitor-centre van het Navajo-park, om te horen hoe we het paardrijden kunnen regelen. Dat blijkt toch wat minder makkelijk dan gedacht. Daarvoor moet je namelijk eerst een eind de vallei in en – zoals ik later hoor van een Navajo – kost het ook nog aardig wat. Zeker als ze na het eerste uur voor elk half uur of twintig minuten er nog een flinke schep bovenop doen. Daarbij wil Marja persé eerst de paarden met eigen ogen aanschouwen, voordat ze beslist of we erop gaan rijden. Wat te doen?
Guided tour
We kijken eens rond en zien dan een flink aantal jeeps staan, waarin je overdekt met een man of acht à tien rondgereden kan worden.
Dat lijkt ons nou net helemaal niks. Maar als we over het parkeerterrein lopen worden we aangesproken door een Navajo die ons iets vertelt over de “guided tours” en wat het kost. Ik zeg tegen hem dat we niet zo houden van zo’n jeep waarin je met een aantal wildvreemden wordt rondgecrosst. No problem: we kunnen voor vrijwel hetzelfde geld ook een privat tour krijgen.
Grand tour
Nou omdat het paardrijden niet door zal gaan doen we dat dan maar in plaats daarvan. Een wat oudere Navajo, die dit werk al 14 jaar doet vertelt hij, zal onze gids zijn. En in een F-150, 4x4 worden we daarna in 2½ uur in de grand-tour langs een flink aantal bezienswaardigheden gereden. Ik denk dat de foto’s weer voor zichzelf spreken als ik zeg dat Monument Valley voorlopig toch wel de meeste indruk op ons maakt. Ik hoop tenminste dat dit uit de foto’s een beetje naar voren komt. Want eigenlijk moet je het met eigen ogen aanschouwen om de grootsheid van dit alles te kunnen ervaren. Met aan de ene kant geweldige vlakten, waarin dan vervolgens grote rode rotspartijen willekeurig lijken te zijn neergezet. Waarin je ook ziet dat er toch regelmatig grote stukken van die rotsen naar beneden komen. Een van de gidsen vertelt me nog dat nog geen 2 maanden geleden er zo’n 10.000 pound rots naar beneden is komen tuimelen (nou weet ik nog steeds niet hoeveel een pound weegt, wat af en toe ook rare situaties oplevert als je in de supermarkt om een ounce vleeswaren vraagt. Dus ik laat ze nu maar gewoon een paar bundeltjes in een zakje stoppen en zeg dan wel wanneer het genoeg is).
Adembenemend
Maar back to business. Waar had ik het over: Monument Valley. Een zeer indrukwekkende omgeving. Stoffig en warm ook: maar vooral toch adembenemend.
En dan te bedenken dat er nog Navajo’s zijn die in de Valley wonen, zonder electriciteit, zonder water. Je kunt het je bijna niet voorstellen.
In en uit de vriezer
Als we uitgekeken zijn in de Valley (als dat al mogelijk is, want volgens mij raak je daar nooit uitgekeken) gaan we nog even wat boodschappen doen. Vlees om te barbecuen. Vlees dat drie keer in de vriezer belandt, omdat we daar eigenlijk geen zin in hebben en omdat de grill van de bbq er niet zo smakelijk uitziet. Maar toch ook weer in de koelkast, omdat het de vorige keer toch wel lekker was. Maar uiteindelijk toch maar weer in de vriezer. Want we gaan toch maar wat eten in een restaurant dat uitkijkt op Monument Valley. En dat geeft nog eens een extra dimensie aan de Valley. Want als we daar zitten valt de avond en zakt de zon langzaam achter de rotsen. Alleen die grote rotspartijen in de Valley blijven heel lang nog een soort van nagloeien. Alsof ze de hele dag de zon hebben geabsorbeerd en daar nog een beetje van afstaan, zo vlak voor het donker. Ook dit levert weer schitterende plaatjes op (alleen helaas niet op foto, want we hadden de camera niet mee!!).
Meest indrukwekkend
En ik denk dat Monument Valley, zeker voor Marja maar toch ook voor mij, een goede gooi doet naar de meest indrukwekkende omgeving die we tot nu toe hebben gezien.
Kijken of Grand Canyon daar tegenop kan. Maar dat komt pas over een paar dagen. Eerst gaan we de komende twee dagen in Page een klein beetje tot rust komen en misschien gewoon effe lekker op het strand aan Lake Powell liggen. Maar daarover kunnen jullie in het verslag van morgen/overmorgen alles lezen.
Terug naar boven
Dag 17: Vrijdag 16 Oktober 2009
Van: Monument Valley, AZ, United StatesVia: Lower Antilope canyon
Naar: Page, AZ, United States
Zes uur: Marja hangt weer eens half over me heen om te kijken hoe laat het is. En dan weet ik al hoe laat het is: 10 minuten later is ze dan uit bed, omdat ze dan toch niet meer kan slapen. En al meerdere keren is het dan ook een tijdje later om de hoek van de deur: dit moet je echt even zien, dit moet je gezien hebben. Dus vanochtend om ongeveer half zeven lag ik uit het raam van de slaapkamer (noem je dat zo in een RV?) te kijken naar een werkelijk – dat moet ik wel toegeven – schitterende zonsopgang. Daar moeten jullie echt even de plaatjes die Marja geschoten heeft voor bekijken. Dat valt niet te beschrijven. Vooral die ene waarin je de zonsopgang ziet weerspiegeld in het raam van de camper (waar ik waarschijnlijk net achter naar diezelfde scene lig te kijken) is bijzonder.
9 uur! 8 uur?
En het is ook nog koud: dat komt Marja me even later laten voelen als ze haar koude handen op mijn rug legt.
Niet veel later zijn we dus al aan het ontbijten en de boel op orde aan het brengen om de rit naar Page te kunnen beginnen. Tegen negen uur (Utah-tijd: en let goed op want het kan wel eens ingewikkeld worden) rijden we van de camping af. Het eerste stuk van ongeveer twee mijl leggen we in ongeveer 5 minuten af en dan moeten we rechtsaf, de 163 op. En dan is het vijf over acht, want direct om de hoek ligt de grens met Arizona. Dus in vijf minuten tijd hebben we een uur gewonnen.
Dan rijden we langzaam Monument Valley uit. We kijken nog eens achterom of we echt wel vanuit de goede richting de Valley waren ingereden en we zijn het er nog niet over eens.
Dan komt er een lang stuk waarin niet zoveel gebeurt. Lange wegen weer, door nu een vrij eentonig landschap. Wel weer een gebied met weidse vergezichten en veel paarden, wat Marja de verzuchting ontlokt: ik ben in het verkeerde land geboren.
Lower Antilope Canyon
Dan komen we in de buurt van Page en we willen daar de Lower Antilope Canyon nog even aandoen. Marja weet van alle reisverhalen die ze gelezen heeft, dat het daar niet zo druk is en dat je die zonder gids of wat ook zelf kan “doen”. Dus we kijken nogal op ons neus als we daar aankomen en een hokje (meer is het niet) zien staan met daarop een aankondiging: guided tours only. En dat zijn we. Want op het afgesproken tijdstip wordt een jongeman naar voren geschoven (met de handen in de zakken) die dan onze gids zou zijn. Het groepje van een man of acht (met ons er bij) begrijpen het niet helemaal en het moet nog een keer herhaald worden dat hij onze gids is. Aarzelend lopen we achter hem aan tot hij bij een spleet in de grond blijft staan. Hij vertelt ons dat dat de ingang tot Lower Antilope Canyon is en zegt ons dat we de canyon daarlangs kunnen ingaan. Weer kijken we hem niet begrijpend aan: die spleet in de grond, dat is de ingang tot de canyon? Maar nadat hij nog een keer gezegd heeft dat het echt de ingang is en we wat beter gekeken hebben, blijkt dat inderdaad zo te zijn. Dus doen we wat hij zegt en gaan we achter elkaar de canyon in.
Guided Tour
Ongeveer halverwege de canyon (schat ik) zien we hem nog een keer, waarbij hij ons wijst op een paar rotsformaties die lijken op een adelaar en een vrouwenhoofd. En bijna bij het eind aangekomen zegt hij tegen ons, dat we nog een klein stukje verder moeten en dan de canyon kunnen verlaten of dat we dezelfde weg weer terug kunnen naar het begin van de canyon. Meer dan die paar keer hebben we hem dus niet gezien. Dus “so much” voor de “guided tour”. En daar betaal je dan nog 52 dollar voor ook.
Los van dat: het is wel weer een heel bijzondere ervaring te zien wat wind en water kunnen doen met rotsen. Nou ja, daarvoor zijn de plaatjes er weer.
Lake Powell
Daarna naar Page waar we een paar boodschappen doen en dan op naar de camping. Vanaf onze plaats hebben we geweldig uitzicht op Lake Powell. En nadat we alles hebben geïnstalleerd gaan we nog even pootje baden in het meer en maken we een wandelingetje langs het strand. Daarbij landen we aan bij een botenverhuurbedrijf en informeren naar de prijzen van het huren van een kajak (een power-boot zal wel te duur zijn). Die zijn zeer redelijk en dus weten we al wat we morgen gaan doen: kajakken op Lake Powell (in plaats van het lekker tot rust komen, zoals we eerst van plan waren. Nou ja kajakken kan ook wel rustgevend zijn en het wordt erg mooi weer morgen. Kunnen we ook nog iets aan onze teint doen).
Als we terug lopen naar onze camper zien we ineens een bordje: Arizona stateline. Dus zonder het te weten waren we met het wandelen langs het meer weer in Utah terecht gekomen. Marja springt een paar keer heen en weer over deze denkbeeldige lijn, roepend: 4 uur, 5 uur, 4 uur, 5 uur.
Al die tijdsverschillen maken hongerig, dus op weg naar de camper. Onderweg zien we achter de bergen aan de overkant van Lake Powell zwarte rookwolken. We denken eerst dat het misschien een boot is die in brand staat. Maar als een paar uur later er nog steeds zwarte rookwolken boven de bergen uitstijgen bedenken we dat het toch wel iets anders zal zijn. Maar veel bos voor een bosbrand is er niet, voor zover we kunnen zien tenminste. Dus we zullen het misschien wel niet te weten komen wat het is geweest.
Staren in het vuur
Dan toch maar ons eigen vuurtje stoken voor de barbecue. De kooltjes in de bak, fire-starter erover en binnen een kwartiertje kan het vlees er boven. Beetje sla erbij. Dat gaat er wel in.
Als we klaar zijn met eten legt Marja de blokken hout, die we al in Zion gekocht hadden en daar niet wilden branden (alleen maar roken), op de nog gloeiende kooltjes en binnen een paar tellen hebben we een schitterend kampvuurtje (Marja maakt er nog een paar leuke foto’s van). En dat brandt zo goed (ook met het vanmiddag nog gekochte hout) dat we zo maar een paar uurtjes in het houtvuur zitten te staren.
Maar ja de foto’s moeten nog bewerkt en het verslag nog geschreven, dus op een gegeven moment toch maar naar binnen (wordt ook te koud trouwens) en aan het werk, met overigens morgen weer een heel prettige activiteit (kanoën, uh sorry kajakken) in het vooruitzicht.
Cu tomorrow.
9 uur! 8 uur?
En het is ook nog koud: dat komt Marja me even later laten voelen als ze haar koude handen op mijn rug legt.
Niet veel later zijn we dus al aan het ontbijten en de boel op orde aan het brengen om de rit naar Page te kunnen beginnen. Tegen negen uur (Utah-tijd: en let goed op want het kan wel eens ingewikkeld worden) rijden we van de camping af. Het eerste stuk van ongeveer twee mijl leggen we in ongeveer 5 minuten af en dan moeten we rechtsaf, de 163 op. En dan is het vijf over acht, want direct om de hoek ligt de grens met Arizona. Dus in vijf minuten tijd hebben we een uur gewonnen.
Dan rijden we langzaam Monument Valley uit. We kijken nog eens achterom of we echt wel vanuit de goede richting de Valley waren ingereden en we zijn het er nog niet over eens.
Dan komt er een lang stuk waarin niet zoveel gebeurt. Lange wegen weer, door nu een vrij eentonig landschap. Wel weer een gebied met weidse vergezichten en veel paarden, wat Marja de verzuchting ontlokt: ik ben in het verkeerde land geboren.
Lower Antilope Canyon
Dan komen we in de buurt van Page en we willen daar de Lower Antilope Canyon nog even aandoen. Marja weet van alle reisverhalen die ze gelezen heeft, dat het daar niet zo druk is en dat je die zonder gids of wat ook zelf kan “doen”. Dus we kijken nogal op ons neus als we daar aankomen en een hokje (meer is het niet) zien staan met daarop een aankondiging: guided tours only. En dat zijn we. Want op het afgesproken tijdstip wordt een jongeman naar voren geschoven (met de handen in de zakken) die dan onze gids zou zijn. Het groepje van een man of acht (met ons er bij) begrijpen het niet helemaal en het moet nog een keer herhaald worden dat hij onze gids is. Aarzelend lopen we achter hem aan tot hij bij een spleet in de grond blijft staan. Hij vertelt ons dat dat de ingang tot Lower Antilope Canyon is en zegt ons dat we de canyon daarlangs kunnen ingaan. Weer kijken we hem niet begrijpend aan: die spleet in de grond, dat is de ingang tot de canyon? Maar nadat hij nog een keer gezegd heeft dat het echt de ingang is en we wat beter gekeken hebben, blijkt dat inderdaad zo te zijn. Dus doen we wat hij zegt en gaan we achter elkaar de canyon in.
Guided Tour
Ongeveer halverwege de canyon (schat ik) zien we hem nog een keer, waarbij hij ons wijst op een paar rotsformaties die lijken op een adelaar en een vrouwenhoofd. En bijna bij het eind aangekomen zegt hij tegen ons, dat we nog een klein stukje verder moeten en dan de canyon kunnen verlaten of dat we dezelfde weg weer terug kunnen naar het begin van de canyon. Meer dan die paar keer hebben we hem dus niet gezien. Dus “so much” voor de “guided tour”. En daar betaal je dan nog 52 dollar voor ook.
Los van dat: het is wel weer een heel bijzondere ervaring te zien wat wind en water kunnen doen met rotsen. Nou ja, daarvoor zijn de plaatjes er weer.
Lake Powell
Daarna naar Page waar we een paar boodschappen doen en dan op naar de camping. Vanaf onze plaats hebben we geweldig uitzicht op Lake Powell. En nadat we alles hebben geïnstalleerd gaan we nog even pootje baden in het meer en maken we een wandelingetje langs het strand. Daarbij landen we aan bij een botenverhuurbedrijf en informeren naar de prijzen van het huren van een kajak (een power-boot zal wel te duur zijn). Die zijn zeer redelijk en dus weten we al wat we morgen gaan doen: kajakken op Lake Powell (in plaats van het lekker tot rust komen, zoals we eerst van plan waren. Nou ja kajakken kan ook wel rustgevend zijn en het wordt erg mooi weer morgen. Kunnen we ook nog iets aan onze teint doen).
Als we terug lopen naar onze camper zien we ineens een bordje: Arizona stateline. Dus zonder het te weten waren we met het wandelen langs het meer weer in Utah terecht gekomen. Marja springt een paar keer heen en weer over deze denkbeeldige lijn, roepend: 4 uur, 5 uur, 4 uur, 5 uur.
Al die tijdsverschillen maken hongerig, dus op weg naar de camper. Onderweg zien we achter de bergen aan de overkant van Lake Powell zwarte rookwolken. We denken eerst dat het misschien een boot is die in brand staat. Maar als een paar uur later er nog steeds zwarte rookwolken boven de bergen uitstijgen bedenken we dat het toch wel iets anders zal zijn. Maar veel bos voor een bosbrand is er niet, voor zover we kunnen zien tenminste. Dus we zullen het misschien wel niet te weten komen wat het is geweest.
Staren in het vuur
Dan toch maar ons eigen vuurtje stoken voor de barbecue. De kooltjes in de bak, fire-starter erover en binnen een kwartiertje kan het vlees er boven. Beetje sla erbij. Dat gaat er wel in.
Als we klaar zijn met eten legt Marja de blokken hout, die we al in Zion gekocht hadden en daar niet wilden branden (alleen maar roken), op de nog gloeiende kooltjes en binnen een paar tellen hebben we een schitterend kampvuurtje (Marja maakt er nog een paar leuke foto’s van). En dat brandt zo goed (ook met het vanmiddag nog gekochte hout) dat we zo maar een paar uurtjes in het houtvuur zitten te staren.
Maar ja de foto’s moeten nog bewerkt en het verslag nog geschreven, dus op een gegeven moment toch maar naar binnen (wordt ook te koud trouwens) en aan het werk, met overigens morgen weer een heel prettige activiteit (kanoën, uh sorry kajakken) in het vooruitzicht.
Cu tomorrow.
Terug naar boven
Dag 18: Zaterdag 17 Oktober 2009
Van: Page, AZ, United StatesVia: Kayakken op Lake Powell
Naar: Page, AZ, United States
Vooraf: de zwarte rook die we gister zagen was toch een houseboat, waarop een ontploffing had plaatsgevonden. 6 Gewonden volgens het artikel dat Marja op internet vondt.
Tijdverschil
De dag begint met de verwarring waar ik het gister over had: de tijdsverschillen zo vlak op een grens.
Op zich geen nieuws over het begin van de dag: Marja is vroeg op. Half zeven zegt ze tegen me als ze uit bed kruipt en zich aankleedt. En een uurtje later vindt ze het welletjes en krabt ze aan het raampje van de slaapkamer, zodat ik wakker wordt. Half acht zegt ze, je hebt nu lang genoeg gelegen.
Ik het bed uit en ook aankleden. Als ik dan een half uur later op mijn horloge kijk (gister een uur teruggezet vanwege Arizonatijd) is het nog maar zeven uur. Neuuu zegt Marja dat kan niet, kijk maar op onze telefoons (die op de heenweg automatisch de juiste tijd aannamen). En inderdaad die geven acht uur aan. Dus hoe laat is het nu?
Daar komen we pas echt achter als we weer een uur later bij het kantoortje voor het huren van de kajak staan. De juiste tijd is op dat moment: ja hoor kwart over acht en geen kwart over negen. Met andere woorden: we staan daar om kwart over acht om een bootje te huren. Nou ja hebben we in ieder geval lekker de tijd om te peddelen. Betekent wel dat ik vandaag om half zeven op was en Marja zelfs om half zes. En ze ziet er nog steeds fris uit, hoe doet ze dat toch?
Peddelen
Affijn, als alle officiële zaken geregeld zijn, lopen we naar beneden om onze kajak op te halen. We krijgen nog een reddingsvest mee (anders mag je daar niet eens vertrekken) en stappen wat onhandig in de kajak. Maar als we eenmaal zitten gaat het goed. We peddelen er lekker op los en besluiten langs de oever een stukje op te varen. Het is toch wel een erg groot en diep lake, met af en toe snelle boten die voorbij razen en aardige golven veroorzaken.
Zwemmen
Dan zien we een leuke, bijna idyllische inham waar we invaren en de kano het strandje opvaren. We stappen uit (nou ja stappen) en kijken wat rond. Het water is toch nog wel frisjes. Maar Marja waagt het erop en doet een paar slagen. Dat zijn gelijk met nog een paar foto’s met zwemmende Marja’s en één zwemmende Ko de enige foto’s die we vandaag hebben gemaakt. We hebben – vanwege het water natuurlijk – alleen maar het kleine cameratje (wat staat dat raar, net of je het over een ratje hebt) meegenomen.
De oversteek
Na een tijdje klauteren we weer in de kajak en zetten weer af. Dat kost enige moeite, want ik zit achterin (ruim 100 kilo) en de boot ligt nog half op het zand (wel in het water hoor, maar ondiep). Met een hoop gewrik en geduw met de peddel krijgen we de boot eindelijk los. We kunnen weer.
We besluiten dan de oversteek te wagen en peddelen alsof ons leven ervan afhangt. Aan de overkant aangekomen (de eerste tekenen van spierverstijving in de bovenarmen beginnen zich al aan te dienen) zijn we gelijk de weg een beetje kwijt. Is Ice-Cream-Canyon nu naar links of naar rechts? We besluiten dat ie naar rechts is en koersen die kant uit.
Afwijking
De kajak lijkt overigens een afwijking naar links te hebben. Marja moppert dat ze denkt dat ik nl. naar links stuur als zij naar rechts stuurt. Als we de kajak even laten uitdrijven blijkt echter dat ie vanzelf naar links stuurt. Weten we ook weer, kunnen we rekening mee houden.
Varen tussen de boomtoppen
Het is af en toe wel een beetje vreemde gewaarwording als je daar rondvaart. Lake Powell is natuurlijk ontstaan door de dam die daar gebouwd is en het gebied is daarna in feite gewoon onder water gezet. Met als gevolg dat je nu af en toe over bomen of tussen de toppen van bomen vaart die onder water staan. Beetje spooky. Doet me denken aan die scene in The Lord of the Rings waar Frodo in dat moeras in het water valt met al die geesten die daar ronddobberen.
Aan land
Dan vinden we toch the Ice-Cream-Canyon (denken we) en varen deze een stukje in. Daar gaan we ook weer even aan land, eten daar een broodje, drinken wat en zonnen nog wat. Ook ik ontkom er niet nu niet aan ook even een duik in het toch wel koude water te nemen. Anders zouden we alleen foto’s van een zwemmende Marja hebben.
Doodstil
Als we daarna nog een stukje verder varen komen we ook nog in een heel smal deel (helaas geen foto kunnen maken), waar het echt weer eens doodstil is. Zo stil dat het op je oren drukt. Dit stuk loopt echter dood dus we moeten terug en besluiten dan de oversteek terug te wagen.
Rotsig stukje
Het is inmiddels ietsjes drukker geworden en er staat ook wat meer wind. Dus het peddelen tegen wind in en tegen de golven van een aantal boten in vraagt het laatste van onze krachten.
We gaan dan nog weer even op zoek naar het idyllische plekje van vanochtend, maar we kunnen het niet meer vinden. We landen daarom maar op een rotsig stukje om ons laatste broodje te eten en nog wat te drinken. Van zo’n (in-)spannende oversteek krijg je toch wel honger en dorst.
Droogte probleem
Om een uur of twee brengen we de kano weer terug en lopen “moe maar voldaan” terug naar de camper. Het is vandaag overigens weer geweldig weer, met een strakblauwe lucht, geen wolkjes en een temperatuur van toch wel weer tegen de 30 graden Celcius. Dus echt genieten weer op deze rustdag.
Die temperatuur en de oppervlakte van het meer levert overigens inmiddels, begrepen wij, een groot droogteprobleem op. Door die grote oppervlakte van het meer en die hoge temperaturen verdampt er namelijk veel meer water dan er zou verdampen als het water gewoon door de Colorado-rivier naar zee zou stromen. Dit is goed te zien aan de witte banden onderaan de rotsen boven het water (daar hebben we toch nog even wat foto’s van gemaakt). Die banden geven aan hoeveel het peil in Lake Powell al is gedaald. En dat zijn heel wat litertjes water. Uit een film die we laatst zagen begrepen we dat zelfs wordt overwogen de dam weer weg te halen en de rivier weer zijn weg te laten gaan. Of dat er ooit van komt?
Laundry
Omdat er ook nog gewerkt moet worden, lopen we daarna nog naar de laundry voor een paar wassen. In de store vindt Marja eindelijk haar vest (met Lake-Powell) erop. Samen met een doos hout (voor in Grand Canyon, kan het nog even drogen) en een ijskast-magneetje van hier komen we daarna weer terug bij de camper, waar ik dit verslag schrijf en we voorbereidingen gaan treffen voor weer een heerlijke barbecue-steak en een mooi kampvuurtje.
Morgen op weg naar Grand Canyon. Kijken of dat echt het mooiste wordt van wat we zullen zien, na al het moois dat we al gezien hebben.
Tijdverschil
De dag begint met de verwarring waar ik het gister over had: de tijdsverschillen zo vlak op een grens.
Op zich geen nieuws over het begin van de dag: Marja is vroeg op. Half zeven zegt ze tegen me als ze uit bed kruipt en zich aankleedt. En een uurtje later vindt ze het welletjes en krabt ze aan het raampje van de slaapkamer, zodat ik wakker wordt. Half acht zegt ze, je hebt nu lang genoeg gelegen.
Ik het bed uit en ook aankleden. Als ik dan een half uur later op mijn horloge kijk (gister een uur teruggezet vanwege Arizonatijd) is het nog maar zeven uur. Neuuu zegt Marja dat kan niet, kijk maar op onze telefoons (die op de heenweg automatisch de juiste tijd aannamen). En inderdaad die geven acht uur aan. Dus hoe laat is het nu?
Daar komen we pas echt achter als we weer een uur later bij het kantoortje voor het huren van de kajak staan. De juiste tijd is op dat moment: ja hoor kwart over acht en geen kwart over negen. Met andere woorden: we staan daar om kwart over acht om een bootje te huren. Nou ja hebben we in ieder geval lekker de tijd om te peddelen. Betekent wel dat ik vandaag om half zeven op was en Marja zelfs om half zes. En ze ziet er nog steeds fris uit, hoe doet ze dat toch?
Peddelen
Affijn, als alle officiële zaken geregeld zijn, lopen we naar beneden om onze kajak op te halen. We krijgen nog een reddingsvest mee (anders mag je daar niet eens vertrekken) en stappen wat onhandig in de kajak. Maar als we eenmaal zitten gaat het goed. We peddelen er lekker op los en besluiten langs de oever een stukje op te varen. Het is toch wel een erg groot en diep lake, met af en toe snelle boten die voorbij razen en aardige golven veroorzaken.
Zwemmen
Dan zien we een leuke, bijna idyllische inham waar we invaren en de kano het strandje opvaren. We stappen uit (nou ja stappen) en kijken wat rond. Het water is toch nog wel frisjes. Maar Marja waagt het erop en doet een paar slagen. Dat zijn gelijk met nog een paar foto’s met zwemmende Marja’s en één zwemmende Ko de enige foto’s die we vandaag hebben gemaakt. We hebben – vanwege het water natuurlijk – alleen maar het kleine cameratje (wat staat dat raar, net of je het over een ratje hebt) meegenomen.
De oversteek
Na een tijdje klauteren we weer in de kajak en zetten weer af. Dat kost enige moeite, want ik zit achterin (ruim 100 kilo) en de boot ligt nog half op het zand (wel in het water hoor, maar ondiep). Met een hoop gewrik en geduw met de peddel krijgen we de boot eindelijk los. We kunnen weer.
We besluiten dan de oversteek te wagen en peddelen alsof ons leven ervan afhangt. Aan de overkant aangekomen (de eerste tekenen van spierverstijving in de bovenarmen beginnen zich al aan te dienen) zijn we gelijk de weg een beetje kwijt. Is Ice-Cream-Canyon nu naar links of naar rechts? We besluiten dat ie naar rechts is en koersen die kant uit.
Afwijking
De kajak lijkt overigens een afwijking naar links te hebben. Marja moppert dat ze denkt dat ik nl. naar links stuur als zij naar rechts stuurt. Als we de kajak even laten uitdrijven blijkt echter dat ie vanzelf naar links stuurt. Weten we ook weer, kunnen we rekening mee houden.
Varen tussen de boomtoppen
Het is af en toe wel een beetje vreemde gewaarwording als je daar rondvaart. Lake Powell is natuurlijk ontstaan door de dam die daar gebouwd is en het gebied is daarna in feite gewoon onder water gezet. Met als gevolg dat je nu af en toe over bomen of tussen de toppen van bomen vaart die onder water staan. Beetje spooky. Doet me denken aan die scene in The Lord of the Rings waar Frodo in dat moeras in het water valt met al die geesten die daar ronddobberen.
Aan land
Dan vinden we toch the Ice-Cream-Canyon (denken we) en varen deze een stukje in. Daar gaan we ook weer even aan land, eten daar een broodje, drinken wat en zonnen nog wat. Ook ik ontkom er niet nu niet aan ook even een duik in het toch wel koude water te nemen. Anders zouden we alleen foto’s van een zwemmende Marja hebben.
Doodstil
Als we daarna nog een stukje verder varen komen we ook nog in een heel smal deel (helaas geen foto kunnen maken), waar het echt weer eens doodstil is. Zo stil dat het op je oren drukt. Dit stuk loopt echter dood dus we moeten terug en besluiten dan de oversteek terug te wagen.
Rotsig stukje
Het is inmiddels ietsjes drukker geworden en er staat ook wat meer wind. Dus het peddelen tegen wind in en tegen de golven van een aantal boten in vraagt het laatste van onze krachten.
We gaan dan nog weer even op zoek naar het idyllische plekje van vanochtend, maar we kunnen het niet meer vinden. We landen daarom maar op een rotsig stukje om ons laatste broodje te eten en nog wat te drinken. Van zo’n (in-)spannende oversteek krijg je toch wel honger en dorst.
Droogte probleem
Om een uur of twee brengen we de kano weer terug en lopen “moe maar voldaan” terug naar de camper. Het is vandaag overigens weer geweldig weer, met een strakblauwe lucht, geen wolkjes en een temperatuur van toch wel weer tegen de 30 graden Celcius. Dus echt genieten weer op deze rustdag.
Die temperatuur en de oppervlakte van het meer levert overigens inmiddels, begrepen wij, een groot droogteprobleem op. Door die grote oppervlakte van het meer en die hoge temperaturen verdampt er namelijk veel meer water dan er zou verdampen als het water gewoon door de Colorado-rivier naar zee zou stromen. Dit is goed te zien aan de witte banden onderaan de rotsen boven het water (daar hebben we toch nog even wat foto’s van gemaakt). Die banden geven aan hoeveel het peil in Lake Powell al is gedaald. En dat zijn heel wat litertjes water. Uit een film die we laatst zagen begrepen we dat zelfs wordt overwogen de dam weer weg te halen en de rivier weer zijn weg te laten gaan. Of dat er ooit van komt?
Laundry
Omdat er ook nog gewerkt moet worden, lopen we daarna nog naar de laundry voor een paar wassen. In de store vindt Marja eindelijk haar vest (met Lake-Powell) erop. Samen met een doos hout (voor in Grand Canyon, kan het nog even drogen) en een ijskast-magneetje van hier komen we daarna weer terug bij de camper, waar ik dit verslag schrijf en we voorbereidingen gaan treffen voor weer een heerlijke barbecue-steak en een mooi kampvuurtje.
Morgen op weg naar Grand Canyon. Kijken of dat echt het mooiste wordt van wat we zullen zien, na al het moois dat we al gezien hebben.
Terug naar boven
Dag 19: Zondag 18 Oktober 2009
Van: Page, AZ, United StatesNaar: Grand Canyon, AZ, United States
Lake Powell good-bye, Grand Canyon here we come.
Vanochtend ook maar eens wat vroeger opgestaan. Nee niet zo vroeg als Marja. Die is om zes uur al weer op. Maar half zeven, kwart voor zeven is het wel voor mij. Met als gunstig effect dat we rondom acht uur al op weg zijn. Nog even tanken en een kop koffie scoren en we zijn echt weg. En dan blijkt maar weer dat Amerika echt een land is van de long and winding roads. We rijden bijvoorbeeld kilometers over een – zeg maar – vlakte, met rechts wat “lage” heuvels. Links van ons hebben we – zo voelt het in ieder geval – uren lang weer eens rode rotsen om naar te kijken. Ook rijden we nog een heel stuk door de Painted Desert. Echt veel kleur zit er alleen niet in.
Viewpoints
Als voorproefje op de Grand Canyon komen we onderweg een aantal viewpoints tegen. Meestal kun je daar gewoon parkeren. Bij één daarvan staat echter een hokje met een stopbord ernaast. En daarvoor staat een bord waarop staat dat het een Navajo-viewpoint is en dat je daar twee dollar per vehicle voor moet betalen. Nou als goed Hollanders laten we ons natuurlijk niet kennen en ….. draaien om. We zijn overigens niet de enige, want als we op een plekje 50 meter verder toch nog even parkeren, zien we na ons nog zeker vier auto’s hetzelfde doen.
Extra nacht
Langzaamaan begint het landschap wel zo te veranderen dat je het gevoel krijgt in de buurt van het – was het het achtste – wereldwonder te komen (of was het helemaal geen wereldwonder?). Ook leidt de weg ons steeds verder omhoog. Ja zegt Marja dat is nogal logisch als je straks in een put van 1½ km diep wil kunnen kijken. Over drop-offs gesproken!
En dan rijden we het Grand Canyon National Park in. En net als bij alle andere parken die we hebben bezocht, zijn we het bord van het park al weer voorbij voordat we eraan denken er een foto van te maken. Van één park/forest hebben we wel een foto, maar daar zijn we niet in geweest.
Onderweg naar het park bedenkt Marja dat het misschien wel leuk is nog een nacht extra in heet GC-park te blijven. Dan hebben we meer tijd om het allemaal goed te kunnen bekijken. Als we dat niet doen, hebben we namelijk alleen de middag om de canyon langs te razen. En we hebben geen zin om net als bij Bryce en Canyonlands alleen maar van viewpoint naar viewpoint te vliegen om onze fototjes te maken. We willen net nog iets meer van de natuur hier zien. Bovendien moeten we dan morgen-vroeg al weer op pad zijn, om in Sedona – waar we daarna heen zouden gaan - ook nog iets van de omgeving te kunnen zien. Dit betekent wel dat we dit keer Sedona gaan overslaan en dat we dit voor een volgende reis bewaren.
Desert View
Vanaf de ingang van het park tot aan de campground doen we, als goed toerist, een aantal view-points aan. Het eerste is een paar honderd meter na de ingang tot het park en dat is gelijk al een indrukwekkend schouwspel (voor mij wel tenminste). Op deze plek staat ook een oude Indiaanse uitkijktoren (Desert View), waar ze hele leuke shirts en truien verkopen. We hebben onze portemonnee in de camper laten liggen, maar ach in de winkel bij de campground zullen ze toch wel dezelfde shirts en truien verkopen. Niet dus. Dat betekent waarschijnlijk dat we morgen nog even een half uurtje terug zullen rijden, omdat ze toch wel erg leuk waren.
Bij de volgende views maken we ook steeds een paar foto’s, maar het lijkt of het steeds drukker wordt. Dus lang maken we het daar niet.
Nieuwe plek
Bij de campground aangekomen, vragen we de ranger of het mogelijk is nog een nacht bij te boeken. Dat is wel mogelijk, zegt hij, maar dan zullen we morgen naar die andere plek moeten verkassen. De plek die we hadden gereserveerd is morgen al vergeven. De ranger adviseert ons nog als we morgen een andere plek willen reserveren, dat we dan moeten zeggen dat onze camper 27 feet (en niet 28) is. Dat levert meer mogelijkheden op. Maar zegt Marja, we hebben ook een slide-out aan de achterkant, kan die dan wel uit. Ja zeg ik met opgetrokken knie: anders moeten we zó slapen. Hij overtuigt ons ervan, na onze camper nog even te hebben bekeken, dat we wel een geschikte plek zullen krijgen. Nadat we onze plek hebben geïnspecteerd zijn we al snel overtuigd: we blijven nog een nacht. Dus lopen we terug naar het registratie-kantoortje en vertellen de ranger dat we al besloten zijn. Hij regelt gelijk een nieuwe plek. En dan kijkt hij ons bijna verontschuldigend aan omdat hij zich realiseert dat we ‘helemaal’ zijn komen lopen (ongeveer 5 minuten, maar ja die Amerikanen doen bijna alles met de auto). Want zegt hij, jullie moeten dan nu wel gelijk je camper op die nieuwe plek zetten. Geen probleem, roepen we in koor. We houden van lopen. Als ‘pleister op de wonde’ zegt hij nog dat onze nieuwe plek ook nog iets dichter bij de weg naar de ingang van het park is.
De Rim
Nadat we verkast zijn naar onze nieuwe plek lopen we naar de Markt-plaza om wat vlees te kopen voor de barbecue van vanavond. Ja we beginnen al echte Amerikanen te worden.
Daarna lopen we verder naar de Rim om nog wat foto’s te schieten van de steeds indrukwekkender wordende Canyon. Onderweg scheurt het zakje met onze boodschappen en breekt een flesje met Starbucks koude frappucino. Dus op de weg terug nog even een nieuw flesje gehaald.
Bij de Canyon zijn twee meiden levensgevaarlijke toeren aan het uithalen op een uitstekend stuk rots. Ik krijg het er plaatsvervangend benauwd van. Want een misstap en ze storten honderden meters naar beneden. Stelletje idi…..n.
Alweer steaks
We lopen weer terug naar het Canyon View visitor center, pakken de shuttle-bus terug naar Markt-Plaza. De chauffeuse die ons rijdt is duidelijk ook aan vakantie toe, want ze lijkt wat overwerkt, zoals ze reageert op vragen van passagiers.
Zoals gezegd, ook weer aan de barbecue met een paar overheerlijke Newyorkse steaks. Bijna weldone omdat het lijkt dat ze maar niet willen garen. Maar verrukkelijk.
Daarna willen we, als volleerd kampvuur bouwers (dachten we), weer een paar blokken hout in de fik steken. In eerste instantie lijkt dat aardig te lukken. Maar uiteindelijk moeten we de conclusie trekken dat het ons toch weer niet gelukt is. Of dat nou aan het hout ligt (niet droog genoeg) of aan onze onkunde: ik weet het (nog) niet. Misschien dat we daar voor het eind van de vakantie uit zijn.
Sterrenhemels
En hebben we al eens iets gezegd over die sterrenhemels boven onze campgrounds. Zeker de laatste nachten met nieuwe maan (geen maan dus) en onbewolkte hemel weet je op die donkere campgrounds en weinig omgevingslicht niet wat je ziet. Zoveel sterren, het gaat je verstand te boven. In Nederland kun je daar alleen maar aan denken als je een nacht in de Drunense duinen zou kunnen overnachten (zoals ik een keer in militaire dienst heb gedaan). Werkelijk uitzonderlijk zo’n sterrenhemel.
Morgen moeten we nog vroeger op dan anders omdat we om ongeveer half zeven bij de Rim willen zijn om de zonsopgang mee te maken. Moet iets heel bijzonders zijn. Maar daarover in het volgende verslag meer.
Vanochtend ook maar eens wat vroeger opgestaan. Nee niet zo vroeg als Marja. Die is om zes uur al weer op. Maar half zeven, kwart voor zeven is het wel voor mij. Met als gunstig effect dat we rondom acht uur al op weg zijn. Nog even tanken en een kop koffie scoren en we zijn echt weg. En dan blijkt maar weer dat Amerika echt een land is van de long and winding roads. We rijden bijvoorbeeld kilometers over een – zeg maar – vlakte, met rechts wat “lage” heuvels. Links van ons hebben we – zo voelt het in ieder geval – uren lang weer eens rode rotsen om naar te kijken. Ook rijden we nog een heel stuk door de Painted Desert. Echt veel kleur zit er alleen niet in.
Viewpoints
Als voorproefje op de Grand Canyon komen we onderweg een aantal viewpoints tegen. Meestal kun je daar gewoon parkeren. Bij één daarvan staat echter een hokje met een stopbord ernaast. En daarvoor staat een bord waarop staat dat het een Navajo-viewpoint is en dat je daar twee dollar per vehicle voor moet betalen. Nou als goed Hollanders laten we ons natuurlijk niet kennen en ….. draaien om. We zijn overigens niet de enige, want als we op een plekje 50 meter verder toch nog even parkeren, zien we na ons nog zeker vier auto’s hetzelfde doen.
Extra nacht
Langzaamaan begint het landschap wel zo te veranderen dat je het gevoel krijgt in de buurt van het – was het het achtste – wereldwonder te komen (of was het helemaal geen wereldwonder?). Ook leidt de weg ons steeds verder omhoog. Ja zegt Marja dat is nogal logisch als je straks in een put van 1½ km diep wil kunnen kijken. Over drop-offs gesproken!
En dan rijden we het Grand Canyon National Park in. En net als bij alle andere parken die we hebben bezocht, zijn we het bord van het park al weer voorbij voordat we eraan denken er een foto van te maken. Van één park/forest hebben we wel een foto, maar daar zijn we niet in geweest.
Onderweg naar het park bedenkt Marja dat het misschien wel leuk is nog een nacht extra in heet GC-park te blijven. Dan hebben we meer tijd om het allemaal goed te kunnen bekijken. Als we dat niet doen, hebben we namelijk alleen de middag om de canyon langs te razen. En we hebben geen zin om net als bij Bryce en Canyonlands alleen maar van viewpoint naar viewpoint te vliegen om onze fototjes te maken. We willen net nog iets meer van de natuur hier zien. Bovendien moeten we dan morgen-vroeg al weer op pad zijn, om in Sedona – waar we daarna heen zouden gaan - ook nog iets van de omgeving te kunnen zien. Dit betekent wel dat we dit keer Sedona gaan overslaan en dat we dit voor een volgende reis bewaren.
Desert View
Vanaf de ingang van het park tot aan de campground doen we, als goed toerist, een aantal view-points aan. Het eerste is een paar honderd meter na de ingang tot het park en dat is gelijk al een indrukwekkend schouwspel (voor mij wel tenminste). Op deze plek staat ook een oude Indiaanse uitkijktoren (Desert View), waar ze hele leuke shirts en truien verkopen. We hebben onze portemonnee in de camper laten liggen, maar ach in de winkel bij de campground zullen ze toch wel dezelfde shirts en truien verkopen. Niet dus. Dat betekent waarschijnlijk dat we morgen nog even een half uurtje terug zullen rijden, omdat ze toch wel erg leuk waren.
Bij de volgende views maken we ook steeds een paar foto’s, maar het lijkt of het steeds drukker wordt. Dus lang maken we het daar niet.
Nieuwe plek
Bij de campground aangekomen, vragen we de ranger of het mogelijk is nog een nacht bij te boeken. Dat is wel mogelijk, zegt hij, maar dan zullen we morgen naar die andere plek moeten verkassen. De plek die we hadden gereserveerd is morgen al vergeven. De ranger adviseert ons nog als we morgen een andere plek willen reserveren, dat we dan moeten zeggen dat onze camper 27 feet (en niet 28) is. Dat levert meer mogelijkheden op. Maar zegt Marja, we hebben ook een slide-out aan de achterkant, kan die dan wel uit. Ja zeg ik met opgetrokken knie: anders moeten we zó slapen. Hij overtuigt ons ervan, na onze camper nog even te hebben bekeken, dat we wel een geschikte plek zullen krijgen. Nadat we onze plek hebben geïnspecteerd zijn we al snel overtuigd: we blijven nog een nacht. Dus lopen we terug naar het registratie-kantoortje en vertellen de ranger dat we al besloten zijn. Hij regelt gelijk een nieuwe plek. En dan kijkt hij ons bijna verontschuldigend aan omdat hij zich realiseert dat we ‘helemaal’ zijn komen lopen (ongeveer 5 minuten, maar ja die Amerikanen doen bijna alles met de auto). Want zegt hij, jullie moeten dan nu wel gelijk je camper op die nieuwe plek zetten. Geen probleem, roepen we in koor. We houden van lopen. Als ‘pleister op de wonde’ zegt hij nog dat onze nieuwe plek ook nog iets dichter bij de weg naar de ingang van het park is.
De Rim
Nadat we verkast zijn naar onze nieuwe plek lopen we naar de Markt-plaza om wat vlees te kopen voor de barbecue van vanavond. Ja we beginnen al echte Amerikanen te worden.
Daarna lopen we verder naar de Rim om nog wat foto’s te schieten van de steeds indrukwekkender wordende Canyon. Onderweg scheurt het zakje met onze boodschappen en breekt een flesje met Starbucks koude frappucino. Dus op de weg terug nog even een nieuw flesje gehaald.
Bij de Canyon zijn twee meiden levensgevaarlijke toeren aan het uithalen op een uitstekend stuk rots. Ik krijg het er plaatsvervangend benauwd van. Want een misstap en ze storten honderden meters naar beneden. Stelletje idi…..n.
Alweer steaks
We lopen weer terug naar het Canyon View visitor center, pakken de shuttle-bus terug naar Markt-Plaza. De chauffeuse die ons rijdt is duidelijk ook aan vakantie toe, want ze lijkt wat overwerkt, zoals ze reageert op vragen van passagiers.
Zoals gezegd, ook weer aan de barbecue met een paar overheerlijke Newyorkse steaks. Bijna weldone omdat het lijkt dat ze maar niet willen garen. Maar verrukkelijk.
Daarna willen we, als volleerd kampvuur bouwers (dachten we), weer een paar blokken hout in de fik steken. In eerste instantie lijkt dat aardig te lukken. Maar uiteindelijk moeten we de conclusie trekken dat het ons toch weer niet gelukt is. Of dat nou aan het hout ligt (niet droog genoeg) of aan onze onkunde: ik weet het (nog) niet. Misschien dat we daar voor het eind van de vakantie uit zijn.
Sterrenhemels
En hebben we al eens iets gezegd over die sterrenhemels boven onze campgrounds. Zeker de laatste nachten met nieuwe maan (geen maan dus) en onbewolkte hemel weet je op die donkere campgrounds en weinig omgevingslicht niet wat je ziet. Zoveel sterren, het gaat je verstand te boven. In Nederland kun je daar alleen maar aan denken als je een nacht in de Drunense duinen zou kunnen overnachten (zoals ik een keer in militaire dienst heb gedaan). Werkelijk uitzonderlijk zo’n sterrenhemel.
Morgen moeten we nog vroeger op dan anders omdat we om ongeveer half zeven bij de Rim willen zijn om de zonsopgang mee te maken. Moet iets heel bijzonders zijn. Maar daarover in het volgende verslag meer.
Terug naar boven
Dag 20: Maandag 19 Oktober 2009
Van: Grand Canyon, AZ, United StatesNaar: Williams, AZ, United States
De zonsopkomst (of is het opgang).
We zijn gister vroeg naar bed gegaan. Moe, maar ook omdat we vandaag vroeg opmoeten. Ongeveer half zeven komt de zon op en dan moeten we aan de Rim staan.
Ik word wakker en schuif het gordijntje omhoog: nee het is nog donker dus nog geen tijd om op te staan. Hoe laat is het eigenlijk? Even kijken. Wat, twee uur pas. Nou dan nog maar even de ogen dicht.
Ik ben weer wakker. Hoe laat is het nu? Kwart voor drie. Nou dat schiet ook niet op.
En zo word ik nog een paar keer wakker, tot ik om kwart over vijf (jawel) besluit het bed uit te gaan. Dit tot grote verbazing van Marja: Wat ga jij nou doen? Mijn bed uit. Maar het is nog erg vroeg. Ja maar we moeten nog een half uur lopen, ons aankleden, kopje thee drinken enzo.
Nou dan komt Marja er ook maar uit. En tegen zessen gaan we op pad. Het is nog donker en we weten niet precies hoe het pad naar de Rim loopt. Is het daar? Nee, stukkie terug. Dan maar langs die kant.
Uiteindelijk zijn we toch nog een kwartier te vroeg en moeten we wachten.
Veel wind
Intussen blijkt dat de weersverwachtingen, die de ranger ons gister meegaf kloppen: veel wind. En met dat wachten krijgen we het toch wel een beetje koud.
Maar dan gaat toch de zon op (ja hehe) en langzaamaan komen alle rotsen, van het eerste witte puntje links van ons, tot de verste lagen aan de ‘overkant’ door de zon gekleurd. Marja schiet de ene na de andere foto, die jullie weer in het album kunnen bekijken.
Het moet me van het hart dat het op zich erg mooi is, maar dat het me geen: “wow wat schitterend” ontlokt.
Maar omdat het lijkt dat de wind steeds harder gaat waaien besluiten we na ongeveer een kwartier naar de camper terug te gaan en op de terugweg nog even wat voor het ontbijt in te slaan. Helaas, we staan daar om tien over zeven en ze gaan pas om 8 uur open. Nou ja dat komt later wel dan.
Die wind gaat ons verder op de dag overigens nog parten spelen.
Last van inspanningen
Terug in de camper bekijken we de route die we met de shuttle-bus kunnen afleggen om bij een paar souvenir-winkels te komen en om de shuttle naar Hermist rest van de te kunnen nemen.
In de shops vinden we niets van onze gading, dus gaan we naar de bushalte. Daar besluiten we om door te lopen naar de eerstvolgende stop. Een kleine twee kilometer. Maar als we een eindje op weg zijn merken we beiden dat we toch wel last hebben van de inspanningen van de laatste tijd. En vooral van het kanoën waarschijnlijk, waarbij je met je opgetrokken knieën toch in een wat vreemde verkrampte houding zit. En dat wreekt zich nu.
We besluiten terug te keren en toch nog maar even naar de eerste view te rijden voor die leuke t-shirts waar ik het in het verslag van gister over had.
Alvast richting route 66
Onderweg merken we aan de Camper dat de wind nog steeds toeneemt. En we rijden daar op een aardige hoogte van rond de 2000 meter. Dus we krijgen af en toe aardige zwiepen. Ook bij de winkeltjes neemt de wind nog steeds in kracht toe.
En als we dan wat dingetjes gekocht hebben (de Stetson die we allebei erg mooi vinden, maar die ik toch niet meer zal dragen als we terug zijn in Nederland, laat ik toch maar liggen) stappen we in de camper voor de terugrit naar de camping en mogelijk toch nog een rit naar de canyon met de shuttle. De wind blaast ons echter nog steeds af en toe flink om de camper. We worden er allebei flink onrustig van.
Zodanig zelfs dat we uiteindelijk besluiten de Canyon achter ons te laten en alvast een stuk in de richting van Route 66 en Needles te rijden. Dat scheelt morgen weer.
Vlakte op 1800 m
Eerst nog even de stoeltjes op de campplaats ophalen en dan kunnen we op weg. Jammer van de Canyon, maar we denken dat we een aardige indruk hebben van hoe de Canyon er uit ziet. En als we er nog een keer naar terug gaan willen we hem van ‘binnenin’ bekijken, door een trail of iets dergelijks.
Op weg naar Williams rijden we over een vlakte, die nog steeds op een hoogte van ongeveer 1800 m ligt en de wind heeft hier vrij spel. Daarom pas ik mijn snelheid aan met als gevolg dat ik af en toe een aardige staart aan auto’s achter me heb hangen. Maar ik trek me daar met die harde wind niets van aan. Dat liever dan op zijn kant langs de weg liggen. Op een of twee plekken kan ik even aan de kant om weer een aantal auto’s te laten passeren.
Morgen naar Needles
Gelukkig is het niet zo ver naar Williams en daar aangekomen zoekt Marja in de gids en de Tom-Tom een campground, die snel gevonden is. En daar staan we nu. Bijna klaar om naar bed te gaan (acht uur: tja het was ook wel erg vroeg vanochtend).
Morgen dus op weg naar Needles waarbij we naar alle waarschijnlijkheid een groot stuk van Route 66 zullen meepakken.
Of we dat ook op die manier zullen uitvoeren horen jullie morgen wel weer.
We zijn gister vroeg naar bed gegaan. Moe, maar ook omdat we vandaag vroeg opmoeten. Ongeveer half zeven komt de zon op en dan moeten we aan de Rim staan.
Ik word wakker en schuif het gordijntje omhoog: nee het is nog donker dus nog geen tijd om op te staan. Hoe laat is het eigenlijk? Even kijken. Wat, twee uur pas. Nou dan nog maar even de ogen dicht.
Ik ben weer wakker. Hoe laat is het nu? Kwart voor drie. Nou dat schiet ook niet op.
En zo word ik nog een paar keer wakker, tot ik om kwart over vijf (jawel) besluit het bed uit te gaan. Dit tot grote verbazing van Marja: Wat ga jij nou doen? Mijn bed uit. Maar het is nog erg vroeg. Ja maar we moeten nog een half uur lopen, ons aankleden, kopje thee drinken enzo.
Nou dan komt Marja er ook maar uit. En tegen zessen gaan we op pad. Het is nog donker en we weten niet precies hoe het pad naar de Rim loopt. Is het daar? Nee, stukkie terug. Dan maar langs die kant.
Uiteindelijk zijn we toch nog een kwartier te vroeg en moeten we wachten.
Veel wind
Intussen blijkt dat de weersverwachtingen, die de ranger ons gister meegaf kloppen: veel wind. En met dat wachten krijgen we het toch wel een beetje koud.
Maar dan gaat toch de zon op (ja hehe) en langzaamaan komen alle rotsen, van het eerste witte puntje links van ons, tot de verste lagen aan de ‘overkant’ door de zon gekleurd. Marja schiet de ene na de andere foto, die jullie weer in het album kunnen bekijken.
Het moet me van het hart dat het op zich erg mooi is, maar dat het me geen: “wow wat schitterend” ontlokt.
Maar omdat het lijkt dat de wind steeds harder gaat waaien besluiten we na ongeveer een kwartier naar de camper terug te gaan en op de terugweg nog even wat voor het ontbijt in te slaan. Helaas, we staan daar om tien over zeven en ze gaan pas om 8 uur open. Nou ja dat komt later wel dan.
Die wind gaat ons verder op de dag overigens nog parten spelen.
Last van inspanningen
Terug in de camper bekijken we de route die we met de shuttle-bus kunnen afleggen om bij een paar souvenir-winkels te komen en om de shuttle naar Hermist rest van de te kunnen nemen.
In de shops vinden we niets van onze gading, dus gaan we naar de bushalte. Daar besluiten we om door te lopen naar de eerstvolgende stop. Een kleine twee kilometer. Maar als we een eindje op weg zijn merken we beiden dat we toch wel last hebben van de inspanningen van de laatste tijd. En vooral van het kanoën waarschijnlijk, waarbij je met je opgetrokken knieën toch in een wat vreemde verkrampte houding zit. En dat wreekt zich nu.
We besluiten terug te keren en toch nog maar even naar de eerste view te rijden voor die leuke t-shirts waar ik het in het verslag van gister over had.
Alvast richting route 66
Onderweg merken we aan de Camper dat de wind nog steeds toeneemt. En we rijden daar op een aardige hoogte van rond de 2000 meter. Dus we krijgen af en toe aardige zwiepen. Ook bij de winkeltjes neemt de wind nog steeds in kracht toe.
En als we dan wat dingetjes gekocht hebben (de Stetson die we allebei erg mooi vinden, maar die ik toch niet meer zal dragen als we terug zijn in Nederland, laat ik toch maar liggen) stappen we in de camper voor de terugrit naar de camping en mogelijk toch nog een rit naar de canyon met de shuttle. De wind blaast ons echter nog steeds af en toe flink om de camper. We worden er allebei flink onrustig van.
Zodanig zelfs dat we uiteindelijk besluiten de Canyon achter ons te laten en alvast een stuk in de richting van Route 66 en Needles te rijden. Dat scheelt morgen weer.
Vlakte op 1800 m
Eerst nog even de stoeltjes op de campplaats ophalen en dan kunnen we op weg. Jammer van de Canyon, maar we denken dat we een aardige indruk hebben van hoe de Canyon er uit ziet. En als we er nog een keer naar terug gaan willen we hem van ‘binnenin’ bekijken, door een trail of iets dergelijks.
Op weg naar Williams rijden we over een vlakte, die nog steeds op een hoogte van ongeveer 1800 m ligt en de wind heeft hier vrij spel. Daarom pas ik mijn snelheid aan met als gevolg dat ik af en toe een aardige staart aan auto’s achter me heb hangen. Maar ik trek me daar met die harde wind niets van aan. Dat liever dan op zijn kant langs de weg liggen. Op een of twee plekken kan ik even aan de kant om weer een aantal auto’s te laten passeren.
Morgen naar Needles
Gelukkig is het niet zo ver naar Williams en daar aangekomen zoekt Marja in de gids en de Tom-Tom een campground, die snel gevonden is. En daar staan we nu. Bijna klaar om naar bed te gaan (acht uur: tja het was ook wel erg vroeg vanochtend).
Morgen dus op weg naar Needles waarbij we naar alle waarschijnlijkheid een groot stuk van Route 66 zullen meepakken.
Of we dat ook op die manier zullen uitvoeren horen jullie morgen wel weer.
Terug naar boven
Dag 21: Dinsdag 20 Oktober 2009
Van: Williams, AZ, United StatesVia: route 66, Seligman, Oatman
Naar: Needles, AZ, United States
Dat vroegertje gisteravond heeft ons goed gedaan. Goed geslapen en vanochtend voor achten al weer op weg. Snel nog even tanken in Williams en we’re off. Vandaag is een rijdag met als eindpunt Needles. Maar voordat we daar zijn hebben we nog wel wat mile-tjes te gaan. Het eerste stuk gaat over de ‘40’.
Route 66
En het plan is bij Seligman de fameuze Route 66 te pakken. Onderweg op de 40 zegt Marja dat we ook daarvoor bij afslag 139 al op Route 66 kunnen komen. Zo gezegd zo gedaan. Wel even goed opletten, want afslag 139 volgt hier op 145. Ik begrijp helemaal niks van die nummering. Maar het gaat goed. En dan komen we op één van de, zo niet de beroemdste weg in Amerika. Onderweg vraagt Marja zich af wat de motorrijders toch zo trekt in deze weg. Want afgezien van dat ie lang is en langs uitgestrekte vlaktes leidt: er zit niet veel variatie in (denken we dan nog).
Lange treinen
Wel worden we getrakteerd op het toch wel spectaculaire zicht op de goederentreinen in Amerika. Langs Route 66 lopen kennelijk gelijk op sporen waarover nogal wat goederenvervoer plaats vindt. De eerste keer dat we zo’n trein zien kunnen we onze ogen bijna niet geloven. Vier locs trekken misschien wel 40 of 50 wagons. Marja probeert hem te filmen, maar we zijn eigenlijk net te laat als de trein onder een brug door verdwijnt. Even later halen we de trein weer langzaam in en ik doe mijn best om hem een stukje voor te komen. Dan kunnen we stoppen en kan Marja hem nog een keer filmen. Dat lukt (net aan) en na een soort noodstop springt Marja uit de camper, stelt de camera in en filmt de langs rijdende trein. Uiteindelijk levert dat een paar minuten film op.
Het is een druk traject, want we zien regelmatig deze enorme treinen voorbijrijden. Echt snel gaat het niet, maar er hangt ook wel een gewicht achter die locs.
Seligman
Seligman is een verplichte stop. En niet alleen voor ons. Want gelijk met ons wordt een buslading oudjes en een buslading Japanners losgelaten op de vergane glorie. Maar je moet het gezien hebben. En we voegen weer een magneetje aan onze verzameling toe.
In de Barbershop annex giftshop treffen we een heleboel mappen aan, waar iedereen zijn visitekaartje kan achterlaten. Marja weet dat mensen van het forum dat gedaan hebben. Dus bladert ze door een paar van die boeken heen. Het is natuurlijk door de aantallen zoeken naar een speld in een hooiberg. Maar al in het derde boek dat ze doorbladert vindt ze het kaartje van Stal Nieuwenoord. Ik moet er gelijk een foto van maken en die zal wel in dit stukje prijken.
Cowboy laarzen
Na Seligman weer een heel lang stuk richting Kingman. Daar stoppen we even voor koffie en om even wat winkels te bekijken. Marja heeft een dierenwinkel gespot en een Boot-Barn. Thuis in Nederland heeft ze al op internet naar cowboy (of –girl) laarzen zitten kijken. Dus ze wil daar toch wel heel graag even binnen kijken. Resultaat: we lopen er met een paar prachtige laarzen weer uit. Nee ze heeft ze nog niet aan.
In de dierenwinkel (PetCo) koopt ze een cadeautje voor de honden: vlooienbanden (dit omdat het bericht van het thuisfront kwam dat één van de honden vlooien heeft).
De weg naar Oatman
Daarna komen we toe aan het mooiste deel van deze rijdag: de - zeg maar - toegangsweg naar Oatman. Aan het begin van de weg gelijk een benauwd moment. In de verte zien we een bord dat lijkt aan te geven hoe lang je vehicle mag zijn. Pas als we vlakbij zijn (tenslotte hebben we allebei een leesbril nodig) zien we tot onze grote opluchting dat 40 feet het maximum is. Dus we houden nog een paar feet over.
Maar wat een weg. Nauwelijks twee auto’s breed. Brokkelige randen aan de weg, met nauwelijks of geen berm en redelijk diepe afgronden. Dat levert dus een paar benauwde momenten op met (gelukkig maar een paar) tegenliggers . Zeker als Marja in de zijspiegel ziet dat de achterband af en toe bijna over het randje hangt. We slingeren ons met een gangetje van 15 miles per uur om hoog (wat ook de adviessnelheid is). Soms bij hele scherpe haarspeldbochten zelfs teruglopend naar 10 miles per uur. Het zweet staat in mijn handen en Marja vergeet bijna foto’s te maken van de weg en de omgeving.
En ook hier weer die gedachten: is dit de laatste helling? Ligt Oatman achter deze bocht?
Oatman en ezels
Eindelijk bereiken we Oatman. En dit maakt het – naast de ondanks alles mooie weg – de moeite en de spanning waard.
Wat een leuk stadje is dit. Misschien ook wel een beetje de vergane glorie van Seligman, maar toch veel minder. Het is er bovendien gezellig druk (alleen jammer dat ze de auto’s niet uit die ene straat weren (zou de foto’s zoveel leuker maken). En het grappigste is eigenlijk wel al die ezels die daar rond lopen. En dan bedoel ik niet die toeristen, maar echte ezels. Ook nog een paar jonkies er bij. Erg leuk.
Uiteraard kopen we ook hier weer een magneetje. En Marja koopt ook nog een nachthemd met een leuk opschrift (ben even kwijt wat het ook weer is).
Naar Needles, en het tunneltje
Na Oatman besluiten we Route 66 te verlaten en rijden richting Needles. Over een weg die volgens mij niet veel onder doet voor de oude Route. Gelukkig hoeven we niet meer over steile bergweggetjes.
In Needles aangekomen gaan we op zoek naar “Dennies”. De Tom-Tom geeft aan hoe we moeten rijden. Bij een tunneltje aangekomen let ik op het verkeer en het stop-bord dat daarvoor staat. Kennelijk kun je maar van een kant tegelijk dit tunneltje door rijden. Naast me begint Marja te roepen: 8 feet, 8 feet, 8 feet, stop! Dat doe ik dus ook maar, alhoewel ik nog niet direct doorheb wat de commotie is. Tot ik me realiseer dat onze camper 12 feet hoog is. Pfffff dat is op het nippertje. Dus keren we om en langs een andere route komen we zo toch bij ons eten aan.
Kolibrie
De campground is daarna snel gevonden. En daar doet zich eigenlijk het hoogtepunt van de dag voor, voor mij althans. Als we gesetteld zijn, Marja achter haar laptop zit en ik in mijn boek zit te lezen kijk ik even naar buiten. Ik zie wat vliegen en denk nog: wat een grote insecten hebben ze hier. Dan kijk ik nog eens goed en dan realiseer ik me dat ik naar een kolibrie zit te kijken, die vlak buiten onze camper zijn kunsten vertoont. Vlug pak de camera zegt Marja. Alleen de lens die erop zit heeft moeite met het al wat zwakker wordende licht. Vlug pak die andere lens (zit in een hoesje in een vakje van mijn cameratas: dus vlug? Dat valt nogal tegen.) Eindelijk zit die lens erop en dan is het vogeltje gevlogen. We stappen hoopvol naar buiten: misschien komt ie nog terug. En waarempel even later ziet Marja hem weer bij de bloemetjes. Maar die dingen zijn zo vlug dat ze moeite heeft het diertje te volgen. Gelukkig weet ze toch een paar, misschien niet zulke scherpe, plaatsjes van het vogeltje te schieten. Geweldig dat je zo enthousiast kunt worden voor een diertje dat anderen misschien al ettelijke malen in het echt gezien hebben.
Welke weg morgen?
Morgen hebben we een aantal mogelijkheden: we rijden via de snelwegen in éen keer door naar San Diego en plakken een dag aan SD vast. We rijden naar Anza Borrego en de dag daana naar San Diego of naar Joshua Tree en dan naar San Diego. We zijn er nog niet uit, alhoewel mijn voorkeur toch wel uitgaat naar de scenic weggetjes (ondanks en dankzij de ervaringen van vandaag). Hoe dat afloopt lezen jullie morgen wel weer.
Route 66
En het plan is bij Seligman de fameuze Route 66 te pakken. Onderweg op de 40 zegt Marja dat we ook daarvoor bij afslag 139 al op Route 66 kunnen komen. Zo gezegd zo gedaan. Wel even goed opletten, want afslag 139 volgt hier op 145. Ik begrijp helemaal niks van die nummering. Maar het gaat goed. En dan komen we op één van de, zo niet de beroemdste weg in Amerika. Onderweg vraagt Marja zich af wat de motorrijders toch zo trekt in deze weg. Want afgezien van dat ie lang is en langs uitgestrekte vlaktes leidt: er zit niet veel variatie in (denken we dan nog).
Lange treinen
Wel worden we getrakteerd op het toch wel spectaculaire zicht op de goederentreinen in Amerika. Langs Route 66 lopen kennelijk gelijk op sporen waarover nogal wat goederenvervoer plaats vindt. De eerste keer dat we zo’n trein zien kunnen we onze ogen bijna niet geloven. Vier locs trekken misschien wel 40 of 50 wagons. Marja probeert hem te filmen, maar we zijn eigenlijk net te laat als de trein onder een brug door verdwijnt. Even later halen we de trein weer langzaam in en ik doe mijn best om hem een stukje voor te komen. Dan kunnen we stoppen en kan Marja hem nog een keer filmen. Dat lukt (net aan) en na een soort noodstop springt Marja uit de camper, stelt de camera in en filmt de langs rijdende trein. Uiteindelijk levert dat een paar minuten film op.
Het is een druk traject, want we zien regelmatig deze enorme treinen voorbijrijden. Echt snel gaat het niet, maar er hangt ook wel een gewicht achter die locs.
Seligman
Seligman is een verplichte stop. En niet alleen voor ons. Want gelijk met ons wordt een buslading oudjes en een buslading Japanners losgelaten op de vergane glorie. Maar je moet het gezien hebben. En we voegen weer een magneetje aan onze verzameling toe.
In de Barbershop annex giftshop treffen we een heleboel mappen aan, waar iedereen zijn visitekaartje kan achterlaten. Marja weet dat mensen van het forum dat gedaan hebben. Dus bladert ze door een paar van die boeken heen. Het is natuurlijk door de aantallen zoeken naar een speld in een hooiberg. Maar al in het derde boek dat ze doorbladert vindt ze het kaartje van Stal Nieuwenoord. Ik moet er gelijk een foto van maken en die zal wel in dit stukje prijken.
Cowboy laarzen
Na Seligman weer een heel lang stuk richting Kingman. Daar stoppen we even voor koffie en om even wat winkels te bekijken. Marja heeft een dierenwinkel gespot en een Boot-Barn. Thuis in Nederland heeft ze al op internet naar cowboy (of –girl) laarzen zitten kijken. Dus ze wil daar toch wel heel graag even binnen kijken. Resultaat: we lopen er met een paar prachtige laarzen weer uit. Nee ze heeft ze nog niet aan.
In de dierenwinkel (PetCo) koopt ze een cadeautje voor de honden: vlooienbanden (dit omdat het bericht van het thuisfront kwam dat één van de honden vlooien heeft).
De weg naar Oatman
Daarna komen we toe aan het mooiste deel van deze rijdag: de - zeg maar - toegangsweg naar Oatman. Aan het begin van de weg gelijk een benauwd moment. In de verte zien we een bord dat lijkt aan te geven hoe lang je vehicle mag zijn. Pas als we vlakbij zijn (tenslotte hebben we allebei een leesbril nodig) zien we tot onze grote opluchting dat 40 feet het maximum is. Dus we houden nog een paar feet over.
Maar wat een weg. Nauwelijks twee auto’s breed. Brokkelige randen aan de weg, met nauwelijks of geen berm en redelijk diepe afgronden. Dat levert dus een paar benauwde momenten op met (gelukkig maar een paar) tegenliggers . Zeker als Marja in de zijspiegel ziet dat de achterband af en toe bijna over het randje hangt. We slingeren ons met een gangetje van 15 miles per uur om hoog (wat ook de adviessnelheid is). Soms bij hele scherpe haarspeldbochten zelfs teruglopend naar 10 miles per uur. Het zweet staat in mijn handen en Marja vergeet bijna foto’s te maken van de weg en de omgeving.
En ook hier weer die gedachten: is dit de laatste helling? Ligt Oatman achter deze bocht?
Oatman en ezels
Eindelijk bereiken we Oatman. En dit maakt het – naast de ondanks alles mooie weg – de moeite en de spanning waard.
Wat een leuk stadje is dit. Misschien ook wel een beetje de vergane glorie van Seligman, maar toch veel minder. Het is er bovendien gezellig druk (alleen jammer dat ze de auto’s niet uit die ene straat weren (zou de foto’s zoveel leuker maken). En het grappigste is eigenlijk wel al die ezels die daar rond lopen. En dan bedoel ik niet die toeristen, maar echte ezels. Ook nog een paar jonkies er bij. Erg leuk.
Uiteraard kopen we ook hier weer een magneetje. En Marja koopt ook nog een nachthemd met een leuk opschrift (ben even kwijt wat het ook weer is).
Naar Needles, en het tunneltje
Na Oatman besluiten we Route 66 te verlaten en rijden richting Needles. Over een weg die volgens mij niet veel onder doet voor de oude Route. Gelukkig hoeven we niet meer over steile bergweggetjes.
In Needles aangekomen gaan we op zoek naar “Dennies”. De Tom-Tom geeft aan hoe we moeten rijden. Bij een tunneltje aangekomen let ik op het verkeer en het stop-bord dat daarvoor staat. Kennelijk kun je maar van een kant tegelijk dit tunneltje door rijden. Naast me begint Marja te roepen: 8 feet, 8 feet, 8 feet, stop! Dat doe ik dus ook maar, alhoewel ik nog niet direct doorheb wat de commotie is. Tot ik me realiseer dat onze camper 12 feet hoog is. Pfffff dat is op het nippertje. Dus keren we om en langs een andere route komen we zo toch bij ons eten aan.
Kolibrie
De campground is daarna snel gevonden. En daar doet zich eigenlijk het hoogtepunt van de dag voor, voor mij althans. Als we gesetteld zijn, Marja achter haar laptop zit en ik in mijn boek zit te lezen kijk ik even naar buiten. Ik zie wat vliegen en denk nog: wat een grote insecten hebben ze hier. Dan kijk ik nog eens goed en dan realiseer ik me dat ik naar een kolibrie zit te kijken, die vlak buiten onze camper zijn kunsten vertoont. Vlug pak de camera zegt Marja. Alleen de lens die erop zit heeft moeite met het al wat zwakker wordende licht. Vlug pak die andere lens (zit in een hoesje in een vakje van mijn cameratas: dus vlug? Dat valt nogal tegen.) Eindelijk zit die lens erop en dan is het vogeltje gevlogen. We stappen hoopvol naar buiten: misschien komt ie nog terug. En waarempel even later ziet Marja hem weer bij de bloemetjes. Maar die dingen zijn zo vlug dat ze moeite heeft het diertje te volgen. Gelukkig weet ze toch een paar, misschien niet zulke scherpe, plaatsjes van het vogeltje te schieten. Geweldig dat je zo enthousiast kunt worden voor een diertje dat anderen misschien al ettelijke malen in het echt gezien hebben.
Welke weg morgen?
Morgen hebben we een aantal mogelijkheden: we rijden via de snelwegen in éen keer door naar San Diego en plakken een dag aan SD vast. We rijden naar Anza Borrego en de dag daana naar San Diego of naar Joshua Tree en dan naar San Diego. We zijn er nog niet uit, alhoewel mijn voorkeur toch wel uitgaat naar de scenic weggetjes (ondanks en dankzij de ervaringen van vandaag). Hoe dat afloopt lezen jullie morgen wel weer.
Terug naar boven
Dag 22: Woensdag 21 Oktober 2009
Van: Needles, AZ, United StatesVia: Joshua Tree national park
Naar: Indio, CA, United States
Vandaag besluiten we, mede op advies van een paar mensen van het Alles-Amerika-forum, om naar Joshua Tree te rijden. En het wordt weer een speciaal dagje.
Richting Amboy
In het begin rijden we over de 40 naar het westen. En we zouden een heel eind over de free-way richting Joshua kunnen komen. Maar we houden niet zo van die grote wegen. Dus na een mijl of 35-40 gaan we van de freeway af, linksaf richting Amboy. En dan belanden we weer in een scenery waarvan wij denken dat het het echte Amerika is. Overigens was dat ook al wel een beetje zo langs de freeway, maar toch is dit het helemaal. Lange wegen, grote vlaktes, lange glooiende hellingen naar de bergruggen rondom. En elke keer als je zo’n vallei uit rijdt over een laagste deel van zo’n bergrug volgt er weer een nieuwe vallei, met nieuwe vergezichten.
Slechte wegen
Ik hoop dat de foto’s een beetje tot uitdrukking kunnen brengen hoe weids het daar is, grandioos.
Heb ik het trouwens al eens over de wegen gehad? Niet echt he. Maar bij deze dan. Soms zijn er hele stukken weg, waar zowel dwars als in de lengterichting van die zwarte (slingerende) strepen lopen. En het voelt aan of deze bovenop de weg liggen. Lekkkkeeerrrr rrrijdddennnn hoorrrrrr. En we vroegen ons al af of ze hier echt spleten in de weg opvullen, maar konden ons dat niet goed voorstellen. Vandaag hebben we het bewijs gekregen. Op een stuk zijn inderdaad een aantal wegwerkers bezig met teer spleten op te vullen, met de aparte patronen als gevolg. Dat terwijl vóór dit stuk de weg op zich niet zo slecht is. Marja zegt nog: ze maken het er alleen maar slechter door. Het met elkaar praten in de camper is dan ook bijna niet meer mogelijk, door het gerammel dat dat gehots en gebots veroorzaakt.
Meer dan 150 treinstellen
Ook komen we onderweg weer een paar bizar lange goederentreinen tegen. Marja probeert bij één te tellen hoeveel wagons er achter of tussen de vier loc’s hangen. Ze komt – hoewel ze op het laatst bijna de tel kwijtraakt – op een totaal van meer dan 150. Niet te geloven toch. Gelukkig is deze net de spoorwegovergang gepasseerd als wij daar over heen moeten.
Als je dan ook nog eens twee van die treinen elkaar in tegengestelde richting ziet passeren is de vallei waarin ze rijden bijna helemaal van links naar rechts gevuld met trein. Geeft ook wel weer aan hoe gigantisch zo’n vlakte is.
Lange rijen brievenbussen
Onderweg naar en in Amboy zien we ook nog – zeg maar – het andere Amerika. Lange wegen met daarlangs op heel veel plekken toch wel bouwvallen van huizen. Veel daarvan staan ook leeg. Misschien dat dit in de vakantie-periode anders is. Opvallend zijn ook de soms langere rijen brievenbussen die langs de weg staan, waarvan de huizen ver weg van de hoofdweg staan. Overigens staan die dan langs straten die bijvoorbeeld Clinton-avenue heten (of zoiets). En als je dan in het voorbijrijden opzij kijkt is het gewoon een zandweg. Op het moment dat ik dat zeg zien we ook een bordje staan dat de lading beter dekt: Sandy road
Elke hoek die we omgaan betekent overigens dat we weer een even lange weg voor ons hebben liggen. En dit keer niet ‘winding’ maar gewoon rechtuit tot de volgende hoek.
Wegwerkzaamheden
Op een gegeven moment komen we weer bij wegwerkzaamheden. Ditmaal niet het opvullen van spleten, maar het opnieuw asfalteren (tenminste daar lijkt het een beetje op) van de weg. Dit gebeurt op een weg die dwars door Lake Bristol gaat. Hoe kan dat dan zul je denken. Nou Lake Bristol is één van de vele meren in dat gebied die droog staan. En dan zie je ineens dat daar veel zout in het water of de grond zit. Zout dat kennelijk door de Chloride.comp wordt gewonnen. Dat zien we tenminste ergens langs die weg op een bord staan
Na een laatste bocht naar links volgt er dan nog één rechte weg richting Joshua Tree National Park. Marja zit klaar met de camera omdat we deze keer het bord van het park niet willen missen. En het lukt ons inderdaad, hoewel we op een bepaald moment denken dat we het tóch nog gemist hebben.
Wild
En dan wil ik het ook nog eens over het wild hebben. Want dat valt ons toch wel een beetje tegen. Overal waar we rijden staan namelijk borden die ons waarschuwen voor overstekende herten, mountain lions, elks, ezels, ruiters, ja zelfs overstekende brandweerwagens (die laatste begrijp ik overigens nog steeds niet). En behalve één keer wat overstekende herten hebben we niet één keer hoeven stoppen of uitwijken voor één van die wezens.
Spin
Tot vandaag: want in Joshua Trees rijden we op weg naar Jumbo Rock waar een camping ligt, waar we willen kijken voor een plek (daarover zo meer). Met een gezapig gangetje volgen we de bochten in de weg. Plotseling zie ik iets voor me op de weg bewegen, ik geef een ruk aan het stuur en ontwijk het wezen op het nippertje. Ik roep op hetzelfde moment: SPIN. Marja verstaat eerst spiegel en kijkt of ze zoiets op de weg ziet liggen. Niet natuurlijk. Tot ik nog een keer SPIN roep. Dan zegt Marja, he wat een spin, een grote? Jaaa, zeg ik. Nou stop dan, roept Marja. Dan zijn we natuurlijk te laat. Marja springt uit de auto en loopt/rent een eind terug om te kijken of ze de spin nog ziet. Ik rij intussen de camper een stuk achteruit en stap ook uit om een oogje te helpen. Maar helaas, we vinden het beest niet terug. Onverrichter zake stappen we weer in en rijden weer weg. Ik heb nog geen drie meter gereden of Marja roept: daar gaatie, daar gaatie!!! Gelukkig komt er op dat moment geen ander verkeer aan, zodat ik de camper half over de weg kan stoppen om Marja te laten uitstappen. Die rent onmiddellijk naar de plek waar ze de spin gezien heeft (thuis rent ze gillend de deur uit als er een spin van een centimeter groot wordt gespot). Ik kom er even later ook bij als ik de camper even fatsoenlijk langs de kant heb gezet. En ja hoor, een Tarantula. Werkelijk ongelooflijk. En het lijkt wel of ze zo groot ook minder eng zijn: ze lijken niet zo snel (alhoewel we dat niet zeker weten) en het enige dat hij (of was het een zij) leek te willen was terug naar zijn of haar holletje.
The Lucky one
In een stukje over Zion las ik laatst dat een ranger had gezegd, dat je ze zelden ziet. En, voegde hij eraan toe, degenen die er wel een zien zijn The Lucky Ones.
En ik kan jullie verzekeren dat er best wel iets van uitgaat om zo’n dier in zijn natuurlijke omgeving te zien (met zijn hol zelfs vlakbij). Geweldig.
Als er mensen zijn die dit verslag lezen en angst voor spinnen hebben alvast een waarschuwing: sla de foto’s van vandaag maar over. Daar zitten namelijk een paar fraaie exemplaren van dit diertje tussen.
Bee alarm
Om een lang verhaal wat korter te maken: uiteindelijk zijn we in Indio op een camping belandt en niet in Joshua Tree. Het waait daar namelijk behoorlijk, wat nogal invloed op de temperatuur had. En er was een bee-alarm afgegeven. Bij het roken van een sigaretje stond Marja dan ook een paar keer nogal aparte bewegingen te maken, omdat er een paar wespen om haar hoofd aan het zoemen waren (maar wel foto’s van een tarantula maken).
Hottub
Op de camping zien we ook, als we in de hot-tub van het zwembad liggen (luxe he?) ook weer zo’n schattige kolibrie bij de bloemen hangen. Op dat moment (half zes ’s-avonds) is het overigens nog F 90 ofwel 33,3 graden celcius.
En om de beestenboel compleet te maken: als we nog even bij de camper buiten zitten kruipt er een vreemd wezen van ongeveer een centimeter onder de stoel van Marja. Het ziet er raar uit met aan zijn achterlijf iets wat op een angel van aanzienlijke lengte lijkt. Dus lang zitten we niet buiten.
Het is dus een aardige beestenboel geweest vandaag.
Hopelijk kunnen we daar de komende dagen in San Diego nog wat aan toevoegen als we naar Sea-World en de San Diego-Zoo gaan.
Als jullie willen weten hoe dat is gegaan: gewoon het verslag weer lezen.
Richting Amboy
In het begin rijden we over de 40 naar het westen. En we zouden een heel eind over de free-way richting Joshua kunnen komen. Maar we houden niet zo van die grote wegen. Dus na een mijl of 35-40 gaan we van de freeway af, linksaf richting Amboy. En dan belanden we weer in een scenery waarvan wij denken dat het het echte Amerika is. Overigens was dat ook al wel een beetje zo langs de freeway, maar toch is dit het helemaal. Lange wegen, grote vlaktes, lange glooiende hellingen naar de bergruggen rondom. En elke keer als je zo’n vallei uit rijdt over een laagste deel van zo’n bergrug volgt er weer een nieuwe vallei, met nieuwe vergezichten.
Slechte wegen
Ik hoop dat de foto’s een beetje tot uitdrukking kunnen brengen hoe weids het daar is, grandioos.
Heb ik het trouwens al eens over de wegen gehad? Niet echt he. Maar bij deze dan. Soms zijn er hele stukken weg, waar zowel dwars als in de lengterichting van die zwarte (slingerende) strepen lopen. En het voelt aan of deze bovenop de weg liggen. Lekkkkeeerrrr rrrijdddennnn hoorrrrrr. En we vroegen ons al af of ze hier echt spleten in de weg opvullen, maar konden ons dat niet goed voorstellen. Vandaag hebben we het bewijs gekregen. Op een stuk zijn inderdaad een aantal wegwerkers bezig met teer spleten op te vullen, met de aparte patronen als gevolg. Dat terwijl vóór dit stuk de weg op zich niet zo slecht is. Marja zegt nog: ze maken het er alleen maar slechter door. Het met elkaar praten in de camper is dan ook bijna niet meer mogelijk, door het gerammel dat dat gehots en gebots veroorzaakt.
Meer dan 150 treinstellen
Ook komen we onderweg weer een paar bizar lange goederentreinen tegen. Marja probeert bij één te tellen hoeveel wagons er achter of tussen de vier loc’s hangen. Ze komt – hoewel ze op het laatst bijna de tel kwijtraakt – op een totaal van meer dan 150. Niet te geloven toch. Gelukkig is deze net de spoorwegovergang gepasseerd als wij daar over heen moeten.
Als je dan ook nog eens twee van die treinen elkaar in tegengestelde richting ziet passeren is de vallei waarin ze rijden bijna helemaal van links naar rechts gevuld met trein. Geeft ook wel weer aan hoe gigantisch zo’n vlakte is.
Lange rijen brievenbussen
Onderweg naar en in Amboy zien we ook nog – zeg maar – het andere Amerika. Lange wegen met daarlangs op heel veel plekken toch wel bouwvallen van huizen. Veel daarvan staan ook leeg. Misschien dat dit in de vakantie-periode anders is. Opvallend zijn ook de soms langere rijen brievenbussen die langs de weg staan, waarvan de huizen ver weg van de hoofdweg staan. Overigens staan die dan langs straten die bijvoorbeeld Clinton-avenue heten (of zoiets). En als je dan in het voorbijrijden opzij kijkt is het gewoon een zandweg. Op het moment dat ik dat zeg zien we ook een bordje staan dat de lading beter dekt: Sandy road
Elke hoek die we omgaan betekent overigens dat we weer een even lange weg voor ons hebben liggen. En dit keer niet ‘winding’ maar gewoon rechtuit tot de volgende hoek.
Wegwerkzaamheden
Op een gegeven moment komen we weer bij wegwerkzaamheden. Ditmaal niet het opvullen van spleten, maar het opnieuw asfalteren (tenminste daar lijkt het een beetje op) van de weg. Dit gebeurt op een weg die dwars door Lake Bristol gaat. Hoe kan dat dan zul je denken. Nou Lake Bristol is één van de vele meren in dat gebied die droog staan. En dan zie je ineens dat daar veel zout in het water of de grond zit. Zout dat kennelijk door de Chloride.comp wordt gewonnen. Dat zien we tenminste ergens langs die weg op een bord staan
Na een laatste bocht naar links volgt er dan nog één rechte weg richting Joshua Tree National Park. Marja zit klaar met de camera omdat we deze keer het bord van het park niet willen missen. En het lukt ons inderdaad, hoewel we op een bepaald moment denken dat we het tóch nog gemist hebben.
Wild
En dan wil ik het ook nog eens over het wild hebben. Want dat valt ons toch wel een beetje tegen. Overal waar we rijden staan namelijk borden die ons waarschuwen voor overstekende herten, mountain lions, elks, ezels, ruiters, ja zelfs overstekende brandweerwagens (die laatste begrijp ik overigens nog steeds niet). En behalve één keer wat overstekende herten hebben we niet één keer hoeven stoppen of uitwijken voor één van die wezens.
Spin
Tot vandaag: want in Joshua Trees rijden we op weg naar Jumbo Rock waar een camping ligt, waar we willen kijken voor een plek (daarover zo meer). Met een gezapig gangetje volgen we de bochten in de weg. Plotseling zie ik iets voor me op de weg bewegen, ik geef een ruk aan het stuur en ontwijk het wezen op het nippertje. Ik roep op hetzelfde moment: SPIN. Marja verstaat eerst spiegel en kijkt of ze zoiets op de weg ziet liggen. Niet natuurlijk. Tot ik nog een keer SPIN roep. Dan zegt Marja, he wat een spin, een grote? Jaaa, zeg ik. Nou stop dan, roept Marja. Dan zijn we natuurlijk te laat. Marja springt uit de auto en loopt/rent een eind terug om te kijken of ze de spin nog ziet. Ik rij intussen de camper een stuk achteruit en stap ook uit om een oogje te helpen. Maar helaas, we vinden het beest niet terug. Onverrichter zake stappen we weer in en rijden weer weg. Ik heb nog geen drie meter gereden of Marja roept: daar gaatie, daar gaatie!!! Gelukkig komt er op dat moment geen ander verkeer aan, zodat ik de camper half over de weg kan stoppen om Marja te laten uitstappen. Die rent onmiddellijk naar de plek waar ze de spin gezien heeft (thuis rent ze gillend de deur uit als er een spin van een centimeter groot wordt gespot). Ik kom er even later ook bij als ik de camper even fatsoenlijk langs de kant heb gezet. En ja hoor, een Tarantula. Werkelijk ongelooflijk. En het lijkt wel of ze zo groot ook minder eng zijn: ze lijken niet zo snel (alhoewel we dat niet zeker weten) en het enige dat hij (of was het een zij) leek te willen was terug naar zijn of haar holletje.
The Lucky one
In een stukje over Zion las ik laatst dat een ranger had gezegd, dat je ze zelden ziet. En, voegde hij eraan toe, degenen die er wel een zien zijn The Lucky Ones.
En ik kan jullie verzekeren dat er best wel iets van uitgaat om zo’n dier in zijn natuurlijke omgeving te zien (met zijn hol zelfs vlakbij). Geweldig.
Als er mensen zijn die dit verslag lezen en angst voor spinnen hebben alvast een waarschuwing: sla de foto’s van vandaag maar over. Daar zitten namelijk een paar fraaie exemplaren van dit diertje tussen.
Bee alarm
Om een lang verhaal wat korter te maken: uiteindelijk zijn we in Indio op een camping belandt en niet in Joshua Tree. Het waait daar namelijk behoorlijk, wat nogal invloed op de temperatuur had. En er was een bee-alarm afgegeven. Bij het roken van een sigaretje stond Marja dan ook een paar keer nogal aparte bewegingen te maken, omdat er een paar wespen om haar hoofd aan het zoemen waren (maar wel foto’s van een tarantula maken).
Hottub
Op de camping zien we ook, als we in de hot-tub van het zwembad liggen (luxe he?) ook weer zo’n schattige kolibrie bij de bloemen hangen. Op dat moment (half zes ’s-avonds) is het overigens nog F 90 ofwel 33,3 graden celcius.
En om de beestenboel compleet te maken: als we nog even bij de camper buiten zitten kruipt er een vreemd wezen van ongeveer een centimeter onder de stoel van Marja. Het ziet er raar uit met aan zijn achterlijf iets wat op een angel van aanzienlijke lengte lijkt. Dus lang zitten we niet buiten.
Het is dus een aardige beestenboel geweest vandaag.
Hopelijk kunnen we daar de komende dagen in San Diego nog wat aan toevoegen als we naar Sea-World en de San Diego-Zoo gaan.
Als jullie willen weten hoe dat is gegaan: gewoon het verslag weer lezen.
Terug naar boven
Dag 23: Donderdag 22 Oktober 2009
Van: Indio, CA, United StatesVia: Anza Borrego desert state park
Naar: San Diego, CA, United States
Vandaag zijn we laat op: tien voor zeven. Niet dat Marja al niet op is geweest. Maar ze is nog even teruggekropen en toen was het zomaar ineens bijna zeven uur. Heerlijk uitslapen.
We besluiten bij IHop te ontbijten. Dus we kleden ons snel aan, ontkoppelen de camper en rijden weg. Maar niet nadat ik heb ontdekt dat ze hier op deze camping het vuil komen ophalen. Als ik met een zak met “trash” over de camping loop op zoek naar een afvalbak, wordt mij nl. vriendelijk toegeroepen dat ik die zak (die vuilniszak dus) gewoon aan het pad mag zetten. Oke, doen we dat.
Ontbijten
Daarna zoals gezegd het ontbijt. En dat is één van de eerste verrassingen van die dag. Marja neemt iets met French toast met aardbeien en banaan en ik neem een touchdown (het is daar NFL-week of zoiets). Man wat een ontbijt. Dat van Marja bestaat uit geloof ik wel zes dikke toasts, met aardbeien, banaan en een dikke laag slagroom. Ik krijg een bord met twee eieren, twee worstjes, twee plakken worst, gebakken spek en hash-brown. Maar daarbij krijg ik ook nog een pancake met bosbessen en slagroom. Dit ontbijt is goed voor een kleine 1000 calorien voor ieder van ons. Heavy.
Nadat we een deel van dit ontbijt hebben weg gestouwd gaan we op pad. Een pad vol verrassingen weer.
Salton Lake
Eerst gaat het een tijdje over de freeway richting zuiden. Dit schiet lekker op. Het is niet zo druk en in de weg zitten lengtegroeven die het gevoel geven dat je bijna vanzelf gestuurd wordt. De eerste afslag die we zouden kunnen nemen missen we. Later denken we: gelukkig. Want dit was een grijze of zwarte weg op de kaart en dat zijn meestal nog al spectaculaire wegen. Daardoor komen we nu nog een tijd te rijden langs het Salton Lake. Een reusachtig meer. Je kunt in de verte zien dat hier ook de verdamping (het is dan al aardig heet) flink wat van het water laat verdwijnen.
De volgende afslag houden we goed in de gaten. We rijden dan al een tijdje door een gebied dat er echt woestijnachtig uitziet. Bij die afslag wordt dat alleen maar meer woestijn. Het is dan links en rechts van de weg alleen maar zand, met struikjes daar willekeurig gedropt. Je ziet bijna die cowboy zijn bezwete nek met een zakdoek afvegen, terwijl hij de laatste druppel uit zijn veldfles schudt en een pakezel achter zich aan trekt.
Anza Borrego desert state park, op slippers
In de verte zien we weer het vertrouwde beeld van een bergrug. Gelet op het aantal miles dat Tom-Tom nog aangeeft weten we bij voorbaat dat we daar weer overheen zullen moeten. Als het maar niet weer zo’n weggetje wordt als naar Oatman.
Maar gelukkig dat valt mee. We gaan wel omhoog, maar de weg is meestal wat breder en goed te berijden. En dan komt de tweede verrassing: Anza Borrego Desert State Park. Uit de naam zou je denken dat het nog meer zand te zien zou geven. Maar in plaats daarvan krijgen we heel veel cactussen voorgeschoteld. En een paar keer stappen we uit om deze op de foto vast te leggen. Ik moet ook nog even op zoek naar een grote rode cactus waar Marja graag een foto van wil maken. Als ik er een gevonden heb (verderop staan ze bij bosjes op een helling) gaat Marja erop af. Op teenslippers door de desert vol met cactussen lopen is alleen niet zo slim. Plotseling hoor ik haar grommen en vloeken, want er hangt geloof ik een halve cactus aan haar voet. Gelukkig valt de schade achteraf wel mee.
Foto van het bord
Als je tussen die cactussen doorloopt heb je ook steeds een beetje apart gevoel. Je wil voorkomen dat je ineens naast of achter je een hoop geratel hoort. Zou natuurlijk wel weer een mooi plaatje opleveren, na die Tarantula. Maar nee liever toch niet.
Deze keer zijn we niet vergeten een foto te maken van het bord aan de ingang van het park. Alleen spelen we daarbij wel een beetje vals. Het bord waar Marja haar bruine benen staat te showen is namelijk voor ons het bord aan de uitgang, omdat we dat aan het begin toch weer voorbijgereden zijn.
Julian
Dan gaan we op weg naar het plaatsje Julian. Moet ook een heel leuk plaatsje zijn. Maar ook de weg er naar toe brengt verrassingen. Want vanuit de woestijn-omgeving rijden we hier op een weg waar onze mond van verrassing bijna open blijft staan. Eerst volgt deze een riviertje (droog weliswaar), waar kennelijk voldoende vocht in de grond zit om fris groen uitziende bomen op te leveren. Bijna lente-kleuren. Hoe verder we rijden, hoe meer bomen er verschijnen. En dan worden het ook bomen in herfstkleuren (toch een beetje Indian-summer). Prachtig gewoon weg.
Julian (met een Rabobank, ja je gelooft het niet) is inderdaad een heel leuk plaatsje. Ik mors daar een shake op onze camera en op onze kleren, maar dat mag de pret niet drukken. En de appeltaart moet daar heerlijk zijn. Dus daar kopen we er ook één van. En Marja ziet een mooi kettinkje, dat ik voor haar koop.
Cuyamaca Rancho state park
Vanuit Julian besluiten we dan de snelste weg te nemen richting San Diego. Dat betekent altijd nog bijna 30 miles over scenic byways. Niet dat we dat erg vinden. Want hier wacht ons de volgende verrassing. We rijden op een moment namelijk het Cuyamaca Rancho State Park in. En de omgeving hier is werkelijk om van te smullen. Ook hier rijden we weer eens langs een schitterend gelegen meer (waarvan de helft overigens ook droog ligt), met aan de overkant weer schitterende herfstkleuren.
En de rest van die weg komen we tot de slotsom, dat dit toch wel één van de mooiste wegen is die we tijdens deze vakantie gereden hebben. Een gebied om zeker nog eens uitgebreider te bezoeken.
Links af op de freeway
Maar dan komen we weer op de freeway richting San Diego (of eigenlijk Chula Vista, waar we nu op de campground staan). Dan is het weer goed opletten welke kant Tom-Tom je uitstuurt. Houdt links aan: betekent dat helemaal links gaan rijden of mag je gewoon in de eerste baan blijven rijden. Op een gegeven moment presteert ze het zelfs (op de freeway, met zes tot acht banen) om te zeggen: neem de afslag links!!! Op een snelweg!!!
Maar ja het is een Belgische stem die het allemaal uitspreekt. Dus wat wil je (zitten er ook Belgen op het forum? Dan bij voorbaat mijn excuses).
Maar uiteindelijk blijkt dat we een fly-over moeten nemen, die links over de andere wegen heen draaien. Als je die in Nederland tegenkomt zegt ze gewoon: houdt links aan, de m..ts.
Ondanks het hectische verkeer belanden we dan toch, zonder één keer foutrijden, bij onze campground “Chula Vista”.
Strand
Nadat we ons geïnstalleerd hebben en Marja een paar wassen heeft gedraaid (en zes pogingen om op internet te komen) lopen we nog even langs het strand. Net op tijd om nog wat foto;s van de zonsondergang te maken. Ook maken we nog even een praatje met een man die met een paar honden aan het trainen is (Obedience), omdat Marja zelf ook met haar hond traint (reddingshond).Daarna maar weer eens een steak op de barbecue en dan weer aan de slag met het bewerken van de foto’s en het schrijven van het verslag. We moeten jullie tenslotte op de hoogte houden. En wees niet bang: vandaag geen foto’s van enge beesten. Dus je kunt gewoon doorlezen. Oh ja, ik wil ook nog iets zeggen over alle reacties die we krijgen op de website en de dagverslagen. We vinden het erg leuk te merken dat ons reisverslag zo actief wordt gevolgd door diverse mensen en dat we veel reacties krijgen.
Morgen gaan we Sea-world aandoen, waar jullie morgen weer alles over kunnen lezen.
Nou folks dat was het weer voor vandaag
We besluiten bij IHop te ontbijten. Dus we kleden ons snel aan, ontkoppelen de camper en rijden weg. Maar niet nadat ik heb ontdekt dat ze hier op deze camping het vuil komen ophalen. Als ik met een zak met “trash” over de camping loop op zoek naar een afvalbak, wordt mij nl. vriendelijk toegeroepen dat ik die zak (die vuilniszak dus) gewoon aan het pad mag zetten. Oke, doen we dat.
Ontbijten
Daarna zoals gezegd het ontbijt. En dat is één van de eerste verrassingen van die dag. Marja neemt iets met French toast met aardbeien en banaan en ik neem een touchdown (het is daar NFL-week of zoiets). Man wat een ontbijt. Dat van Marja bestaat uit geloof ik wel zes dikke toasts, met aardbeien, banaan en een dikke laag slagroom. Ik krijg een bord met twee eieren, twee worstjes, twee plakken worst, gebakken spek en hash-brown. Maar daarbij krijg ik ook nog een pancake met bosbessen en slagroom. Dit ontbijt is goed voor een kleine 1000 calorien voor ieder van ons. Heavy.
Nadat we een deel van dit ontbijt hebben weg gestouwd gaan we op pad. Een pad vol verrassingen weer.
Salton Lake
Eerst gaat het een tijdje over de freeway richting zuiden. Dit schiet lekker op. Het is niet zo druk en in de weg zitten lengtegroeven die het gevoel geven dat je bijna vanzelf gestuurd wordt. De eerste afslag die we zouden kunnen nemen missen we. Later denken we: gelukkig. Want dit was een grijze of zwarte weg op de kaart en dat zijn meestal nog al spectaculaire wegen. Daardoor komen we nu nog een tijd te rijden langs het Salton Lake. Een reusachtig meer. Je kunt in de verte zien dat hier ook de verdamping (het is dan al aardig heet) flink wat van het water laat verdwijnen.
De volgende afslag houden we goed in de gaten. We rijden dan al een tijdje door een gebied dat er echt woestijnachtig uitziet. Bij die afslag wordt dat alleen maar meer woestijn. Het is dan links en rechts van de weg alleen maar zand, met struikjes daar willekeurig gedropt. Je ziet bijna die cowboy zijn bezwete nek met een zakdoek afvegen, terwijl hij de laatste druppel uit zijn veldfles schudt en een pakezel achter zich aan trekt.
Anza Borrego desert state park, op slippers
In de verte zien we weer het vertrouwde beeld van een bergrug. Gelet op het aantal miles dat Tom-Tom nog aangeeft weten we bij voorbaat dat we daar weer overheen zullen moeten. Als het maar niet weer zo’n weggetje wordt als naar Oatman.
Maar gelukkig dat valt mee. We gaan wel omhoog, maar de weg is meestal wat breder en goed te berijden. En dan komt de tweede verrassing: Anza Borrego Desert State Park. Uit de naam zou je denken dat het nog meer zand te zien zou geven. Maar in plaats daarvan krijgen we heel veel cactussen voorgeschoteld. En een paar keer stappen we uit om deze op de foto vast te leggen. Ik moet ook nog even op zoek naar een grote rode cactus waar Marja graag een foto van wil maken. Als ik er een gevonden heb (verderop staan ze bij bosjes op een helling) gaat Marja erop af. Op teenslippers door de desert vol met cactussen lopen is alleen niet zo slim. Plotseling hoor ik haar grommen en vloeken, want er hangt geloof ik een halve cactus aan haar voet. Gelukkig valt de schade achteraf wel mee.
Foto van het bord
Als je tussen die cactussen doorloopt heb je ook steeds een beetje apart gevoel. Je wil voorkomen dat je ineens naast of achter je een hoop geratel hoort. Zou natuurlijk wel weer een mooi plaatje opleveren, na die Tarantula. Maar nee liever toch niet.
Deze keer zijn we niet vergeten een foto te maken van het bord aan de ingang van het park. Alleen spelen we daarbij wel een beetje vals. Het bord waar Marja haar bruine benen staat te showen is namelijk voor ons het bord aan de uitgang, omdat we dat aan het begin toch weer voorbijgereden zijn.
Julian
Dan gaan we op weg naar het plaatsje Julian. Moet ook een heel leuk plaatsje zijn. Maar ook de weg er naar toe brengt verrassingen. Want vanuit de woestijn-omgeving rijden we hier op een weg waar onze mond van verrassing bijna open blijft staan. Eerst volgt deze een riviertje (droog weliswaar), waar kennelijk voldoende vocht in de grond zit om fris groen uitziende bomen op te leveren. Bijna lente-kleuren. Hoe verder we rijden, hoe meer bomen er verschijnen. En dan worden het ook bomen in herfstkleuren (toch een beetje Indian-summer). Prachtig gewoon weg.
Julian (met een Rabobank, ja je gelooft het niet) is inderdaad een heel leuk plaatsje. Ik mors daar een shake op onze camera en op onze kleren, maar dat mag de pret niet drukken. En de appeltaart moet daar heerlijk zijn. Dus daar kopen we er ook één van. En Marja ziet een mooi kettinkje, dat ik voor haar koop.
Cuyamaca Rancho state park
Vanuit Julian besluiten we dan de snelste weg te nemen richting San Diego. Dat betekent altijd nog bijna 30 miles over scenic byways. Niet dat we dat erg vinden. Want hier wacht ons de volgende verrassing. We rijden op een moment namelijk het Cuyamaca Rancho State Park in. En de omgeving hier is werkelijk om van te smullen. Ook hier rijden we weer eens langs een schitterend gelegen meer (waarvan de helft overigens ook droog ligt), met aan de overkant weer schitterende herfstkleuren.
En de rest van die weg komen we tot de slotsom, dat dit toch wel één van de mooiste wegen is die we tijdens deze vakantie gereden hebben. Een gebied om zeker nog eens uitgebreider te bezoeken.
Links af op de freeway
Maar dan komen we weer op de freeway richting San Diego (of eigenlijk Chula Vista, waar we nu op de campground staan). Dan is het weer goed opletten welke kant Tom-Tom je uitstuurt. Houdt links aan: betekent dat helemaal links gaan rijden of mag je gewoon in de eerste baan blijven rijden. Op een gegeven moment presteert ze het zelfs (op de freeway, met zes tot acht banen) om te zeggen: neem de afslag links!!! Op een snelweg!!!
Maar ja het is een Belgische stem die het allemaal uitspreekt. Dus wat wil je (zitten er ook Belgen op het forum? Dan bij voorbaat mijn excuses).
Maar uiteindelijk blijkt dat we een fly-over moeten nemen, die links over de andere wegen heen draaien. Als je die in Nederland tegenkomt zegt ze gewoon: houdt links aan, de m..ts.
Ondanks het hectische verkeer belanden we dan toch, zonder één keer foutrijden, bij onze campground “Chula Vista”.
Strand
Nadat we ons geïnstalleerd hebben en Marja een paar wassen heeft gedraaid (en zes pogingen om op internet te komen) lopen we nog even langs het strand. Net op tijd om nog wat foto;s van de zonsondergang te maken. Ook maken we nog even een praatje met een man die met een paar honden aan het trainen is (Obedience), omdat Marja zelf ook met haar hond traint (reddingshond).Daarna maar weer eens een steak op de barbecue en dan weer aan de slag met het bewerken van de foto’s en het schrijven van het verslag. We moeten jullie tenslotte op de hoogte houden. En wees niet bang: vandaag geen foto’s van enge beesten. Dus je kunt gewoon doorlezen. Oh ja, ik wil ook nog iets zeggen over alle reacties die we krijgen op de website en de dagverslagen. We vinden het erg leuk te merken dat ons reisverslag zo actief wordt gevolgd door diverse mensen en dat we veel reacties krijgen.
Morgen gaan we Sea-world aandoen, waar jullie morgen weer alles over kunnen lezen.
Nou folks dat was het weer voor vandaag
Terug naar boven
Dag 24: Vrijdag 23 Oktober 2009
Van: San Diego, CA, United StatesVia: Sea World
Naar: San Diego, CA, United States
Vandaag eens niet achter het stuur. We gaan vandaag naar Sea-world. We hopen dat het in Sea-world op een doordeweekse dag minder druk is. Vooral bij de shows en zo. Dat blijkt ook wel zo te zijn. Het was zelfs opvallend stil. We weten alleen niet of dat komt omdat het nog geen weekeind is. Zal ook wel iets met de crisis te maken hebben.
Maar niet te snel ik loop een beetje op de zaken vooruit.
Rog in de rivier
We gaan dus naar Sea-world en we hebben gezien dat je redelijk makkelijk met openbaar vervoer (trolley en bus) bij dit park kan komen. En dat allemaal voor $ 5 p.p. (dus ongeveer € 3,50) voor de hele dag. In Nederland ben je dan net een blok verder.
We vragen bij het kantoortje van de campground hoe we bij die trolley kunnen komen. Blijkt een stukje van 1 mijl te zijn. Dus dat lopen we. Daarbij lopen we langs een soort riviertje dat uitmondt in zee. En tot onze grote verrassing zien we daar ineens een rog(getje) zwemmen. Je weet wel, zo’n vliegende vis maar dan onder water. Hoeven we bijna niet meer naar Sea-world. Alleen nog een Orka en we zijn klaar. Maar die zien we niet in dat slootje. Verderop zwemmen nog een heleboel meer kleinere roggetjes. Heel bijzonder. Nog meer wildlife dat je ineens zomaar tegen kan komen, zonder dat er waarschuwingsbordjes staan dat ze op je pad kunnen komen.
Het is (dan nog) heet. Het zal al weer een graad of 26 zijn en het is pas half tien of zo.
Schreeuwende kinderen
Bij het trolleystation aangekomen hoeven we maar even te wachten. We stappen in en worden gelijk met een flinke vaart meegenomen richting Old Town San Diego. Helaas zijn we in de verkeerde wagon gestapt. Die zit namelijk vol met schreeuwende schoolkinderen. Je zou er spontaan hoofdpijn van krijgen. En ze gaan nog bijna tot het eindstation mee ook. Maar gelukkig, we krijgen nog een paar haltes om weer een beetje bij te komen.
Scheuren met de bus
Bij het eindstation van deze trolley (er zijn een blauwe lijn – de onze -, een groene en een oranje lijn) moeten we overstappen op bus lijn 9 die ook Sea-world aandoet. Na even zoeken zien we hem staan. Een klein sprintje, want hij staat op het punt te vertrekken. Als we instappen merken we al dat de chauffeur niet zijn beste dag heeft. Want die begint me daar een partij te scheuren door die stad. Niet normaal. Hij moet kennelijk wat tijd inhalen. Want hij rijdt met een snelheid waar ze bij Connexxion nog wat van kunnen leren. Abnormaal. En hij heeft zelfs zo’n haast dat een oud vrouwtje, die netjes had “gebeld” voor haar halte maar niet snel genoeg bij de uitgang was, gewoon nog een halte verder mee moest.
We waren al bijna bang dat we Sea-world niet eens zouden halen.
Maar we zijn er gekomen. Even op adem komen en het gaat wel weer.
Naar de ticket-loketten. Daar blijkt dat je legio mogelijkheden hebt om kaartjes te kopen. Dus dat is nog even puzzelen. Uiteindelijk besluiten we om een kaartje met een Behind the Scenes-kaartje te nemen. $ 10,-- duurder, maar dan heb je ook wat. Daar kom ik zo nog op.
Club-sandwich
Daarna het park in. Omdat we nog niet ontbeten hebben gaan we eerst op zoek naar iets te eten. Dat hebben we al gauw gevonden. We nemen allebei een club-sandwich. En na het ontbijt van gister met die toast en flensjes e.d., krijgen we ook nu weer een ongewone portie voorgeschoteld (zie de foto’s). Ik had een paar dagen geleden het gevoel dat ik misschien wel een paar kilo kwijt was, maar sinds deze twee dagen is dat gevoel helemaal weg.
Als we de sandwich hebben verorberd gaan we op stap. Eerst even langs de Clydesdales Dat zijn grote paarden (wat die in Sea-world doen is mij een raadsel, maar ze zijn wel apart).
Vervolgens lopen we wat rond en komen langs pinguins, flamingo’s, otters, apen (oh nee die gaan we morgen zien). En niet perse in deze volgorde hoor. Maar ik wil jullie niet stap voor stap door het park meenemen.
Shamu believe
Totdat het tijd is voor de grote show van Shamu. Eén van de Orka’s. Nou van shows hebben Amerikanen wel verstand. Het begint er al mee dat ze de soldaten(veteranen maar ook nog actieven) met luid applaus bedanken voor wat ze voor het land gedaan hebben. En weet je, dat doet je toch wel wat.
Ook de show daarna weten ze met veel gevoel voor theater en melodrama te brengen. Wat dan volgt is weer een staaltje van perfectie om van te smullen. Met explosieve sprongen van de Orka’s, stukjes acrobatiek van de trainers (zijn het dat?) en het stuk waar iedereen zeker op de eerste 16 rijen of zo zit te wachten: het nat spetteren door de Orka’s. Geweldige show. De foto’s kunnen het weer niet volledig tot uitdrukking brengen. We zijn er beide wederom emotioneel van.
Gelukkig heeft Marja ook nog een aantal filmpjes van de show gemaakt, die we terug in de camper nog even bekijken. Deze zullen later als we weer thuis zijn ook nog op de website geplaatst worden.
Behind the scenes
Daarna moeten we ons haasten want we hebben nog onze Behind the Scenes-tour te gaan. We worden daar begroet door een jongen met zonnebril, strooien hoed en een ingeblikte stem (een soort geluidsboxje op zijn buik). Deze begeleidt ons vrijwel de hele weg achteruit lopend. En hij geeft gelijk aan dat wij behoren tot de weinige gelukkigen die in – zeg maar – de broedkamer van de haaienafdeling mogen komen. Dit omdat het naseizoen is en een beetje minder druk is (he’s got that right). Daar zien we een broedbak waarin haaie-eieren hangen, die nog moeten uitkomen. Er zijn nog meer bakken met nog veel meer jonge haaitjes (levend geboren, uit een ei gekropen of een combinatie daarvan geloof ik). En we mogen zelfs even wat jonge haaitjes aanraken.
Als we daarna weer buiten staan laat de jongen ons weten dat we naar ons tweede en tevens laatste bezoek gaan. Wat mij de opmerking ontlokt (alleen niet zo hard en in het Nederlands, zodat niemand het verstaat): dan ben ik toch benieuwd, hoe deze tour er uit gezien had als wij niet zoveel geluk hadden gehad om die haaienbroedkamer te mogen zien. Want dan was onze tweede bezoekje gelijk het eerste en het laatste geweest.
Maar goed, het tweede bezoekje brengt ons bij een aantal jonge dolfijnen. Helaas mogen we die niet aaien (later de roggen weer wel: niet die in dat slootje maar in het park). Maar om zo dicht bij dolfijnen te zijn is toch ook wel weer een apart gevoel. Je voelt gewoon dat dit bijzondere beesten zijn. En soms lijkt het bijna (en misschien is dat ook wel zo) of ze weten dat ze gefotografeerd worden.
Rog aaien
Na de tour lopen we nog even een paar plekken langs. Zoals ik al zei gaan we nog even een paar roggen aaien. Ook een bijzonder gevoel, maar dan fysiek. Voelt bijna aan alsof ze een laagje glibberige algen op hun rug hebben.
Old town
Als we dan ook nog even magneetje nummer zoveel aan de collectie hebben toegevoegd besluiten we de bus terug te nemen naar Old Town.
En dan blijkt dat alle buschauffeurs (als je dat kunt afleiden uit twee busritten) hier als dwazen door het verkeer razen. Alleen deze lijkt minder chagrijnig. Ook deze keer worden we met een reuze (ik wou zeggen sneltreinvaart, maar we zitten in de bus) vaart afgeleverd bij Old Town.
Daar brengen we een bezoekje aan een paar souvenirwinkels en magneet nummer zoveel + 1 wordt bij de verzameling gedaan.
Na nog een hapje gegeten te hebben bij Bara Bara (Mexicaans) stappen we weer op de Trolley, die ons weer keurig aflevert bij ons stationnetje aan Bay-shore/E-road.
Verrassing
De mile terug naar de campground brengt ons nog een laatste verrassing van deze dag: want uit de bossages en de schaduw langs de weg (het is inmiddels donker) komt ineens het silhouet van wat volgens Marja een opossum was. Ik heb het beest niet goed gezien dus ik ga op Marja af. Is toch wel bizar. Rij je bijna 3500 km door afgelegen gebieden en de wildernis tot nu toe, krijg je alleen een paar overstekende herten te zien, ondanks alle waarschuwingen voor x-ing mountainlions en al dat soort dieren. En dan loop je in een grote wereldstad en dan zie je ineens zo’n beest uit de struiken komen. Wie weet wat we morgen nog tegen het lijf lopen.
Maar ja dan gaan we naar de Zoo, dus dat is niet helemaal eerlijk.
Zoals ik zeg: morgen bezoek aan de Zoo. Dus dat zal ook wel weer aardig wat foto’s opleveren, net als vandaag overigens. Hoop dat jullie er weer van genieten.
Maar niet te snel ik loop een beetje op de zaken vooruit.
Rog in de rivier
We gaan dus naar Sea-world en we hebben gezien dat je redelijk makkelijk met openbaar vervoer (trolley en bus) bij dit park kan komen. En dat allemaal voor $ 5 p.p. (dus ongeveer € 3,50) voor de hele dag. In Nederland ben je dan net een blok verder.
We vragen bij het kantoortje van de campground hoe we bij die trolley kunnen komen. Blijkt een stukje van 1 mijl te zijn. Dus dat lopen we. Daarbij lopen we langs een soort riviertje dat uitmondt in zee. En tot onze grote verrassing zien we daar ineens een rog(getje) zwemmen. Je weet wel, zo’n vliegende vis maar dan onder water. Hoeven we bijna niet meer naar Sea-world. Alleen nog een Orka en we zijn klaar. Maar die zien we niet in dat slootje. Verderop zwemmen nog een heleboel meer kleinere roggetjes. Heel bijzonder. Nog meer wildlife dat je ineens zomaar tegen kan komen, zonder dat er waarschuwingsbordjes staan dat ze op je pad kunnen komen.
Het is (dan nog) heet. Het zal al weer een graad of 26 zijn en het is pas half tien of zo.
Schreeuwende kinderen
Bij het trolleystation aangekomen hoeven we maar even te wachten. We stappen in en worden gelijk met een flinke vaart meegenomen richting Old Town San Diego. Helaas zijn we in de verkeerde wagon gestapt. Die zit namelijk vol met schreeuwende schoolkinderen. Je zou er spontaan hoofdpijn van krijgen. En ze gaan nog bijna tot het eindstation mee ook. Maar gelukkig, we krijgen nog een paar haltes om weer een beetje bij te komen.
Scheuren met de bus
Bij het eindstation van deze trolley (er zijn een blauwe lijn – de onze -, een groene en een oranje lijn) moeten we overstappen op bus lijn 9 die ook Sea-world aandoet. Na even zoeken zien we hem staan. Een klein sprintje, want hij staat op het punt te vertrekken. Als we instappen merken we al dat de chauffeur niet zijn beste dag heeft. Want die begint me daar een partij te scheuren door die stad. Niet normaal. Hij moet kennelijk wat tijd inhalen. Want hij rijdt met een snelheid waar ze bij Connexxion nog wat van kunnen leren. Abnormaal. En hij heeft zelfs zo’n haast dat een oud vrouwtje, die netjes had “gebeld” voor haar halte maar niet snel genoeg bij de uitgang was, gewoon nog een halte verder mee moest.
We waren al bijna bang dat we Sea-world niet eens zouden halen.
Maar we zijn er gekomen. Even op adem komen en het gaat wel weer.
Naar de ticket-loketten. Daar blijkt dat je legio mogelijkheden hebt om kaartjes te kopen. Dus dat is nog even puzzelen. Uiteindelijk besluiten we om een kaartje met een Behind the Scenes-kaartje te nemen. $ 10,-- duurder, maar dan heb je ook wat. Daar kom ik zo nog op.
Club-sandwich
Daarna het park in. Omdat we nog niet ontbeten hebben gaan we eerst op zoek naar iets te eten. Dat hebben we al gauw gevonden. We nemen allebei een club-sandwich. En na het ontbijt van gister met die toast en flensjes e.d., krijgen we ook nu weer een ongewone portie voorgeschoteld (zie de foto’s). Ik had een paar dagen geleden het gevoel dat ik misschien wel een paar kilo kwijt was, maar sinds deze twee dagen is dat gevoel helemaal weg.
Als we de sandwich hebben verorberd gaan we op stap. Eerst even langs de Clydesdales Dat zijn grote paarden (wat die in Sea-world doen is mij een raadsel, maar ze zijn wel apart).
Vervolgens lopen we wat rond en komen langs pinguins, flamingo’s, otters, apen (oh nee die gaan we morgen zien). En niet perse in deze volgorde hoor. Maar ik wil jullie niet stap voor stap door het park meenemen.
Shamu believe
Totdat het tijd is voor de grote show van Shamu. Eén van de Orka’s. Nou van shows hebben Amerikanen wel verstand. Het begint er al mee dat ze de soldaten(veteranen maar ook nog actieven) met luid applaus bedanken voor wat ze voor het land gedaan hebben. En weet je, dat doet je toch wel wat.
Ook de show daarna weten ze met veel gevoel voor theater en melodrama te brengen. Wat dan volgt is weer een staaltje van perfectie om van te smullen. Met explosieve sprongen van de Orka’s, stukjes acrobatiek van de trainers (zijn het dat?) en het stuk waar iedereen zeker op de eerste 16 rijen of zo zit te wachten: het nat spetteren door de Orka’s. Geweldige show. De foto’s kunnen het weer niet volledig tot uitdrukking brengen. We zijn er beide wederom emotioneel van.
Gelukkig heeft Marja ook nog een aantal filmpjes van de show gemaakt, die we terug in de camper nog even bekijken. Deze zullen later als we weer thuis zijn ook nog op de website geplaatst worden.
Behind the scenes
Daarna moeten we ons haasten want we hebben nog onze Behind the Scenes-tour te gaan. We worden daar begroet door een jongen met zonnebril, strooien hoed en een ingeblikte stem (een soort geluidsboxje op zijn buik). Deze begeleidt ons vrijwel de hele weg achteruit lopend. En hij geeft gelijk aan dat wij behoren tot de weinige gelukkigen die in – zeg maar – de broedkamer van de haaienafdeling mogen komen. Dit omdat het naseizoen is en een beetje minder druk is (he’s got that right). Daar zien we een broedbak waarin haaie-eieren hangen, die nog moeten uitkomen. Er zijn nog meer bakken met nog veel meer jonge haaitjes (levend geboren, uit een ei gekropen of een combinatie daarvan geloof ik). En we mogen zelfs even wat jonge haaitjes aanraken.
Als we daarna weer buiten staan laat de jongen ons weten dat we naar ons tweede en tevens laatste bezoek gaan. Wat mij de opmerking ontlokt (alleen niet zo hard en in het Nederlands, zodat niemand het verstaat): dan ben ik toch benieuwd, hoe deze tour er uit gezien had als wij niet zoveel geluk hadden gehad om die haaienbroedkamer te mogen zien. Want dan was onze tweede bezoekje gelijk het eerste en het laatste geweest.
Maar goed, het tweede bezoekje brengt ons bij een aantal jonge dolfijnen. Helaas mogen we die niet aaien (later de roggen weer wel: niet die in dat slootje maar in het park). Maar om zo dicht bij dolfijnen te zijn is toch ook wel weer een apart gevoel. Je voelt gewoon dat dit bijzondere beesten zijn. En soms lijkt het bijna (en misschien is dat ook wel zo) of ze weten dat ze gefotografeerd worden.
Rog aaien
Na de tour lopen we nog even een paar plekken langs. Zoals ik al zei gaan we nog even een paar roggen aaien. Ook een bijzonder gevoel, maar dan fysiek. Voelt bijna aan alsof ze een laagje glibberige algen op hun rug hebben.
Old town
Als we dan ook nog even magneetje nummer zoveel aan de collectie hebben toegevoegd besluiten we de bus terug te nemen naar Old Town.
En dan blijkt dat alle buschauffeurs (als je dat kunt afleiden uit twee busritten) hier als dwazen door het verkeer razen. Alleen deze lijkt minder chagrijnig. Ook deze keer worden we met een reuze (ik wou zeggen sneltreinvaart, maar we zitten in de bus) vaart afgeleverd bij Old Town.
Daar brengen we een bezoekje aan een paar souvenirwinkels en magneet nummer zoveel + 1 wordt bij de verzameling gedaan.
Na nog een hapje gegeten te hebben bij Bara Bara (Mexicaans) stappen we weer op de Trolley, die ons weer keurig aflevert bij ons stationnetje aan Bay-shore/E-road.
Verrassing
De mile terug naar de campground brengt ons nog een laatste verrassing van deze dag: want uit de bossages en de schaduw langs de weg (het is inmiddels donker) komt ineens het silhouet van wat volgens Marja een opossum was. Ik heb het beest niet goed gezien dus ik ga op Marja af. Is toch wel bizar. Rij je bijna 3500 km door afgelegen gebieden en de wildernis tot nu toe, krijg je alleen een paar overstekende herten te zien, ondanks alle waarschuwingen voor x-ing mountainlions en al dat soort dieren. En dan loop je in een grote wereldstad en dan zie je ineens zo’n beest uit de struiken komen. Wie weet wat we morgen nog tegen het lijf lopen.
Maar ja dan gaan we naar de Zoo, dus dat is niet helemaal eerlijk.
Zoals ik zeg: morgen bezoek aan de Zoo. Dus dat zal ook wel weer aardig wat foto’s opleveren, net als vandaag overigens. Hoop dat jullie er weer van genieten.
Terug naar boven
Dag 25: Zaterdag 24 Oktober 2009
Van: San Diego, CA, United StatesVia: San Diego Zoo
Naar: San Diego, CA, United States
We kunnen vandaag weer redelijk rustig aan doen. Er wordt nog een dag niet gereden met de camper. De Zoo van San Diego staat op het programma. Dus de verwachtingen zijn hoog gespannen. Er wordt immers van deze dierentuin gezegd dat het de mooiste van de wereld is.
Openbaar vervoer
We storten ons weer met doodsverachting in het openbaar vervoer. Gelukkig valt het vandaag mee en hoeven we niet zo heel veel haltes. Maar omdat je niet goed weet waar je moet zijn is het toch wel weer spannend. Want de aankondiging van de haltes door de chauffeur zijn niet altijd even duidelijk te verstaan. Moeten we er hier al uit, ik kom al overeind, nee toch niet. Zitten maar weer. Gelukkig zijn er een paar dames die kennelijk ook naar de Zoo gaan en die aan de chauffeur vragen wanneer ze er uit moeten. Ik hoor één van hen zeggen: We’re not there yet. Dus weer een beetje gerustgesteld.
Uiteindelijk stappen we nog een halte te vroeg uit en moeten we nog een stukje lopen. Maar het is weer goed weer. Er is geen mist meer, dus Marja heeft vanochtend de verkeerde broek aangetrokken, omdat ze dat wel verwacht had.
De dierentuin
Als we eenmaal in de dierentuin zijn zien we als eerste de flamingo’s. Oke daar maken we geen foto’s van. Die hebben we gister in Seaworld al gezien en op de digitale plaat vastgelegd. Verder maar. Naar de aapjes.
En dan begint al een vaag gevoel aan ons te knagen. De dierentuin is inderdaad erg mooi aangelegd. Daarbij is uiteraard dankbaar gebruik gemaakt van de ligging op glooiend terrein. Maar de verblijven waarin bijvoorbeeld de apen zitten ogen niet echt veel ruimer en gevarieerder dan een aantal dierentuinen in Nederland. Misschien is de dierentuin in Emmen, qua verblijven voor de dieren nog wel mooier.
En de dieren zijn hier vaak net zo aap-atisch als in andere dierentuinen.
Verder maar weer. Een hippo. Nee daar kunnen we geen foto van maken, omdat het glas waarachter hij in het water zit, teveel het licht breekt en bovendien nogal vies of bekrast is. Dat worden dus geen mooie foto’s.
Dan maar door naar de Okapi’s en de …. duikers. Dat laatste deel van de naam heb ik onthouden omdat het zo Nederlands klonk. Het eerste deel ben ik al weer vergeten. Maar misschien staat dat nog wel op de foto van de beestjes.
Een Amerikaanse vrouw wilde weten of één van die duikertjes het jong was van één van die Okapi’s. Dit terwijl redelijk duidelijk was dat deze dieren toch wel wat van elkaar verschillen. Ze had waarschijnlijk nog nooit eerder vreemde dieren gezien.
We schieten nog wat plaatjes van een soort varken en van een paar zwarte beren (dit laatste ter compensatie van het ontbreken van beren in Yosemite).
Leeuwen hebben we gister in Seaworld uiteraard niet gezien. Maar in de Zoo zien we ze ook niet. Die liggen ergens diep achterin hun verblijf te pitten. We vangen niet eens een glimp van ze op.
Al met al toch best wel een beetje teleurstellend. Met als gevolg dat we na een paar foto’s van de rug van twee pandaberen (ze vinden het te druk) besluiten het park na amper 2, 2½ uur weer te verlaten.
USS-Midway
De bus terug naar de stad. Bij de bushalte gekomen zien we een plakkaat op de bushalte hangen dat deze halte tijdelijk is vervallen in verband met een of ander evenement. Als we drie haltes verder zijn gelopen zien we op zo’n zelfde plakkaat dat dat geldt vanaf half zeven ’s-avonds. “Gelukkig” is ons nog geen bus gepasseerd dus zullen we er geen gemist hebben.
Als we dan toch de bus te pakken hebben gaan we weer down-town waar we ons richting de USS-Midway (een als museum ingericht vliegdekschip) begeven. Marja wil wel eens zo’n schip zien, omdat haar vader jarenlang op een tanker heeft gevaren en ze nieuwsgierig is of zo’n vliegdekschip er ongeveer net zo uit ziet. We krijgen een audio-tour-apparaatje mee, zodat we kunnen horen wat alles is op zo’n schip. Maar ook hier krijgen we een gevoel van: is allemaal wel indrukwekkend, maar we maken liever foto’s van tarantula’s. Dus van dit schip geen foto’s. Intussen beginnen we te voelen (fysiek dan) dat we al aardig wat kilometers in de benen hebben. Zowel in de camper als te voet. En in die Midway zitten wel erg veel trappen. Dus die benen beginnen aardig te protesteren.
Er snel van af dus. Moeten we wel de uitgang vinden. Als je hem niet zoekt loop je ervan zelf naar toe en als je er naar toe wil vind je hem niet.
Gaslamp Quarter
Maar we komen er af. En dan willen we nog even het Gaslamp Quarter aandoen. Eigenlijk zou je dat ’s-avonds moeten doen, als al die Gaslamps branden. Maar ja dat duurt nog zo lang.
We lopen het kwartier in en bezoeken een paar winkeltjes. Marja koopt nog een paar dingetjes voor haar jongens
Omdat we ook al wat trek gekregen hebben lopen we weer terug naar het begin van de straat, waar een goed en bekend restaurant moet zitten. We kijken even snel (en dus niet goed) op het menu dat buiten de deur hangt en lopen naar binnen om te vragen of de keuken al open is. Helaas is dat zo, want als we eenmaal zitten blijkt de kaart toch wel wat prijziger te zijn dan we hadden gedacht. Maar omdat we al zitten en op vakantie zijn besluiten we gewoon maar wat te bestellen.
Een zalm en wat crab-cakes zwaarder en wat dollars lichter (dat viel achteraf ook nog wel mee, zeker als je meetelt dat je bij die Amerikanen refills krijgt in die halve-liter glazen) zetten we ons op pad terug naar de camper. Daarbij komen we langs het PetCo-honkbalstadion, dat op een bijzondere manier midden in de stad is gelegen. Met één min of meer open zijde.
De refills zijn er oorzaak van dat we het laatste stuk naar de campground allebei moeten knijpen en we halen het op het nippertje. Wat een opluchting.
We zijn blij dat we even kunnen zitten. Wat doen onze voeten en benen zeer.
We missen de rust
We komen ook tot de conclusie dat het leuk was op deze manier San Diego een beetje te hebben kunnen verkennen. Maar we missen de rust en de (soms volledige) stilte van de afgelopen drie weken nu al. Je zou er aan kunnen wennen (of toch niet?).
Nog een week te gaan (morgen over een week al weer op het vliegtuig). En dat moet een week worden waarin we wat kunnen relaxen van de inspannende afgelopen drie weken. Een week waarin we hopelijk toch nog wel een paar hoogtepunten (bijvoorbeeld bij het whale-watchen) krijgen.
Morgen richting Malibu (langs La Jolla). Bekende namen, dus we zijn benieuwd hoe we die plaatsen gaan beleven. We laten het jullie via beeld en woord gewoon weer weten.
Veel lees- en kijkplezier (hopen we).
Openbaar vervoer
We storten ons weer met doodsverachting in het openbaar vervoer. Gelukkig valt het vandaag mee en hoeven we niet zo heel veel haltes. Maar omdat je niet goed weet waar je moet zijn is het toch wel weer spannend. Want de aankondiging van de haltes door de chauffeur zijn niet altijd even duidelijk te verstaan. Moeten we er hier al uit, ik kom al overeind, nee toch niet. Zitten maar weer. Gelukkig zijn er een paar dames die kennelijk ook naar de Zoo gaan en die aan de chauffeur vragen wanneer ze er uit moeten. Ik hoor één van hen zeggen: We’re not there yet. Dus weer een beetje gerustgesteld.
Uiteindelijk stappen we nog een halte te vroeg uit en moeten we nog een stukje lopen. Maar het is weer goed weer. Er is geen mist meer, dus Marja heeft vanochtend de verkeerde broek aangetrokken, omdat ze dat wel verwacht had.
De dierentuin
Als we eenmaal in de dierentuin zijn zien we als eerste de flamingo’s. Oke daar maken we geen foto’s van. Die hebben we gister in Seaworld al gezien en op de digitale plaat vastgelegd. Verder maar. Naar de aapjes.
En dan begint al een vaag gevoel aan ons te knagen. De dierentuin is inderdaad erg mooi aangelegd. Daarbij is uiteraard dankbaar gebruik gemaakt van de ligging op glooiend terrein. Maar de verblijven waarin bijvoorbeeld de apen zitten ogen niet echt veel ruimer en gevarieerder dan een aantal dierentuinen in Nederland. Misschien is de dierentuin in Emmen, qua verblijven voor de dieren nog wel mooier.
En de dieren zijn hier vaak net zo aap-atisch als in andere dierentuinen.
Verder maar weer. Een hippo. Nee daar kunnen we geen foto van maken, omdat het glas waarachter hij in het water zit, teveel het licht breekt en bovendien nogal vies of bekrast is. Dat worden dus geen mooie foto’s.
Dan maar door naar de Okapi’s en de …. duikers. Dat laatste deel van de naam heb ik onthouden omdat het zo Nederlands klonk. Het eerste deel ben ik al weer vergeten. Maar misschien staat dat nog wel op de foto van de beestjes.
Een Amerikaanse vrouw wilde weten of één van die duikertjes het jong was van één van die Okapi’s. Dit terwijl redelijk duidelijk was dat deze dieren toch wel wat van elkaar verschillen. Ze had waarschijnlijk nog nooit eerder vreemde dieren gezien.
We schieten nog wat plaatjes van een soort varken en van een paar zwarte beren (dit laatste ter compensatie van het ontbreken van beren in Yosemite).
Leeuwen hebben we gister in Seaworld uiteraard niet gezien. Maar in de Zoo zien we ze ook niet. Die liggen ergens diep achterin hun verblijf te pitten. We vangen niet eens een glimp van ze op.
Al met al toch best wel een beetje teleurstellend. Met als gevolg dat we na een paar foto’s van de rug van twee pandaberen (ze vinden het te druk) besluiten het park na amper 2, 2½ uur weer te verlaten.
USS-Midway
De bus terug naar de stad. Bij de bushalte gekomen zien we een plakkaat op de bushalte hangen dat deze halte tijdelijk is vervallen in verband met een of ander evenement. Als we drie haltes verder zijn gelopen zien we op zo’n zelfde plakkaat dat dat geldt vanaf half zeven ’s-avonds. “Gelukkig” is ons nog geen bus gepasseerd dus zullen we er geen gemist hebben.
Als we dan toch de bus te pakken hebben gaan we weer down-town waar we ons richting de USS-Midway (een als museum ingericht vliegdekschip) begeven. Marja wil wel eens zo’n schip zien, omdat haar vader jarenlang op een tanker heeft gevaren en ze nieuwsgierig is of zo’n vliegdekschip er ongeveer net zo uit ziet. We krijgen een audio-tour-apparaatje mee, zodat we kunnen horen wat alles is op zo’n schip. Maar ook hier krijgen we een gevoel van: is allemaal wel indrukwekkend, maar we maken liever foto’s van tarantula’s. Dus van dit schip geen foto’s. Intussen beginnen we te voelen (fysiek dan) dat we al aardig wat kilometers in de benen hebben. Zowel in de camper als te voet. En in die Midway zitten wel erg veel trappen. Dus die benen beginnen aardig te protesteren.
Er snel van af dus. Moeten we wel de uitgang vinden. Als je hem niet zoekt loop je ervan zelf naar toe en als je er naar toe wil vind je hem niet.
Gaslamp Quarter
Maar we komen er af. En dan willen we nog even het Gaslamp Quarter aandoen. Eigenlijk zou je dat ’s-avonds moeten doen, als al die Gaslamps branden. Maar ja dat duurt nog zo lang.
We lopen het kwartier in en bezoeken een paar winkeltjes. Marja koopt nog een paar dingetjes voor haar jongens
Omdat we ook al wat trek gekregen hebben lopen we weer terug naar het begin van de straat, waar een goed en bekend restaurant moet zitten. We kijken even snel (en dus niet goed) op het menu dat buiten de deur hangt en lopen naar binnen om te vragen of de keuken al open is. Helaas is dat zo, want als we eenmaal zitten blijkt de kaart toch wel wat prijziger te zijn dan we hadden gedacht. Maar omdat we al zitten en op vakantie zijn besluiten we gewoon maar wat te bestellen.
Een zalm en wat crab-cakes zwaarder en wat dollars lichter (dat viel achteraf ook nog wel mee, zeker als je meetelt dat je bij die Amerikanen refills krijgt in die halve-liter glazen) zetten we ons op pad terug naar de camper. Daarbij komen we langs het PetCo-honkbalstadion, dat op een bijzondere manier midden in de stad is gelegen. Met één min of meer open zijde.
De refills zijn er oorzaak van dat we het laatste stuk naar de campground allebei moeten knijpen en we halen het op het nippertje. Wat een opluchting.
We zijn blij dat we even kunnen zitten. Wat doen onze voeten en benen zeer.
We missen de rust
We komen ook tot de conclusie dat het leuk was op deze manier San Diego een beetje te hebben kunnen verkennen. Maar we missen de rust en de (soms volledige) stilte van de afgelopen drie weken nu al. Je zou er aan kunnen wennen (of toch niet?).
Nog een week te gaan (morgen over een week al weer op het vliegtuig). En dat moet een week worden waarin we wat kunnen relaxen van de inspannende afgelopen drie weken. Een week waarin we hopelijk toch nog wel een paar hoogtepunten (bijvoorbeeld bij het whale-watchen) krijgen.
Morgen richting Malibu (langs La Jolla). Bekende namen, dus we zijn benieuwd hoe we die plaatsen gaan beleven. We laten het jullie via beeld en woord gewoon weer weten.
Veel lees- en kijkplezier (hopen we).
Terug naar boven
Dag 26: Zondag 25 Oktober 2009
Van: San Diego, CA, United StatesNaar: Malibu, CA, United States
We laten San Diego achter ons en stellen het vizier scherp op Malibu. Dat is het eindpunt van vandaag. In principe maar 2½ uur rijden, als we alles via de freeway zouden doen. Maar zo zijn wij niet. We willen tenslotte ook nog iets van de omgeving zien. En dat kan niet als je alleen maar freeway doet.
La Jolla
Eerst doen we dan ook La Jolla aan. Een half uurtje rijden van de camping. We willen daar de camper even neer zetten. Maar dat valt nog niet mee. Want hadden ze van de week een loop tegen het geweld of zoiets, nu moet er weer gefietst worden. Waartegen of waarvoor weet ik niet. Gevolg: geen plekje te vinden, zeker niet voor een RV. Maar na een kwartiertje rondrijden en een paar keer dezelfde verkeersregelaars (vanwege het fietsen) begroet te hebben vinden we dan eindelijk toch een plekje.
We lopen een stukje langs de kust en kunnen dan ook gelijk zien voor welke problemen ons aller Arnold (Schwarzenegger) zich gesteld ziet. Eens kijken of hij de zeeleeuwen in opdracht van de rechter al heeft weggejaagd van het stukje strand dat voor kinderen bedoeld schijnt te zijn. Mooi niet, die exterminator heeft andere (financiële) zorgen met zijn staat. “Gelukkig” maar anders hadden wij nu naar een leeg stukje strand staan staren. Nu waren er tenminste nog een paar van die diertjes lekker aan het zonnen en één liet zich lekker meerollen met de golven (heen en weer, heen en weer).
Freeway
Na La Jolla moeten we dan toch een stuk freeway rijden. Daar ontkomen we niet aan. En dat is dan ook gelijk een heel druk en zeker ook een saai stuk en dat op zondagochtend rond een uur of half tien. Marja doet ook even een tukkie naast me.
Het eerste stuk van deze weg valt nog wel mee, met de drukte dan. Alleen lijkt het wel of die Amerikanen allemaal de weg op komen op het moment dat wij voorbij rijden. En al gauw is het razend druk. Soms twaalf rijen breed en steeds voller. Gekkenhuis. Je vraagt je af wat al die Amerikanen om die tijd allemaal doen op de freeway. Waar gaan jullie naar toe? Wij hebben tenminste nog een doel: Malibu!
Op een gegeven moment besluiten we alvast een stukje Highway 1 te doen, langs al die beaches. Zoals Long Beach, Laguna Beach. Als je daar rijdt vraag je je af of die mensen die daar wonen ook last hebben van de recessie. De rijkdom straalt er nog wel vanaf. Of dat alleen nog maar uiterlijke schijn is?
Drive-through
Als we door Laguna Beach rijden roept (of schreeuwt eigenlijk) Marja ineens: Starbucks. Want we zijn wel aan een bakkie koffie toe. Als ze buiten een sigaretje staat te roken (je mag hier echt nergens meer binnen roken en soms buiten ook pas op een bepaalde afstand) vraagt een vrouw die in de Drive-through bij Starbucks staat waar ze die mooie ketting heeft gekocht die ze om haar hals draagt. De quizvraag voor de trouwe lezers van deze verslagen: waar hebben we dat kettinkje gekocht. Heel goed, dat was in Julian.
Dat Drive-through gebeuren hebben die Amerikanen trouwens ook tot een kunst verheven: begonnen met de MacDonalds hebben ze nu Drive-throughs voor koffie dus, maar ook voor de bank (geld opnemen vanuit je auto, te gek), de drank (jawel) en zelfs voor de apotheker. Het moet ook niet gekker worden: pillen halen omdat je niet gezond meer bent omdat je te weinig beweegt en dan met de auto pillen halen in de drive-through.
Duur parkeren
Nu blijkt trouwens ook dat we de tour die we maken de verkeerde kant om maken. Want als we in Santa Monica nog even willen stoppen zitten alle parkeerplaatsen aan de verkeerde kant. En als we denken dat we toch een parkeerplaats gevonden hebben waar we met onze RV terecht kunnen blijkt dat je daar $ 9,-- voor moet betalen. En we zijn niet voor niets Nederlanders, dus ras gekeerd (kost wel een keer of drie steken en een paar stoepjes). Dan blijkt ook dat die Amerikanen ze niet altijd op een rijtje hebben volgens mij. Want als we weer terugrijden naar de weg zien we in het wegdek een soort weerhaken met een bord erbij: Don’t back up, severe tire damage???? Welk doel deze dingen hebben is ons nog niet duidelijk. Maar je zit wel even raar te kijken als je daar met je campertje overheen moet rijden (en niet één maar wel twee van die dingen) en maar hoopt dat je niet terugzakt. Zou toch lullig zijn als je RoadBear moet bellen met de boodschap dat je vier lekke banden hebt.
Druk op zondag
Terug naar de Freeway maar weer. Want als we de rit naar Malibu helemaal langs Highway 1 willen doen zijn we bijna 6 uur onderweg.
Dit is weer een langer stuk en we komen dan al in de buurt van LA. En er hangt een vieze bruin-gele damp boven de stad en ook op de weg merken we dat het wat wazig wordt. Niet zo gek met z’n allen de stad ontvluchten en dan wat smog veroorzaken.
Op een gegeven moment wordt het zo druk dat we zelfs nog in een heuze file komen: om half twaalf zondagochtend als ze allemaal bij hun schoonmoeder op de koffie hadden moeten zitten. Gelukkig ziet Marja een eerdere afslag die ons na wat omzwervingen toch weer op Highway 1 brengt.
Maar ook hier is de gekte nog niet over. Van het beeld dat wij van Highway 1 hebben klopt nog niet veel. Een vierbaansweg, met veel verkeerslichten en vooral veel, heel veel verkeer. Dus tijd om te genieten van deze mooiste Highway van Amerika hebben we dus niet. We gaan er maar van uit dat dat één (of twee of drie) van de volgende dagen nog gaat komen als we die drukte een beetje achter ons kunnen laten.
Boven de oceaan
De Tom-Tom laat, als we in de buurt van de camping komen, ook niet of nauwelijks winkels in de buurt zien, waar we nog even wat boodschappen kunnen doen. Nou ja we hebben nog een kliekje macaroni in de vriezer staan. Warmen we dat wel op.
Maar eerst nog naar de Campground. Nou dáár is niks mis mee. Gelukkig zit deze wel aan de rechter en dus voor ons goede kant van de weg. Dus we kunnen er zo rechtsaf insteken. Dan een klein klimmetje en we hebben de campground bereikt. Plaats 17 hadden we een tijd geleden al gereserveerd. En die is lang niet gek. Het is weliswaar een back-in plek, maar met alles erop en eraan. Zeker voor wat het uitzicht betreft: Wow, schitterend. We zitten een meter of 30 boven de oceaan, of liever gezegd boven de weg die langs de oceaan loopt. En vanuit ons slaapgedeelte, dat ook een beetje boven die diepte hangt, kijk je zo uit op de oceaan. Marja heeft er een foto van gemaakt. Ze vraagt ook nog of ik de handrem van de RV wel goed heb ingetrapt. Dat wordt heel stilletjes liggen vannacht, zo boven die leegte.
Zonsondergang
Voor en na het eten wippen we (daar kan het wel) nog even naar het strand. De tweede keer om van een werkelijk grandioze zonsondergang te genieten. Alleen klopt het beeld niet helemaal. Want we dachten dat de oceaan ten westen van Amerika ligt en dat de zon dus in de zee onder zou gaan. Maar kijk maar naar de foto’s, niets is minder waar.
Hij gaat bijna recht voor ons uit (dus in onze rijrichting) en misschien zelfs nog iets rechts daarvan onder. Dus we rijden helemaal niet naar het noorden. Zitten we nog wel op onze route? Maar als we op de kaart kijken blijkt het te kloppen. Straks maken we een bocht naar rechts en gaan we echt in noordelijke richting verder.
Vanaf onze kampeerplek heeft Marja ook nog wat foto’s gemaakt van wat bewegingen op zee, waarvan we denken dat deze veroorzaakt zijn door zeehonden of zeeleeuwen. Op één of twee van de foto’s kun je misschien nog net een ruggetje of zo onderscheiden (toch maar sparen voor een 500mm lens).
En ook een paar vogeltjes worden vastgelegd voor het fotoboek van vandaag. Dan worden het er toch nog aardig wat.
Morgen doen we Pismo-beach aan, waarbij we onderweg misschien in Solvang even kijken of we een bezoekje kunnen brengen aan de beroemde paardenfluisteraar Monty Roberts. Of dat lukt kunnen jullie morgen weer lezen en misschien zelfs op de foto’s zien dan.
La Jolla
Eerst doen we dan ook La Jolla aan. Een half uurtje rijden van de camping. We willen daar de camper even neer zetten. Maar dat valt nog niet mee. Want hadden ze van de week een loop tegen het geweld of zoiets, nu moet er weer gefietst worden. Waartegen of waarvoor weet ik niet. Gevolg: geen plekje te vinden, zeker niet voor een RV. Maar na een kwartiertje rondrijden en een paar keer dezelfde verkeersregelaars (vanwege het fietsen) begroet te hebben vinden we dan eindelijk toch een plekje.
We lopen een stukje langs de kust en kunnen dan ook gelijk zien voor welke problemen ons aller Arnold (Schwarzenegger) zich gesteld ziet. Eens kijken of hij de zeeleeuwen in opdracht van de rechter al heeft weggejaagd van het stukje strand dat voor kinderen bedoeld schijnt te zijn. Mooi niet, die exterminator heeft andere (financiële) zorgen met zijn staat. “Gelukkig” maar anders hadden wij nu naar een leeg stukje strand staan staren. Nu waren er tenminste nog een paar van die diertjes lekker aan het zonnen en één liet zich lekker meerollen met de golven (heen en weer, heen en weer).
Freeway
Na La Jolla moeten we dan toch een stuk freeway rijden. Daar ontkomen we niet aan. En dat is dan ook gelijk een heel druk en zeker ook een saai stuk en dat op zondagochtend rond een uur of half tien. Marja doet ook even een tukkie naast me.
Het eerste stuk van deze weg valt nog wel mee, met de drukte dan. Alleen lijkt het wel of die Amerikanen allemaal de weg op komen op het moment dat wij voorbij rijden. En al gauw is het razend druk. Soms twaalf rijen breed en steeds voller. Gekkenhuis. Je vraagt je af wat al die Amerikanen om die tijd allemaal doen op de freeway. Waar gaan jullie naar toe? Wij hebben tenminste nog een doel: Malibu!
Op een gegeven moment besluiten we alvast een stukje Highway 1 te doen, langs al die beaches. Zoals Long Beach, Laguna Beach. Als je daar rijdt vraag je je af of die mensen die daar wonen ook last hebben van de recessie. De rijkdom straalt er nog wel vanaf. Of dat alleen nog maar uiterlijke schijn is?
Drive-through
Als we door Laguna Beach rijden roept (of schreeuwt eigenlijk) Marja ineens: Starbucks. Want we zijn wel aan een bakkie koffie toe. Als ze buiten een sigaretje staat te roken (je mag hier echt nergens meer binnen roken en soms buiten ook pas op een bepaalde afstand) vraagt een vrouw die in de Drive-through bij Starbucks staat waar ze die mooie ketting heeft gekocht die ze om haar hals draagt. De quizvraag voor de trouwe lezers van deze verslagen: waar hebben we dat kettinkje gekocht. Heel goed, dat was in Julian.
Dat Drive-through gebeuren hebben die Amerikanen trouwens ook tot een kunst verheven: begonnen met de MacDonalds hebben ze nu Drive-throughs voor koffie dus, maar ook voor de bank (geld opnemen vanuit je auto, te gek), de drank (jawel) en zelfs voor de apotheker. Het moet ook niet gekker worden: pillen halen omdat je niet gezond meer bent omdat je te weinig beweegt en dan met de auto pillen halen in de drive-through.
Duur parkeren
Nu blijkt trouwens ook dat we de tour die we maken de verkeerde kant om maken. Want als we in Santa Monica nog even willen stoppen zitten alle parkeerplaatsen aan de verkeerde kant. En als we denken dat we toch een parkeerplaats gevonden hebben waar we met onze RV terecht kunnen blijkt dat je daar $ 9,-- voor moet betalen. En we zijn niet voor niets Nederlanders, dus ras gekeerd (kost wel een keer of drie steken en een paar stoepjes). Dan blijkt ook dat die Amerikanen ze niet altijd op een rijtje hebben volgens mij. Want als we weer terugrijden naar de weg zien we in het wegdek een soort weerhaken met een bord erbij: Don’t back up, severe tire damage???? Welk doel deze dingen hebben is ons nog niet duidelijk. Maar je zit wel even raar te kijken als je daar met je campertje overheen moet rijden (en niet één maar wel twee van die dingen) en maar hoopt dat je niet terugzakt. Zou toch lullig zijn als je RoadBear moet bellen met de boodschap dat je vier lekke banden hebt.
Druk op zondag
Terug naar de Freeway maar weer. Want als we de rit naar Malibu helemaal langs Highway 1 willen doen zijn we bijna 6 uur onderweg.
Dit is weer een langer stuk en we komen dan al in de buurt van LA. En er hangt een vieze bruin-gele damp boven de stad en ook op de weg merken we dat het wat wazig wordt. Niet zo gek met z’n allen de stad ontvluchten en dan wat smog veroorzaken.
Op een gegeven moment wordt het zo druk dat we zelfs nog in een heuze file komen: om half twaalf zondagochtend als ze allemaal bij hun schoonmoeder op de koffie hadden moeten zitten. Gelukkig ziet Marja een eerdere afslag die ons na wat omzwervingen toch weer op Highway 1 brengt.
Maar ook hier is de gekte nog niet over. Van het beeld dat wij van Highway 1 hebben klopt nog niet veel. Een vierbaansweg, met veel verkeerslichten en vooral veel, heel veel verkeer. Dus tijd om te genieten van deze mooiste Highway van Amerika hebben we dus niet. We gaan er maar van uit dat dat één (of twee of drie) van de volgende dagen nog gaat komen als we die drukte een beetje achter ons kunnen laten.
Boven de oceaan
De Tom-Tom laat, als we in de buurt van de camping komen, ook niet of nauwelijks winkels in de buurt zien, waar we nog even wat boodschappen kunnen doen. Nou ja we hebben nog een kliekje macaroni in de vriezer staan. Warmen we dat wel op.
Maar eerst nog naar de Campground. Nou dáár is niks mis mee. Gelukkig zit deze wel aan de rechter en dus voor ons goede kant van de weg. Dus we kunnen er zo rechtsaf insteken. Dan een klein klimmetje en we hebben de campground bereikt. Plaats 17 hadden we een tijd geleden al gereserveerd. En die is lang niet gek. Het is weliswaar een back-in plek, maar met alles erop en eraan. Zeker voor wat het uitzicht betreft: Wow, schitterend. We zitten een meter of 30 boven de oceaan, of liever gezegd boven de weg die langs de oceaan loopt. En vanuit ons slaapgedeelte, dat ook een beetje boven die diepte hangt, kijk je zo uit op de oceaan. Marja heeft er een foto van gemaakt. Ze vraagt ook nog of ik de handrem van de RV wel goed heb ingetrapt. Dat wordt heel stilletjes liggen vannacht, zo boven die leegte.
Zonsondergang
Voor en na het eten wippen we (daar kan het wel) nog even naar het strand. De tweede keer om van een werkelijk grandioze zonsondergang te genieten. Alleen klopt het beeld niet helemaal. Want we dachten dat de oceaan ten westen van Amerika ligt en dat de zon dus in de zee onder zou gaan. Maar kijk maar naar de foto’s, niets is minder waar.
Hij gaat bijna recht voor ons uit (dus in onze rijrichting) en misschien zelfs nog iets rechts daarvan onder. Dus we rijden helemaal niet naar het noorden. Zitten we nog wel op onze route? Maar als we op de kaart kijken blijkt het te kloppen. Straks maken we een bocht naar rechts en gaan we echt in noordelijke richting verder.
Vanaf onze kampeerplek heeft Marja ook nog wat foto’s gemaakt van wat bewegingen op zee, waarvan we denken dat deze veroorzaakt zijn door zeehonden of zeeleeuwen. Op één of twee van de foto’s kun je misschien nog net een ruggetje of zo onderscheiden (toch maar sparen voor een 500mm lens).
En ook een paar vogeltjes worden vastgelegd voor het fotoboek van vandaag. Dan worden het er toch nog aardig wat.
Morgen doen we Pismo-beach aan, waarbij we onderweg misschien in Solvang even kijken of we een bezoekje kunnen brengen aan de beroemde paardenfluisteraar Monty Roberts. Of dat lukt kunnen jullie morgen weer lezen en misschien zelfs op de foto’s zien dan.
Terug naar boven
Dag 27: Maandag 26 Oktober 2009
Van: Malibu, CA, United StatesNaar: Pismo Beach, CA, United States
Gelukkig: de tweede kennismaking met Highway 1 verloopt een stuk beter dan de eerste. Ook al is het weer geen groot stuk dat we er over heen rijden. Het begint er op te lijken. Het is in ieder geval een stuk rustiger dan gisteren. En we begrijpen ook niet waar al die auto’s gister naar toe gingen.
Vanochtend waren we ook weer wat vroeger op. Marja heeft weer een paar shots van de zonsopgang en natuurlijk wilde ze mij ook weer laten meegenieten. Dus om een uur of 7 werd er op mijn slaapkamerraam getikt en moest ik even meekijken naar de mooie luchten. Toegegeven: het zijn dan ook altijd geweldige zonsopkomsten. En de foto’s daarvan doen het ook erg goed.
Boodschappen
Resultaat van dit alles is, dat we zo rond acht uur de campground in Malibu beach afrijden en rechtsaf Highway 1 opslaan. Eerste stop die is ingevoerd in de TomTom: Starbucks. Want zonder een lekkere bak koffie gaat het niet. En alleen bij Starbucks maken ze in Amerika lekkere koffie (of we moeten het zelf zetten in de camper). Gelukkig ligt die al vroeg op onze route. En daar zit waarempel ook toevallig een supermarkt. En we hebben nog wel wat boodschapjes nodig.
Nadat ik eerst de inrit naar het parkeerterrein weer voorbijschiet (tja die dingen hebben nu eenmaal een lange remweg) vinden we een plekje. Bij het boodschappen doen zien we dat je met een Value-card (Bonuskaart van AH) korting kan krijgen. Dus regelen we er een. Maar dan blijkt dat de supermarkt hoort bij de Safeways. Nou ja, dan maar twee kaarten. Misschien kan ik daar ook een set van gaan sparen, net als van de magneten.
Santa Barbara
Dan maar weer verder Highway 1 af richting Santa Barbara. Want daar willen we de pier even bekijken.
Als je door deze omgeving rijdt realiseer je je ineens, dat hier veel filmsterren wonen. Of in ieder geval een huis hebben staan. Dus zit je plotseling om je heen te kijken! Wie rijdt daar in die cabrio? Is dat een bekende? En wie heeft deze groene bak buiten gezet? Brad Pitt? (yeah right).
Dus in St Barbara de pier opgezocht (met die TomTom gaat dat allemaal heel gladjes). Gelukkig hier geen parkeerterreinen met van die haken om je banden lek te prikken. Wel voldoende ruimte. Maar als we dan de camper hebben neergezet komt er een mannetje op ons afgelopen (het lijkt wel alsof ze heel veel seniors hier dat soort baantjes hebben gegeven, om ze nog een beetje bezig te houden) die vertelt dat we met onze RV op de speciaal tussen de gele strepen aangegeven vakken moeten staan en dat we dan 6 (ipv 3 dollar voor een gewone auto) moeten betalen. Nou ja, eerlijk is eerlijk. We nemen ook twee plekken in. En Aldi bij de RoadBear had al tegen ons gezegd dat als we ergens parkeren met parkeermeters, we alle meters van de ingenomen plekken moeten vullen.
Bijzonder betaalsysteem
Het betaalsysteem is overigens wel bijzonder hier. In een grote kast zitten bij de nummers van de parkeervakken kleine gleufjes. Je moet dan dollarbiljetten driemaal dubbelvouwen en in dat gleufje duwen. En als je het laatste biljet er in hebt gestopt moet je dat met een soort steekijzertje nog even verder naar binnen duwen. Gelukkig had ik een vijf-dollar biljet, anders ben je een half uur bezig met het drievoudig dubbelvouwen van 6 losse ééndollar-biljetten.
De pier
We lopen de pier even over (daar kunnen zelfs auto’s rijden en parkeren) en schieten wat foto’s van pelikanen (die zullen we vandaag nog een aantal keren op de foto zetten) en zeehonden (proberen we tenminste). Daar blijkt ook dat het nog steeds lekker warm is. Volgens ons een graad of 28.
Solvang
Na de pier wijken we van onze route af om langs het plaatsje Solvang te rijden. Daar zit die paardenfluisteraar Monty Roberts waar we, als het kan, langs willen rijden. Maar eerst bezoeken we het plaatsje Solvang zelf even. Een bijzonder plaatsje (ik durf het geen dorp te noemen, hoewel het daar op lijkt. Maar voor hetzelfde geld is het een stad met 100.000 inwoners). Het is kennelijk ooit gesticht door Denen. Dat zie je ook terug in de namen van restaurants en hotels en van wat ze daar serveren (Smoregaardbraten of zoiets), maar ook Copenhagen zien we een paar keer terug.
De Hollandse bakker, waarvan Marja dacht dat die daar ook moet zitten, kunnen we niet vinden. Dan maar terug naar de camper en voor onszelf een broodje smeren. En wat drinken. Want hier lijkt het nog wel heter dan in St. Barbara.
Stijl en mooi
Wat ik nog vergeet te zeggen is dat als je van de kustweg afwijkt en een klein stukje het binnenland in rijdt, de omgeving heel snel verandert. En dan ten goede. Want ook hier is het weer erg mooi. En ook weer stijl. Dus ik heb af en toe weer een aardige sliert achter me hangen. Die probeer je dan af te schudden door van die turn-outs te gebruiken. Alleen weet je nooit hoe die er precies uitzien. Soms is dat een soort geasfalteerde uitwijkstrook, maar soms ook gewoon een plek waar wat ruimte is om je RV neer te zetten (of vergissen we ons nu schromelijk). Gevolg is dat we vandaag een keer hadden dat ik een plek zag waar ik zo’n 15 auto’s van me kon afschudden (oke ik rijd niet altijd zo hard, maar ik ben ook op vakantie he). Dus met ware doodsverachting razen we op het plekje af, gaan vol in de remmen (het stof waait op) en………….. dan zie ik dat twee meter verder zo’n geasfalteerde uitwijkstrook begint. Oke we moeten nog wel wat leren. Maar die auto’s ben ik in ieder geval kwijt aan mijn staart. Overigens heb je na twee minuten al weer een nieuwe staart. Waar die af en toe zo snel vandaan komen?
Als we Solvang (dat was dat Deense plaatsje, waar ik het een tijdje geleden over had), uitrijden komen we al snel bij de ranch van Monty Roberts. Maar de hekken zijn dicht, dus bezoekers worden kennelijk niet meer verwacht. Jammer. Ik had dat wel eens willen bekijken. Want er liggen daar een aantal best grote ranches, met van die mooie witte hekken langs de weiden en de toegangsritten. Zoals je af en toe in die films of series ziet.
Pismo Beach
Dus zetten we met de snelste route koers naar Pismo Beach, onze eindbestemming van vandaag. Dan zijn we netjes op tijd op de campground en kunnen we ook nog even tot rust komen.
Want ook al maken we in feite maar zelden echt lange rijdagen. We beginnen het inmiddels allebei toch wel te voelen. Met name bij het uitstappen na een tijdje rijden. Dan zijn we allebei toch een beetje stijfjes. Zou dat met de leeftijd te maken hebben? Bij mij waarschijnlijk wel. Maar Marja, die is nog zo jong. Of zijn het gewoon de weken die al achter ons liggen. Goh wat gaat dat uiteindelijk toch weer snel. En we moeten nu al ernstig ons best doen om te bedenken wat we die eerste week ook al weer gedaan hebben.
De snelste route naar Pismo Beach leidt ons weer via highway en freeway naar onze plaats van bestemming. Overigens is het rijden over die wegen, even los van al het gehobbel en gebobbel, meestal geen probleem. Dat systeem dat die Amerikanen hebben bedacht met het “keep your lane” is zo gek nog niet. Het geeft op zijn minst een rustiger beeld van het verkeer, waarbij al die auto’s allemaal netjes gewoon in hun baan blijven. Je ziet maar zelden dat een auto van baan verwisselt. En meestal ben ik dat ook zelf nog. Dat zit er nu eenmaal ingebakken dat je weer naar de meest rechtse baan moet als je bijvoorbeeld iemand gepasseerd hebt. Nou overkomt mij dat niet zo vaak (ik rijd immers niet zo hard, zoals ik net schreef), dus meestal zit ik al in die meest rechtse baan.
Wat weer niet altijd even handig is, omdat ze daar (en soms op het laatste nippertje) de afrit van de freeway van maken. Dan staat er ineens op één van die borden, dat het “exit only” is. En dan moet je toch weer naar links. Soms als je net had besloten weer naar rechts te gaan.
Bijna in een state park
Zo belanden we na Solvang nog bijna in een State Park. Ik denk nl. dat er een bordje staat voor een turn-out (weer een staart van 500m), maar dan blijkt dat het een afrit is. En dan ook nog zo een waarop staat: Right lane must turn right. Nou oké dan, dan maar even naar rechts en draaien en gelijk de weg weer op. Kost ongeveer anderhalve minuut.
Bij de camping aangekomen besluiten we nog even het strand op te gaan. Onze RV staat op nog geen 20 meter van een strandovergang (lijkt Nederland wel). We lopen nog even naar de zee om te kijken of een duik in de Pacific er nog inzit (voor de foto!). Maar als we het water over onze voeten laten stromen is al snel duidelijk dat we dat wel kunnen vergeten. Dat is nog kouder dan het water in Lake Powell. En dat was al koud genoeg van zichzelf.
Pelikanen
Dus vandaag geen foto’s van zwemmende Marja’s of Ko’s.
Wel veel van Pelikanen. Das nl. een tick van mij met die vogels. Ik vind het schitterend als die beesten op misschien niet meer dan 10 cm over het water scheren. En ik wist dat ze dat soms met een heel stel tegelijk doen. En daar heb ik zo tegen de avond geprobeerd een leuke foto van te maken. Dat zien jullie terug in de foto’s. En dat terwijl we er ook nog aardig wat hebben “weggegooid”.
Tot slot hebben we nog wat mooie (soms zelfs schitterende) foto’s gemaakt van de zonsondergang (al zeggen we het zelf) en zijn daarna teruggegaan naar de camper. We moeten tenslotte ook nog wat eten en nog een stukje werken.
Vanochtend waren we ook weer wat vroeger op. Marja heeft weer een paar shots van de zonsopgang en natuurlijk wilde ze mij ook weer laten meegenieten. Dus om een uur of 7 werd er op mijn slaapkamerraam getikt en moest ik even meekijken naar de mooie luchten. Toegegeven: het zijn dan ook altijd geweldige zonsopkomsten. En de foto’s daarvan doen het ook erg goed.
Boodschappen
Resultaat van dit alles is, dat we zo rond acht uur de campground in Malibu beach afrijden en rechtsaf Highway 1 opslaan. Eerste stop die is ingevoerd in de TomTom: Starbucks. Want zonder een lekkere bak koffie gaat het niet. En alleen bij Starbucks maken ze in Amerika lekkere koffie (of we moeten het zelf zetten in de camper). Gelukkig ligt die al vroeg op onze route. En daar zit waarempel ook toevallig een supermarkt. En we hebben nog wel wat boodschapjes nodig.
Nadat ik eerst de inrit naar het parkeerterrein weer voorbijschiet (tja die dingen hebben nu eenmaal een lange remweg) vinden we een plekje. Bij het boodschappen doen zien we dat je met een Value-card (Bonuskaart van AH) korting kan krijgen. Dus regelen we er een. Maar dan blijkt dat de supermarkt hoort bij de Safeways. Nou ja, dan maar twee kaarten. Misschien kan ik daar ook een set van gaan sparen, net als van de magneten.
Santa Barbara
Dan maar weer verder Highway 1 af richting Santa Barbara. Want daar willen we de pier even bekijken.
Als je door deze omgeving rijdt realiseer je je ineens, dat hier veel filmsterren wonen. Of in ieder geval een huis hebben staan. Dus zit je plotseling om je heen te kijken! Wie rijdt daar in die cabrio? Is dat een bekende? En wie heeft deze groene bak buiten gezet? Brad Pitt? (yeah right).
Dus in St Barbara de pier opgezocht (met die TomTom gaat dat allemaal heel gladjes). Gelukkig hier geen parkeerterreinen met van die haken om je banden lek te prikken. Wel voldoende ruimte. Maar als we dan de camper hebben neergezet komt er een mannetje op ons afgelopen (het lijkt wel alsof ze heel veel seniors hier dat soort baantjes hebben gegeven, om ze nog een beetje bezig te houden) die vertelt dat we met onze RV op de speciaal tussen de gele strepen aangegeven vakken moeten staan en dat we dan 6 (ipv 3 dollar voor een gewone auto) moeten betalen. Nou ja, eerlijk is eerlijk. We nemen ook twee plekken in. En Aldi bij de RoadBear had al tegen ons gezegd dat als we ergens parkeren met parkeermeters, we alle meters van de ingenomen plekken moeten vullen.
Bijzonder betaalsysteem
Het betaalsysteem is overigens wel bijzonder hier. In een grote kast zitten bij de nummers van de parkeervakken kleine gleufjes. Je moet dan dollarbiljetten driemaal dubbelvouwen en in dat gleufje duwen. En als je het laatste biljet er in hebt gestopt moet je dat met een soort steekijzertje nog even verder naar binnen duwen. Gelukkig had ik een vijf-dollar biljet, anders ben je een half uur bezig met het drievoudig dubbelvouwen van 6 losse ééndollar-biljetten.
De pier
We lopen de pier even over (daar kunnen zelfs auto’s rijden en parkeren) en schieten wat foto’s van pelikanen (die zullen we vandaag nog een aantal keren op de foto zetten) en zeehonden (proberen we tenminste). Daar blijkt ook dat het nog steeds lekker warm is. Volgens ons een graad of 28.
Solvang
Na de pier wijken we van onze route af om langs het plaatsje Solvang te rijden. Daar zit die paardenfluisteraar Monty Roberts waar we, als het kan, langs willen rijden. Maar eerst bezoeken we het plaatsje Solvang zelf even. Een bijzonder plaatsje (ik durf het geen dorp te noemen, hoewel het daar op lijkt. Maar voor hetzelfde geld is het een stad met 100.000 inwoners). Het is kennelijk ooit gesticht door Denen. Dat zie je ook terug in de namen van restaurants en hotels en van wat ze daar serveren (Smoregaardbraten of zoiets), maar ook Copenhagen zien we een paar keer terug.
De Hollandse bakker, waarvan Marja dacht dat die daar ook moet zitten, kunnen we niet vinden. Dan maar terug naar de camper en voor onszelf een broodje smeren. En wat drinken. Want hier lijkt het nog wel heter dan in St. Barbara.
Stijl en mooi
Wat ik nog vergeet te zeggen is dat als je van de kustweg afwijkt en een klein stukje het binnenland in rijdt, de omgeving heel snel verandert. En dan ten goede. Want ook hier is het weer erg mooi. En ook weer stijl. Dus ik heb af en toe weer een aardige sliert achter me hangen. Die probeer je dan af te schudden door van die turn-outs te gebruiken. Alleen weet je nooit hoe die er precies uitzien. Soms is dat een soort geasfalteerde uitwijkstrook, maar soms ook gewoon een plek waar wat ruimte is om je RV neer te zetten (of vergissen we ons nu schromelijk). Gevolg is dat we vandaag een keer hadden dat ik een plek zag waar ik zo’n 15 auto’s van me kon afschudden (oke ik rijd niet altijd zo hard, maar ik ben ook op vakantie he). Dus met ware doodsverachting razen we op het plekje af, gaan vol in de remmen (het stof waait op) en………….. dan zie ik dat twee meter verder zo’n geasfalteerde uitwijkstrook begint. Oke we moeten nog wel wat leren. Maar die auto’s ben ik in ieder geval kwijt aan mijn staart. Overigens heb je na twee minuten al weer een nieuwe staart. Waar die af en toe zo snel vandaan komen?
Als we Solvang (dat was dat Deense plaatsje, waar ik het een tijdje geleden over had), uitrijden komen we al snel bij de ranch van Monty Roberts. Maar de hekken zijn dicht, dus bezoekers worden kennelijk niet meer verwacht. Jammer. Ik had dat wel eens willen bekijken. Want er liggen daar een aantal best grote ranches, met van die mooie witte hekken langs de weiden en de toegangsritten. Zoals je af en toe in die films of series ziet.
Pismo Beach
Dus zetten we met de snelste route koers naar Pismo Beach, onze eindbestemming van vandaag. Dan zijn we netjes op tijd op de campground en kunnen we ook nog even tot rust komen.
Want ook al maken we in feite maar zelden echt lange rijdagen. We beginnen het inmiddels allebei toch wel te voelen. Met name bij het uitstappen na een tijdje rijden. Dan zijn we allebei toch een beetje stijfjes. Zou dat met de leeftijd te maken hebben? Bij mij waarschijnlijk wel. Maar Marja, die is nog zo jong. Of zijn het gewoon de weken die al achter ons liggen. Goh wat gaat dat uiteindelijk toch weer snel. En we moeten nu al ernstig ons best doen om te bedenken wat we die eerste week ook al weer gedaan hebben.
De snelste route naar Pismo Beach leidt ons weer via highway en freeway naar onze plaats van bestemming. Overigens is het rijden over die wegen, even los van al het gehobbel en gebobbel, meestal geen probleem. Dat systeem dat die Amerikanen hebben bedacht met het “keep your lane” is zo gek nog niet. Het geeft op zijn minst een rustiger beeld van het verkeer, waarbij al die auto’s allemaal netjes gewoon in hun baan blijven. Je ziet maar zelden dat een auto van baan verwisselt. En meestal ben ik dat ook zelf nog. Dat zit er nu eenmaal ingebakken dat je weer naar de meest rechtse baan moet als je bijvoorbeeld iemand gepasseerd hebt. Nou overkomt mij dat niet zo vaak (ik rijd immers niet zo hard, zoals ik net schreef), dus meestal zit ik al in die meest rechtse baan.
Wat weer niet altijd even handig is, omdat ze daar (en soms op het laatste nippertje) de afrit van de freeway van maken. Dan staat er ineens op één van die borden, dat het “exit only” is. En dan moet je toch weer naar links. Soms als je net had besloten weer naar rechts te gaan.
Bijna in een state park
Zo belanden we na Solvang nog bijna in een State Park. Ik denk nl. dat er een bordje staat voor een turn-out (weer een staart van 500m), maar dan blijkt dat het een afrit is. En dan ook nog zo een waarop staat: Right lane must turn right. Nou oké dan, dan maar even naar rechts en draaien en gelijk de weg weer op. Kost ongeveer anderhalve minuut.
Bij de camping aangekomen besluiten we nog even het strand op te gaan. Onze RV staat op nog geen 20 meter van een strandovergang (lijkt Nederland wel). We lopen nog even naar de zee om te kijken of een duik in de Pacific er nog inzit (voor de foto!). Maar als we het water over onze voeten laten stromen is al snel duidelijk dat we dat wel kunnen vergeten. Dat is nog kouder dan het water in Lake Powell. En dat was al koud genoeg van zichzelf.
Pelikanen
Dus vandaag geen foto’s van zwemmende Marja’s of Ko’s.
Wel veel van Pelikanen. Das nl. een tick van mij met die vogels. Ik vind het schitterend als die beesten op misschien niet meer dan 10 cm over het water scheren. En ik wist dat ze dat soms met een heel stel tegelijk doen. En daar heb ik zo tegen de avond geprobeerd een leuke foto van te maken. Dat zien jullie terug in de foto’s. En dat terwijl we er ook nog aardig wat hebben “weggegooid”.
Tot slot hebben we nog wat mooie (soms zelfs schitterende) foto’s gemaakt van de zonsondergang (al zeggen we het zelf) en zijn daarna teruggegaan naar de camper. We moeten tenslotte ook nog wat eten en nog een stukje werken.
Terug naar boven
Dag 28: Dinsdag 27 Oktober 2009
Van: Pismo Beach, CA, United StatesNaar: Santa Cruz, CA, United States
Als ik vanavond eventjes in het kampvuur zit te staren, Marja is al in de camper met de foto’s bezig, komt er een licht gevoel van melancholie over me heen. Ik bedenk me dat de maand al bijna weer om is. Dat we al bijna weer naar huis ‘moeten’. Wat vliegt die tijd voorbij. En wat hebben we allemaal gezien en meegemaakt.
Highway 1
Maar eerst nog even vandaag. Highway 1 – Stage three.
Vanochtend schijnt in Pismo-beach het zonnetje nog wel. Maar het is niet van harte. Een beetje een waterig zonnetje. En af en toe zie je windvlagen over de lege plekken blazen. Zand en bladeren voor zich uit jagend. Maar, denken we, misschien valt het wel mee en is het in Monterey (ons einddoel vandaag) wel windstil en schijnt de zon daar volop.
Op weg. Het eerste stuk, naar Morro-Beach, gaat over de freeway. Het kan niet anders omdat er geen andere weg ligt. En toegegeven moet worden: California has rythm. Vooral de wegen daar, met al die lassen en hobbels dwars over de weg. Je krijgt bijna de neiging je tempo zo aan te passen dat de het ritme van de weg samenvalt met de muziek op je radio (of I=pod). Moet je alleen geen langzame nummers afspelen, want dat geeft dan files.
Zee otters
Marja heeft gelezen dat er in (of bij) Morro-Rock zee-otters te vinden zijn. En die wil ze graag zien. Alleen waar moet je dan van die Freeway af? Bij Morro-Blvd? Dat is waarschijnlijk gewoon een straat die zo heet en midden in de stad ligt en niet langs het strand, zoals het hoort met een boulevard. Dan maar op de gok eraf bij Morro Main Street. Daar zien we al snel bordjes Waterfront staan. Dat lijkt ons de goede weg. En dan komen we via een heel steil straatje bij de haven en de rots met de naam Morro-Rock. Apart zoals die rots daar ligt. Eerst lopen we een stukje, maar dan bedenken we dat we beter met de camper naar die rots kunnen rijden. Dus weer terug naar de parkeerplaats waar we die hebben achtergelaten.
Bij de rots stappen we weer uit en voelen dan gelijk dat de wind die vanochtend al over de campground in Pismo-beach blies in kracht is toegenomen. Het stormt nog net niet.
We lopen een eindje om de rots heen, maar zien alleen maar zeemeeuwen. Het lijkt net of er voor een paar van die meeuwen iets op het water drijft. Ik kijk nog eens goed en zeg tegen Marja: volgens mij heb je daar één van je zeeotters. Vlug de camera gepakt en geprobeerd een paar foto’s te maken. Maar het diertje zwemt veel te ver weg. Dus dat zullen wel geen mooie plaatjes worden. Na een tijdje lopen we weer terug en denken dan dat we wel geen otter meer te zien zullen krijgen. Maar ineens slaakt Marja een kreet: daar is er weer een. En deze zit veel dichter bij onze kant. Snel maar weer de camera gepakt en foto’s gemaakt. En gelukkig hebben we deze keer ook aan onze camcorder gedacht en maakt Marja ook nog een filmpje van het beestje. Geweldig om dit soort dieren in hun eigen leefomgeving te kunnen zien in plaats van in die benauwde hokken in dierentuinen.
Nagenietend snellen we terug naar onze camper. Het begint toch wel een koude en harde wind te worden.
Elephant seal
De volgende bestemming wordt Cambria (we moeten het wel zo doen, anders stuurt de Tom-Tom ons via de 101 en niet via Hway 1.).
Nu komen we voor het eerst op een stuk van Hway 1 waar we deze route voor willen afleggen. De mooie stukken. Nadat we in Cambria getankt hebben (60 dollarcent duurder: had ik nou toch maar vanochtend in Pismo-beach getankt. Ach wat we zijn met vakantie, niet zeuren maar gewoon volgooien) komen we langs de Elephant-seal beach. Ook daar moet natuurlijk even gestopt worden. Geweldig zoals deze beesten lijken te genieten van hun middagdutje op het strand. Met z’n allen lekker languit in het zand. Even over je buik krabben, een beetje zand over jezelf en de anderen heen gooien en laat die paar rot-jongens verderop maar ruzie maken. Ook daar foto’s en filmpjes van gemaakt (die filmpjes gaat Marja thuis via U-tube of zoiets op het internet zetten).
Bochten en winden
En dan begint Highway 1 pas echt. Er moet weer geklommen worden. En gedaald en gedraaid en weer geklommen. Het lijkt wel een Roller-coaster (zo noemen ze die achtbanen toch tegenwoordig?). Maar het lijkt ook wel of Highway 1 en de wind hebben samengespannen. Het is inmiddels echt hard gaan waaien of misschien moet ik maar gewoon zeggen: stormen. Bij sommige bochten lijkt het wel of de wind er alles aan doet om ons tegen te houden. Soms voelen we ook dat de RV echt inhoudt als de wind recht op de kop staat. En Highway 1 is voor iemand zoals ik (ben niet echt een fan van hoogtes) toch al een inspannende rit. Die wind maakt het nog eens extra (in)spannend.
Met fluwelen voet trap ik het gaspedaal dan ook in, bang dat ik anders ineens door teveel gas vooruit zal schieten en te snel een bocht doorga. Af en toe blaast de wind ons zomaar één of anderhalve meter opzij. Ik heb vandaag meer spierpijn in mijn armen van het voortdurend corrigerend moeten sturen, dan na onze kanotocht op Lake Powell.
Ondanks alles is Highway 1 een schitterend mooie weg. Alhoewel ik wel blij ben dat we vanwege de Tioga-pas het rondje met de klok mee hebben gemaakt (al had dat uiteindelijk geen nut omdat we die pas toch niet hebben kunnen doen). Want nu rijd ik in ieder geval nog aan de goede kant van de weg (het verst van die randen af), zeker nu het zo hard waait.
Nephente
Als Marja af en toe een sigaretje wil roken (uiteraard buiten de camper), dan worden het steeds kortere stops. Ze wordt dan nl. bijna gezandstraald door het zand dat door de harde wind wordt opgeblazen.
Onderweg willen we ook nog een stop maken bij Nephente. Een beroemde plaats met volgens zeggen een terras met een schitterend uitzicht over de oceaan. Het is er erg druk. En als we via een steile trap eindelijk boven zijn beland en een tafeltje op dat terras denken te kunnen bemachtigen wordt ons verteld dat we daar alleen kunnen zitten als we een lunch gebruiken. Nou niet dan, we kwamen hier voor een bakkie leut en niet voor een lunch. Laat dan maar. Dus onverrichter zake weer terug naar de camper en verder maar weer. Tegen de wind en Highway 1. Marja zegt nog: je hebt aardig leren vloeken tijdens deze vakantie (en eigenlijk alleen tijdens deze rit). Want elke keer als de camper wordt gegrepen door weer zo’n geweldige windvlaag en ik weer aan het stuur moet hangen om de camper terug te krijgen op zijn eigen weghelft wil ik wel even gvd-en. Wat wil je als je op een weg rijdt misschien wel 900 feet boven de oceaan en de wind probeert je van die weg af te blazen, richting die oceaan.
Monterey
Na veel geklim, gedaal, gedraai en gewaai komen we dan in de buurt van Monterey. En daar wordt het een stukje lager en vlakker (pfffffff). Op weg naar de camping, die Marja al had uitgezocht op de ligging ten opzichte van de plek waar de Whale-watchboten vertrekken. De weg daar naar toe beginnen we al een bang vermoeden te krijgen. Dat ziet er niet al te uitnodigend uit. Er prijken in de verte een paar hoge schoorstenen (waarschijnlijk een energiecentrale) in het veld en het lijkt wel of we die kant uitgaan. En ja hoor. Als we in de buurt van de campground komen zijn die schoorstenen ook een stuk dichterbij gekomen. Verder ligt de camping ergens in de middle of nowhere. Okay wel vlakbij de havens waar we moeten zijn voor het whale-watchen. Maar als je niet op zoek bent naar die grote vissen (sorry zoogdieren) dan wil je toch ook nog wel wat gezelligs om je heen hebben. En dat lijkt hier niet te gaan lukken.
We slaan de hoek om en rijden de campground op. Zoals gebruikelijk moeten we stoppen om ons te laten registreren. Anders dan anders springen we niet gelijk de camper uit (oke stappen, zo jong zijn we ook weer niet). We kijken elkaar eens aan en besluiten dan een andere camping te gaan zoeken. Dit wordt niks. Met gierende banden …. Nee hoor we houden het netjes en maken een rustig rondje over de camping en verlaten dan de campground om een andere camping op te zoeken.
Humming birds
Marja heeft er al snel één gevonden. Ook een KOA (die eerste was dat ook). Dus TOM-TOM ingesteld en vlug naar die camping gesneld. En het verschil is levensgroot. De weg er naar toe is al veel uitnodigender (bijvoorbeeld veel bos onderweg) en als we bij de camping zijn aangekomen, blijkt het een schitterend aangelegde camping te zijn (dat is dan ook wel in de prijs te merken: het is de duurste tot nu toe). En gelukkig zijn er nog plekken genoeg.
En wat nou het mooiste is: als Marja naar de laundry loopt komt ze op een gegeven moment glunderend teruglopen. Ze heeft namelijk humming-birds gezien. Niet één maar wel een stuk of vijf of zes (misschien nog wel meer). Ze vertelt dat eentje zelfs een soort van voor haar bleef hangen voordat ie met ritselende vleugeltjes vlak langs haar wegvloog. Ik natuurlijk gelijk mee en ja hoor een heleboel kolibries die af en aan vliegen bij een paar bloemenstruiken. Geweldig gewoonweg. Ze zijn helemaal niet schuw en we kunnen ze met de camera tot op een paar meter benaderen. En ze schieten soms met flinke snelheden op nog geen meter langs ons heen. Het is er een komen en gaan van die beestjes. Grandioos. En dan de kleuren op die koppetjes. Onze dag kan niet meer stuk. En dat hebben we toch ook een beetje aan die eerste camping te danken. Als die er niet zo on-uitnodigend uit had gezien hadden we nu niet hier gestaan
Toen het te donker werd om nog foto’s te maken van de kolibries zijn we maar weer naar de camper gegaan. We hebben wat gegeten (uit blik deze keer) en toen heb ik het kampvuur aangestoken. Daar hebben we ons even lekker aan gewarmd al mijmerend over alles wat we de afgelopen weken hebben gezien.
De circel is rond
En zo is het cirkeltje weer rond.
Oh ja, dat zou ik bijna nog vergeten: de weersvoorspelling voor morgen is dat het opnieuw hard zal gaan waaien en dat het (erruugg) koud gaat worden. Dus van whale-watchen gaat het deze keer niet komen. Jammer. Dus hebben we besloten morgen al naar San Francisco door te rijden en daar een nacht extra op de camping door te brengen. Geeft ons nog weer een dagje extra SF en dat is toch ook wel leuk.
Ook daarvan zal jullie weer in beeld en woord verslag worden gedaan.
Highway 1
Maar eerst nog even vandaag. Highway 1 – Stage three.
Vanochtend schijnt in Pismo-beach het zonnetje nog wel. Maar het is niet van harte. Een beetje een waterig zonnetje. En af en toe zie je windvlagen over de lege plekken blazen. Zand en bladeren voor zich uit jagend. Maar, denken we, misschien valt het wel mee en is het in Monterey (ons einddoel vandaag) wel windstil en schijnt de zon daar volop.
Op weg. Het eerste stuk, naar Morro-Beach, gaat over de freeway. Het kan niet anders omdat er geen andere weg ligt. En toegegeven moet worden: California has rythm. Vooral de wegen daar, met al die lassen en hobbels dwars over de weg. Je krijgt bijna de neiging je tempo zo aan te passen dat de het ritme van de weg samenvalt met de muziek op je radio (of I=pod). Moet je alleen geen langzame nummers afspelen, want dat geeft dan files.
Zee otters
Marja heeft gelezen dat er in (of bij) Morro-Rock zee-otters te vinden zijn. En die wil ze graag zien. Alleen waar moet je dan van die Freeway af? Bij Morro-Blvd? Dat is waarschijnlijk gewoon een straat die zo heet en midden in de stad ligt en niet langs het strand, zoals het hoort met een boulevard. Dan maar op de gok eraf bij Morro Main Street. Daar zien we al snel bordjes Waterfront staan. Dat lijkt ons de goede weg. En dan komen we via een heel steil straatje bij de haven en de rots met de naam Morro-Rock. Apart zoals die rots daar ligt. Eerst lopen we een stukje, maar dan bedenken we dat we beter met de camper naar die rots kunnen rijden. Dus weer terug naar de parkeerplaats waar we die hebben achtergelaten.
Bij de rots stappen we weer uit en voelen dan gelijk dat de wind die vanochtend al over de campground in Pismo-beach blies in kracht is toegenomen. Het stormt nog net niet.
We lopen een eindje om de rots heen, maar zien alleen maar zeemeeuwen. Het lijkt net of er voor een paar van die meeuwen iets op het water drijft. Ik kijk nog eens goed en zeg tegen Marja: volgens mij heb je daar één van je zeeotters. Vlug de camera gepakt en geprobeerd een paar foto’s te maken. Maar het diertje zwemt veel te ver weg. Dus dat zullen wel geen mooie plaatjes worden. Na een tijdje lopen we weer terug en denken dan dat we wel geen otter meer te zien zullen krijgen. Maar ineens slaakt Marja een kreet: daar is er weer een. En deze zit veel dichter bij onze kant. Snel maar weer de camera gepakt en foto’s gemaakt. En gelukkig hebben we deze keer ook aan onze camcorder gedacht en maakt Marja ook nog een filmpje van het beestje. Geweldig om dit soort dieren in hun eigen leefomgeving te kunnen zien in plaats van in die benauwde hokken in dierentuinen.
Nagenietend snellen we terug naar onze camper. Het begint toch wel een koude en harde wind te worden.
Elephant seal
De volgende bestemming wordt Cambria (we moeten het wel zo doen, anders stuurt de Tom-Tom ons via de 101 en niet via Hway 1.).
Nu komen we voor het eerst op een stuk van Hway 1 waar we deze route voor willen afleggen. De mooie stukken. Nadat we in Cambria getankt hebben (60 dollarcent duurder: had ik nou toch maar vanochtend in Pismo-beach getankt. Ach wat we zijn met vakantie, niet zeuren maar gewoon volgooien) komen we langs de Elephant-seal beach. Ook daar moet natuurlijk even gestopt worden. Geweldig zoals deze beesten lijken te genieten van hun middagdutje op het strand. Met z’n allen lekker languit in het zand. Even over je buik krabben, een beetje zand over jezelf en de anderen heen gooien en laat die paar rot-jongens verderop maar ruzie maken. Ook daar foto’s en filmpjes van gemaakt (die filmpjes gaat Marja thuis via U-tube of zoiets op het internet zetten).
Bochten en winden
En dan begint Highway 1 pas echt. Er moet weer geklommen worden. En gedaald en gedraaid en weer geklommen. Het lijkt wel een Roller-coaster (zo noemen ze die achtbanen toch tegenwoordig?). Maar het lijkt ook wel of Highway 1 en de wind hebben samengespannen. Het is inmiddels echt hard gaan waaien of misschien moet ik maar gewoon zeggen: stormen. Bij sommige bochten lijkt het wel of de wind er alles aan doet om ons tegen te houden. Soms voelen we ook dat de RV echt inhoudt als de wind recht op de kop staat. En Highway 1 is voor iemand zoals ik (ben niet echt een fan van hoogtes) toch al een inspannende rit. Die wind maakt het nog eens extra (in)spannend.
Met fluwelen voet trap ik het gaspedaal dan ook in, bang dat ik anders ineens door teveel gas vooruit zal schieten en te snel een bocht doorga. Af en toe blaast de wind ons zomaar één of anderhalve meter opzij. Ik heb vandaag meer spierpijn in mijn armen van het voortdurend corrigerend moeten sturen, dan na onze kanotocht op Lake Powell.
Ondanks alles is Highway 1 een schitterend mooie weg. Alhoewel ik wel blij ben dat we vanwege de Tioga-pas het rondje met de klok mee hebben gemaakt (al had dat uiteindelijk geen nut omdat we die pas toch niet hebben kunnen doen). Want nu rijd ik in ieder geval nog aan de goede kant van de weg (het verst van die randen af), zeker nu het zo hard waait.
Nephente
Als Marja af en toe een sigaretje wil roken (uiteraard buiten de camper), dan worden het steeds kortere stops. Ze wordt dan nl. bijna gezandstraald door het zand dat door de harde wind wordt opgeblazen.
Onderweg willen we ook nog een stop maken bij Nephente. Een beroemde plaats met volgens zeggen een terras met een schitterend uitzicht over de oceaan. Het is er erg druk. En als we via een steile trap eindelijk boven zijn beland en een tafeltje op dat terras denken te kunnen bemachtigen wordt ons verteld dat we daar alleen kunnen zitten als we een lunch gebruiken. Nou niet dan, we kwamen hier voor een bakkie leut en niet voor een lunch. Laat dan maar. Dus onverrichter zake weer terug naar de camper en verder maar weer. Tegen de wind en Highway 1. Marja zegt nog: je hebt aardig leren vloeken tijdens deze vakantie (en eigenlijk alleen tijdens deze rit). Want elke keer als de camper wordt gegrepen door weer zo’n geweldige windvlaag en ik weer aan het stuur moet hangen om de camper terug te krijgen op zijn eigen weghelft wil ik wel even gvd-en. Wat wil je als je op een weg rijdt misschien wel 900 feet boven de oceaan en de wind probeert je van die weg af te blazen, richting die oceaan.
Monterey
Na veel geklim, gedaal, gedraai en gewaai komen we dan in de buurt van Monterey. En daar wordt het een stukje lager en vlakker (pfffffff). Op weg naar de camping, die Marja al had uitgezocht op de ligging ten opzichte van de plek waar de Whale-watchboten vertrekken. De weg daar naar toe beginnen we al een bang vermoeden te krijgen. Dat ziet er niet al te uitnodigend uit. Er prijken in de verte een paar hoge schoorstenen (waarschijnlijk een energiecentrale) in het veld en het lijkt wel of we die kant uitgaan. En ja hoor. Als we in de buurt van de campground komen zijn die schoorstenen ook een stuk dichterbij gekomen. Verder ligt de camping ergens in de middle of nowhere. Okay wel vlakbij de havens waar we moeten zijn voor het whale-watchen. Maar als je niet op zoek bent naar die grote vissen (sorry zoogdieren) dan wil je toch ook nog wel wat gezelligs om je heen hebben. En dat lijkt hier niet te gaan lukken.
We slaan de hoek om en rijden de campground op. Zoals gebruikelijk moeten we stoppen om ons te laten registreren. Anders dan anders springen we niet gelijk de camper uit (oke stappen, zo jong zijn we ook weer niet). We kijken elkaar eens aan en besluiten dan een andere camping te gaan zoeken. Dit wordt niks. Met gierende banden …. Nee hoor we houden het netjes en maken een rustig rondje over de camping en verlaten dan de campground om een andere camping op te zoeken.
Humming birds
Marja heeft er al snel één gevonden. Ook een KOA (die eerste was dat ook). Dus TOM-TOM ingesteld en vlug naar die camping gesneld. En het verschil is levensgroot. De weg er naar toe is al veel uitnodigender (bijvoorbeeld veel bos onderweg) en als we bij de camping zijn aangekomen, blijkt het een schitterend aangelegde camping te zijn (dat is dan ook wel in de prijs te merken: het is de duurste tot nu toe). En gelukkig zijn er nog plekken genoeg.
En wat nou het mooiste is: als Marja naar de laundry loopt komt ze op een gegeven moment glunderend teruglopen. Ze heeft namelijk humming-birds gezien. Niet één maar wel een stuk of vijf of zes (misschien nog wel meer). Ze vertelt dat eentje zelfs een soort van voor haar bleef hangen voordat ie met ritselende vleugeltjes vlak langs haar wegvloog. Ik natuurlijk gelijk mee en ja hoor een heleboel kolibries die af en aan vliegen bij een paar bloemenstruiken. Geweldig gewoonweg. Ze zijn helemaal niet schuw en we kunnen ze met de camera tot op een paar meter benaderen. En ze schieten soms met flinke snelheden op nog geen meter langs ons heen. Het is er een komen en gaan van die beestjes. Grandioos. En dan de kleuren op die koppetjes. Onze dag kan niet meer stuk. En dat hebben we toch ook een beetje aan die eerste camping te danken. Als die er niet zo on-uitnodigend uit had gezien hadden we nu niet hier gestaan
Toen het te donker werd om nog foto’s te maken van de kolibries zijn we maar weer naar de camper gegaan. We hebben wat gegeten (uit blik deze keer) en toen heb ik het kampvuur aangestoken. Daar hebben we ons even lekker aan gewarmd al mijmerend over alles wat we de afgelopen weken hebben gezien.
De circel is rond
En zo is het cirkeltje weer rond.
Oh ja, dat zou ik bijna nog vergeten: de weersvoorspelling voor morgen is dat het opnieuw hard zal gaan waaien en dat het (erruugg) koud gaat worden. Dus van whale-watchen gaat het deze keer niet komen. Jammer. Dus hebben we besloten morgen al naar San Francisco door te rijden en daar een nacht extra op de camping door te brengen. Geeft ons nog weer een dagje extra SF en dat is toch ook wel leuk.
Ook daarvan zal jullie weer in beeld en woord verslag worden gedaan.
Terug naar boven
Dag 29: Woensdag 28 Oktober 2009
Van: Santa Cruz, CA, United StatesNaar: San Francisco, CA, United States
San Francisco-day. Een dag van een klein beetje herkenning. Tenslotte hebben we hier aan het begin van onze trip (en dat is al heel lang geleden) ook al een dag rondgelopen.
Vanaf de campground stukje lopen naar het metro-station waarmee we naar Powell-street rijden. Daar kost het ons moeite ons te oriënteren, zelfs met een kaartje. Plotseling ontdekken we dat we bijna pal bij ons hotel voor de laatste twee dagen zijn uitgekomen. Dus lopen we even naar binnen om te vragen hoe vroeg we in onze kamer kunnen morgen en zo niet, of ze dan onze bagage even kunnen opslaan. Geen probleem zegt de dame achter de balie, die ik eerst nog even verkeerd begrijp (misschien word ik toch al wel een beetje doof, of lag het aan haar accent?).
3-daagse pas
Bij het visitor-center van de Muni hebben we een driedaagse pas gekocht. Daar kun je in alle metro’s, bussen, trams en zelfs de cable-car. 18 dollar kosten die passen en das echt geen geld. Als goede toeristen gaan we in de rij staan om in de cable-car te kunnen komen.
We komen terecht in de car die langs Lombard-street rijdt en die moet je toch ook gezien hebben als je in San Francisco bent geweest. Zoals we wel vaker meegemaakt hebben is er ook net één of twee busladingen mensen uitgelaten. Dus het duurt even voordat we aan onze foto’s toekomen.
Fishermans Warf
Fishermans Warf is onze volgende stop. Dat is niet zo ver lopen van Lombard street. Op een kruispunt staat een forse motoragent het verkeer te regelen. We vragen ons af wat er aan de hand is. Dan scheurt er een andere agent op motor over het kruispunt. Nog steeds geen idee wat er gaande is. Tot er een soort sleep aan komt rijden, waarbij een brandweerwagen wordt gesleept. Als die voorbijrijdt zien we dat daar mensen in zitten. Vreemd denken we nog, mensen in een brandweerwagen die gesleept wordt. Maar dan zien we de wagen die sleept pas goed en dan blijkt dat er filmopnamen worden gemaakt. Nu zijn we natuurlijk benieuwd voor welke film dit is. Die gaan we dan zeker zien (misschien staan we er zelfs op). En dit is al de derde keer dat we dit zien gebeuren. In Valley of fire waren ze met filmopnamen bezig en ook in Sea-world werd er volop met camera-apparatuur gesleept.
Na dit enerverende intermezzo lopen we verder naar de pieren. Onderweg kopen we nog wat souvenirs en nog een stuk of wat magneetjes (die deur kan straks niet meer open van het gewicht aan magneetjes dat daar aan hangt).
Daar gaan we ook lunchen. Marja wil graag de clam-chowder uitproberen. Ik hou me veiligheidshalve aan een zalm-burgertje.
Zeeleeuwen
We gaan uiteraard ook nog even bij de zeeleeuwen kijken en verbazen ons er weer over dat die beesten allemaal op het zelfde plankier willen liggen. Daarbij lopen (? Noem je dat zo) ze gewoon over die andere zeeleeuwen heen die al op zo’n plankier liggen. En dat terwijl op andere vlotten er nog voldoende plekken vrij zijn. Maar zelfs daar zie je soms een paar zeeleeuwen vechten. Waarschijnlijk om te bepalen wie de baas is op dat vlot.
Daarna nemen we de Cable-car weer terug naar het centrum. Deze keer zitten we op de bankjes waarop je een soort van aan de buitenkant zit. En koud dat dat was. De wind blaast daar namelijk dwars door heen. Ik heb zelfs op een gegeven moment mijn vest maar aangetrokken. En Marja besluit ter plekke dat ze een lange broek wil kopen. Die heeft ’s-ochtends optimistisch een korte broek aangetrokken. Wat op zich niet zo gek is want het is best wel lekker weer. Maar uit de zon en in de wind, dan wordt het toch wel wat frisjes.
Dus even bij Macy’s langs. Daar vindt ze een leuke levi’s spijkerbroek.
Trouwens een vreemde zaak dat Macy’s. Je vindt er afdelingen met dure kleren, maar ook afdelingen met normale prijzen.
Naar de camping
Omdat we de camper nog moeten opruimen en de koffers alvast moeten inpakken pakken we daarna weer de metro terug naar de camping. Tenminste de straat waaraan de camping ligt.
Een toch wat bijzondere rit. We stappen bij Powell-street weer op en dan vormen de passagiers een zeer gemêleerd gezelschap van allerlei rassen door elkaar. Het lijkt alleen of bij elke halte er blanken uitstappen en er alleen maar donker gekleurde mensen instappen. En als je op het laatst nog de enige twee blanken in zo’n metro bent, die duidelijk ook nog eens toeristen zijn dan geeft dat toch een wat benauwend gevoel. En het zijn ongetwijfeld allemaal gewone nette mensen.
Bij de camper teruggekomen beginnen we al snel met het beetje treurige inpakken van de koffers. Morgenochtend vroeg moeten we de camper nog even soppen en dan kan ie terug naar Road Bear. En dan hebben we nog bijna twee dagen en nachten in dat luxe hotel in San Francisco. Als het morgen mooi weer is willen we nog een keertje gaan fietsen. Toch een leuke manier om de omgeving een beetje te bekijken.
En wie weet hebben we dan nog een leuk eindverslagje voor jullie klaarliggen.
Vanaf de campground stukje lopen naar het metro-station waarmee we naar Powell-street rijden. Daar kost het ons moeite ons te oriënteren, zelfs met een kaartje. Plotseling ontdekken we dat we bijna pal bij ons hotel voor de laatste twee dagen zijn uitgekomen. Dus lopen we even naar binnen om te vragen hoe vroeg we in onze kamer kunnen morgen en zo niet, of ze dan onze bagage even kunnen opslaan. Geen probleem zegt de dame achter de balie, die ik eerst nog even verkeerd begrijp (misschien word ik toch al wel een beetje doof, of lag het aan haar accent?).
3-daagse pas
Bij het visitor-center van de Muni hebben we een driedaagse pas gekocht. Daar kun je in alle metro’s, bussen, trams en zelfs de cable-car. 18 dollar kosten die passen en das echt geen geld. Als goede toeristen gaan we in de rij staan om in de cable-car te kunnen komen.
We komen terecht in de car die langs Lombard-street rijdt en die moet je toch ook gezien hebben als je in San Francisco bent geweest. Zoals we wel vaker meegemaakt hebben is er ook net één of twee busladingen mensen uitgelaten. Dus het duurt even voordat we aan onze foto’s toekomen.
Fishermans Warf
Fishermans Warf is onze volgende stop. Dat is niet zo ver lopen van Lombard street. Op een kruispunt staat een forse motoragent het verkeer te regelen. We vragen ons af wat er aan de hand is. Dan scheurt er een andere agent op motor over het kruispunt. Nog steeds geen idee wat er gaande is. Tot er een soort sleep aan komt rijden, waarbij een brandweerwagen wordt gesleept. Als die voorbijrijdt zien we dat daar mensen in zitten. Vreemd denken we nog, mensen in een brandweerwagen die gesleept wordt. Maar dan zien we de wagen die sleept pas goed en dan blijkt dat er filmopnamen worden gemaakt. Nu zijn we natuurlijk benieuwd voor welke film dit is. Die gaan we dan zeker zien (misschien staan we er zelfs op). En dit is al de derde keer dat we dit zien gebeuren. In Valley of fire waren ze met filmopnamen bezig en ook in Sea-world werd er volop met camera-apparatuur gesleept.
Na dit enerverende intermezzo lopen we verder naar de pieren. Onderweg kopen we nog wat souvenirs en nog een stuk of wat magneetjes (die deur kan straks niet meer open van het gewicht aan magneetjes dat daar aan hangt).
Daar gaan we ook lunchen. Marja wil graag de clam-chowder uitproberen. Ik hou me veiligheidshalve aan een zalm-burgertje.
Zeeleeuwen
We gaan uiteraard ook nog even bij de zeeleeuwen kijken en verbazen ons er weer over dat die beesten allemaal op het zelfde plankier willen liggen. Daarbij lopen (? Noem je dat zo) ze gewoon over die andere zeeleeuwen heen die al op zo’n plankier liggen. En dat terwijl op andere vlotten er nog voldoende plekken vrij zijn. Maar zelfs daar zie je soms een paar zeeleeuwen vechten. Waarschijnlijk om te bepalen wie de baas is op dat vlot.
Daarna nemen we de Cable-car weer terug naar het centrum. Deze keer zitten we op de bankjes waarop je een soort van aan de buitenkant zit. En koud dat dat was. De wind blaast daar namelijk dwars door heen. Ik heb zelfs op een gegeven moment mijn vest maar aangetrokken. En Marja besluit ter plekke dat ze een lange broek wil kopen. Die heeft ’s-ochtends optimistisch een korte broek aangetrokken. Wat op zich niet zo gek is want het is best wel lekker weer. Maar uit de zon en in de wind, dan wordt het toch wel wat frisjes.
Dus even bij Macy’s langs. Daar vindt ze een leuke levi’s spijkerbroek.
Trouwens een vreemde zaak dat Macy’s. Je vindt er afdelingen met dure kleren, maar ook afdelingen met normale prijzen.
Naar de camping
Omdat we de camper nog moeten opruimen en de koffers alvast moeten inpakken pakken we daarna weer de metro terug naar de camping. Tenminste de straat waaraan de camping ligt.
Een toch wat bijzondere rit. We stappen bij Powell-street weer op en dan vormen de passagiers een zeer gemêleerd gezelschap van allerlei rassen door elkaar. Het lijkt alleen of bij elke halte er blanken uitstappen en er alleen maar donker gekleurde mensen instappen. En als je op het laatst nog de enige twee blanken in zo’n metro bent, die duidelijk ook nog eens toeristen zijn dan geeft dat toch een wat benauwend gevoel. En het zijn ongetwijfeld allemaal gewone nette mensen.
Bij de camper teruggekomen beginnen we al snel met het beetje treurige inpakken van de koffers. Morgenochtend vroeg moeten we de camper nog even soppen en dan kan ie terug naar Road Bear. En dan hebben we nog bijna twee dagen en nachten in dat luxe hotel in San Francisco. Als het morgen mooi weer is willen we nog een keertje gaan fietsen. Toch een leuke manier om de omgeving een beetje te bekijken.
En wie weet hebben we dan nog een leuk eindverslagje voor jullie klaarliggen.
Terug naar boven
Dag 30: Donderdag 29 Oktober 2009
Van: San Francisco, CA, United StatesNaar: San Francisco, CA, United States
Met een licht gevoel van weemoed rijden we vanochtend om kwart over acht richting Road Bear om de camper af te leveren. Als het aan de campground-manager had gelegen was dat later geworden, want die zou er pas om half negen zijn. En dat op een campground, waar mensen nog wel eens vroeg willen vertrekken. Nou ja heeft er weer iemand $ 5,-- verdient door onze sleutel van de restroom in te leveren. We hebben geen zin om tot half negen te wachten.
Terug naar Roadbear
Het is toch nog wel een eindje rijden. Door de reparatiewerkzaamheden aan de Bay-Bridge (je zal daar maar rijden als er zo’n stuk van een brug loskomt), is het op onze route ook wat drukker. En we moeten ook nog even alles aanvullen: benzine, gas.
Bij Road-Bear aangekomen staat er vrijwel direct iemand klaar om te kijken of we geen al te gekke dingen met de camper gedaan hebben. Dat valt allemaal erg mee. Geen extra kosten. Gelukkig dat we dat bruggetje van 8 feet nog net op tijd in de gaten hadden.
Left overs
Toen we bij Road Bear vertrokken stonden daar wat dingen die anderen achter gelaten hebben, die je mee zou kunnen nemen. Wij hebben ook nog wat dingetjes over. Een stuk of 20 blikjes frisdrank (beetje een miscalculation). Die zetten we bij de andere spullen. En voor we het in de gaten hebben heeft een mannetje met een grijze baard deze blikjes in beslag genomen. Aldi vraagt of hij nog meer dingen nodig heeft. Kennelijk een dakloze die af en toe wat van deze spullen mag meenemen bij Road Bear.
De kilometers heeft Marja ook erg goed ingeschat: 3461 gereden en 3500 miles ingekocht.
Na de check van de RV moeten we nog ruime tijd wachten tot de shuttle ons om 11 uur naar ons hotel kan brengen. En dan gaan we eerst nog even langs het vliegveld om een Duits echtpaar af te zetten, die driect terug vliegen. Bij het hotel aangekomen worstelen we met onze koffers om ze mee te krijgen. We lopen met vier koffers, een camera-tas en nog twee handbagage-tassen. Dat terwijl dat Duitse echtpaar dat ongeveer net zo lang hadden rondgereden als wij: die hadden twee koffers en één stuk handbagage. Hoe doen die mensen dat?
Het hotel
Met veel gezwoeg en gepuf krijgen we de koffers bij onze kamer op de 13e. Maar Marja heeft geen goed gevoel. Toen ze de kamer reserveerde hebben we namelijk een kamer met uitzicht geregeld, die volgens de site op de 20e tot de 26e zouden moeten liggen. Dus eerst maar even gecheckt of we inderdaad uitzicht hebben. Niet dus. Koffers weer naar buiten en ik naar beneden. Gelukkig wordt er geen enkel probleem van gemaakt en hebben we nu een kamer op de 25e met Bay-view. Dan moet je nog wel goed tussen een paar wolkenkrabbers door kijken om een stukje van de Bay te zien. Misschien maar goed ook nu met die olie-verontreiniging op de Bay.
Als we van onze kamer een puinhoop gemaakt hebben (wat wil je met al die koffers) gaan we nog even de stad in. En je raadt het al, we komen weer terug met een paar tasjes. Een vestje voor Marja en schoenen voor ons allebei. En wat voor schoenen: zgn. shape-up schoenen. De zool heeft een bijzondere vorm en is heel veerkrachtig. Dat zou helpen met het verbeteren van de bloedsomloop en je zou er zelfs in een paar weken een aantal kilo’s mee afvallen. Het is wel even wennen om op die dingen te lopen. Alsof je op kussens loopt. En omdat de zool ook nog eens rond loopt heb je af en toe het gevoel dat je achterover keilt
Uit eten
Na een korte rustpauze in het hotel gaan we terug naar het restaurant waar we woensdag een forse hotdog gegeten hebben. De steak van vanavond smaakt erg goed. Als we daarna weer door de stad lopen, worden we ineens geconfronteerd met hele hordes verklede fietsers. Heeft alles met Halloween te maken. Er zitten hele grappige kostuums bij. Maar de meest opvallende is wel de man met een Kerstmanmuts op en een paar schoenen met witte sokken. Verder noem ik niets omdat hij ook niets aan heeft: klopt hij zit naakt op de fiets. En het begint toch al wat later en daardoor wat kouder te worden. Een tijdje later zien we hem nog steeds met de hele groep rondrijden, nog steeds in zijn blootje.
In de tussentijd heb ik nog een spijkerbroek gekocht, een sms naar mijn zoon gestuurd voor de maat van zijn twee dochtertjes en om te vragen of die Amerikaanse spellen ook op de Nederlandse PS3 spelen (ben bang van niet, helaas: want ze hebben hier spellen die vrijwel nooit in Nederland uitgebracht worden, zoals honkbal).
Bij ons rondje door de stad komt er een jonge man op ons aflopen met zijn hand uitgestoken. Hij wil zeker wat geld hebben en hij vraagt erbij of wij hem kunnen helpen want hij probeert dronken te worden. Ik wens hem Good Luck. Later ziet Marja hem zitten met een bord waarop staat dat hij studie doet naar het dronken worden en dat hij daar geld voor nodig heeft. Een aardig afstudeerproject. Maar wij geloven hem niet zo.
Nog een starbucs
Weer terug in onze hotelkamer (ja we lopen wat af, maar met die nieuwe schoenen lijkt het allemaal wel wat soepeler te gaan) maken we de kamer een beetje aan kant (voor zover dat gaat) en Marja gaat even op internet en ik kijk even televisie.
Als Marja daarna een sigaretje wil roken loop ik even mee. Heb jij geld bij je vraagt ze als we beneden zijn. Nee. Nou ga halen dan kunnen we nog even een Starbuckje halen. Dus ik weer naar de 25e en weer terug naar beneden. Koffie gehaald en weer terug naar boven. Daar ligt Marja nu te slapen en ik het verslagje te tikken, met nog één hele dag voor ons. Wat we gaan doen weten we nog niet en hangt ook een beetje van het weer af. Maar dat zien we wel. We gaan eerst eens uitproberen hoe dat bed hier in dat hotel slaapt. Het voelt wel goed, dus misschien dat we wel een beetje uitslapen. Jullie lezen het allemaal in ons waarschijnlijk laatste verslagje voor deze reis.
Terug naar Roadbear
Het is toch nog wel een eindje rijden. Door de reparatiewerkzaamheden aan de Bay-Bridge (je zal daar maar rijden als er zo’n stuk van een brug loskomt), is het op onze route ook wat drukker. En we moeten ook nog even alles aanvullen: benzine, gas.
Bij Road-Bear aangekomen staat er vrijwel direct iemand klaar om te kijken of we geen al te gekke dingen met de camper gedaan hebben. Dat valt allemaal erg mee. Geen extra kosten. Gelukkig dat we dat bruggetje van 8 feet nog net op tijd in de gaten hadden.
Left overs
Toen we bij Road Bear vertrokken stonden daar wat dingen die anderen achter gelaten hebben, die je mee zou kunnen nemen. Wij hebben ook nog wat dingetjes over. Een stuk of 20 blikjes frisdrank (beetje een miscalculation). Die zetten we bij de andere spullen. En voor we het in de gaten hebben heeft een mannetje met een grijze baard deze blikjes in beslag genomen. Aldi vraagt of hij nog meer dingen nodig heeft. Kennelijk een dakloze die af en toe wat van deze spullen mag meenemen bij Road Bear.
De kilometers heeft Marja ook erg goed ingeschat: 3461 gereden en 3500 miles ingekocht.
Na de check van de RV moeten we nog ruime tijd wachten tot de shuttle ons om 11 uur naar ons hotel kan brengen. En dan gaan we eerst nog even langs het vliegveld om een Duits echtpaar af te zetten, die driect terug vliegen. Bij het hotel aangekomen worstelen we met onze koffers om ze mee te krijgen. We lopen met vier koffers, een camera-tas en nog twee handbagage-tassen. Dat terwijl dat Duitse echtpaar dat ongeveer net zo lang hadden rondgereden als wij: die hadden twee koffers en één stuk handbagage. Hoe doen die mensen dat?
Het hotel
Met veel gezwoeg en gepuf krijgen we de koffers bij onze kamer op de 13e. Maar Marja heeft geen goed gevoel. Toen ze de kamer reserveerde hebben we namelijk een kamer met uitzicht geregeld, die volgens de site op de 20e tot de 26e zouden moeten liggen. Dus eerst maar even gecheckt of we inderdaad uitzicht hebben. Niet dus. Koffers weer naar buiten en ik naar beneden. Gelukkig wordt er geen enkel probleem van gemaakt en hebben we nu een kamer op de 25e met Bay-view. Dan moet je nog wel goed tussen een paar wolkenkrabbers door kijken om een stukje van de Bay te zien. Misschien maar goed ook nu met die olie-verontreiniging op de Bay.
Als we van onze kamer een puinhoop gemaakt hebben (wat wil je met al die koffers) gaan we nog even de stad in. En je raadt het al, we komen weer terug met een paar tasjes. Een vestje voor Marja en schoenen voor ons allebei. En wat voor schoenen: zgn. shape-up schoenen. De zool heeft een bijzondere vorm en is heel veerkrachtig. Dat zou helpen met het verbeteren van de bloedsomloop en je zou er zelfs in een paar weken een aantal kilo’s mee afvallen. Het is wel even wennen om op die dingen te lopen. Alsof je op kussens loopt. En omdat de zool ook nog eens rond loopt heb je af en toe het gevoel dat je achterover keilt
Uit eten
Na een korte rustpauze in het hotel gaan we terug naar het restaurant waar we woensdag een forse hotdog gegeten hebben. De steak van vanavond smaakt erg goed. Als we daarna weer door de stad lopen, worden we ineens geconfronteerd met hele hordes verklede fietsers. Heeft alles met Halloween te maken. Er zitten hele grappige kostuums bij. Maar de meest opvallende is wel de man met een Kerstmanmuts op en een paar schoenen met witte sokken. Verder noem ik niets omdat hij ook niets aan heeft: klopt hij zit naakt op de fiets. En het begint toch al wat later en daardoor wat kouder te worden. Een tijdje later zien we hem nog steeds met de hele groep rondrijden, nog steeds in zijn blootje.
In de tussentijd heb ik nog een spijkerbroek gekocht, een sms naar mijn zoon gestuurd voor de maat van zijn twee dochtertjes en om te vragen of die Amerikaanse spellen ook op de Nederlandse PS3 spelen (ben bang van niet, helaas: want ze hebben hier spellen die vrijwel nooit in Nederland uitgebracht worden, zoals honkbal).
Bij ons rondje door de stad komt er een jonge man op ons aflopen met zijn hand uitgestoken. Hij wil zeker wat geld hebben en hij vraagt erbij of wij hem kunnen helpen want hij probeert dronken te worden. Ik wens hem Good Luck. Later ziet Marja hem zitten met een bord waarop staat dat hij studie doet naar het dronken worden en dat hij daar geld voor nodig heeft. Een aardig afstudeerproject. Maar wij geloven hem niet zo.
Nog een starbucs
Weer terug in onze hotelkamer (ja we lopen wat af, maar met die nieuwe schoenen lijkt het allemaal wel wat soepeler te gaan) maken we de kamer een beetje aan kant (voor zover dat gaat) en Marja gaat even op internet en ik kijk even televisie.
Als Marja daarna een sigaretje wil roken loop ik even mee. Heb jij geld bij je vraagt ze als we beneden zijn. Nee. Nou ga halen dan kunnen we nog even een Starbuckje halen. Dus ik weer naar de 25e en weer terug naar beneden. Koffie gehaald en weer terug naar boven. Daar ligt Marja nu te slapen en ik het verslagje te tikken, met nog één hele dag voor ons. Wat we gaan doen weten we nog niet en hangt ook een beetje van het weer af. Maar dat zien we wel. We gaan eerst eens uitproberen hoe dat bed hier in dat hotel slaapt. Het voelt wel goed, dus misschien dat we wel een beetje uitslapen. Jullie lezen het allemaal in ons waarschijnlijk laatste verslagje voor deze reis.
Terug naar boven
Dag 31: Vrijdag 30 Oktober 2009
Van: San Francisco, CA, United StatesNaar: San Francisco, CA, United States
Dan heb je een kamer op de 25e verdieping. Met uitzicht. En dan sta je op rond een uur of acht en dan hangt de stad in een dikje wolk van mist. De gebouwen direct aan de overkant zijn nauwelijks nog te zien. En we willen gaan fietsen vandaag. Naar het Golden Gate Park. Maar eerst ontbuiten. Bij Lori’s Dinner. Zo’n zaak in de sfeer van de jaren zestig. Muziek incluis. Zitten we weer aan een ontbijt met worstjes, gebakken of scrambled ei, pancake, spek en een glas verse sinaasappelsap.
Met de cable car
Na het ontbijt nog even terug naar het hotel. Want de mist begint al aardig op te trekken en het ziet er naar uit dat het toch weer warm wordt (31 oktober en in een t-shirtje buiten lopen!!). Daarna naar de Cable-car. We besluiten twee haltes verder te gaan staan, want aan het beginpunt is het wel erg druk. Bij die halte zijn we de eersten die daar staan. Maar dat is geen garantie dat je vervolgens ook als eerste in de volgende cable-car kan stappen. De mensen die aan het eind van de rij staan hebben het geluk dat de cable-car niet helemaal doorrijdt naar het begin van de halte. Dat gebeurt dus twee keer dat de mensen na ons eerder instappen. Als een echtpaar dat net komt aanlopen vraagt waar het eind van de rij is wijs ik dan ook naar voren. Gelukkig rijdt de cable-car daarna niet wel helemaal door naar het begin van de halte. Anders hadden we er nog langer gestaan.
Als sardientjes in een blik rijden we vervolgens naar de pieren.
Nog een keer fietsen
En dan begint ons grote fiets-avontuur. Het eerste stuk – hetzelfde stuk als toen we de Golden Gate Bridge deden – gaat nog goed. Dat kennen we nog. Bij de brug moeten we een stuk naar boven (pffff dat valt weer niet mee). En daar gaan we – volgens de aanwijzingen - links af Lincoln Boulevard op. Als we een eindje verder zijn beginnen we een flauw vermoeden te krijgen dat we niet helemaal goed zitten. Nou is het kaartje dat we hebben meegekregen ook niet echt gedetailleerd, maar de paar namen die erop staan komen niet echt overeen met de straatnamen die we op de bordjes om ons heen zien. We gaan nog een paar keer rechts en links af en dan zijn we helemaal de weg kwijt. Dan zien we een paar dames lopen die ons weer een eind op weg helpen. Inmiddels is er al weer een aardige tijd verlopen (het zou drie en een half uur kosten om heen en terug te fietsen en daar hebben we op dat moment al een aardig stuk van opgesoupeerd). Als we op de aanwijzingen van de dames eerst een stuk trail hebben gevolgd (meer lopend dan fietsend, zo stijl is het) komen we boven aan op Arguellero (of zoiets). Die volgen we een honderd meter naar links en dan staan we boven aan een lange, lange weg die ons bij het park moet brengen. Heel in de verte zien we de groene bomen van het park. En niet alleen dat: hij gaat alleen maar naar beneden. En dat betekent dat we die weg op de terugweg ook weer naar boven moeten! Kom zegt Marja, we gaan terug. Ik ben het daar onmiddellijk mee eens. Dus omgekeerd en nu over de geasfalteerde weg terug naar ons beginpunt. Onderweg doen we nog even “Inspirationpoint” aan, waar we nog wat leuke foto’s maken van de Bay.
Weer naar Starbucs
Als we de fietsen ingeleverd hebben gaan we naar het begin/eind-punt van de cable-car. Maar het is zaterdag en dus vreselijk druk. Er staat een behoorlijk lange rij. Gelukkig is er ook een Star-bucks op de hoek, waar we eerst een lekker bakkie koffie halen en een Double Iced Lemon Cake koek. Als we die op hebben is de rij alleen maar groter geworden. Wat te doen. We denken dat we meer geluk hebben als we een paar haltes langs de routes de cable-car tegemoet lopen. Zo gezegd zo gedaan. Langs Columbus richting Powell-street. Als we Powell inkijken loopt deze wel erg steil omhoog. Dan maar een stukje verder langs Stockton. Deze loopt redelijk vlak. En we zien ook nog een stukje van China-town. Marja koopt nog een paar reasenably priced riemen voor rond haar koffer, die het dreigt te begeven. En dan zijn we bijna weer bij het hotel. Op de hoek van Powel (waar de Cable-car begint) is het nog steeds een drukte van jewelste. En er lopen al heel wat mensen verkleed rond vanwege Halloween. Het zijn vooral de mannen die verkleed zijn. De meisjes zijn meestal alleen maar redelijk schaars gekleed. Alhoewel er ook wel in rare pakkies rondlopen.
Nog even bij Levi’s gekeken voor spijkerbroekjes voor mijn kleindochters. Maar helaas: de maten zijn nog veel te groot en kleine hebben ze al helemaal niet.
Halloween
Na een laatste dinner bij Max’s en nog een Star-bucks terug naar het hotel voor onze laatste nacht in Amerika. We gaan alleen nog even naar beneden om al die mensen in hun Scooby Doo en piratenpakjes rond te zien lopen. Ik vergelijk het met carnaval in Nederland. Maar zegt Marja, daar lopen er maar een paar verkleed en de rest loopt in een boerenkiel.
Morgen vroeg op om nog een keertje te ontbijten bij Lori en dan waarschijnlijk al maar vroeg naar het vliegveld (waar ik nu dit verslagje zit te tikken).
Laatste verslag
Dit is denk ik het laatste verslag, want ik denk dat niemand zit te wachten op een verslag van onze vliegreis terug (tenzij er iets bijzonders gebeurd). Volgend jaar gaan we weer verder. Marja wil nog wel een soort opsomming maken van de reis, met de gereden kilometers, de campgrounds en parken die we hebben aangedaan en zo. Ook wil ze de filmpjes die we gemaakt hebben (als we eenmaal thuis zijn) nog aan de site toevoegen, zodat deze helemaal compleet is.
Voorlopig dus: leuk dat jullie ons gevolgd hebben op onze eerste reis en hebben gereageerd in het gastenboek. Dat geeft zo’n reis iets extra’s.
Tot volgend jaar.
Met de cable car
Na het ontbijt nog even terug naar het hotel. Want de mist begint al aardig op te trekken en het ziet er naar uit dat het toch weer warm wordt (31 oktober en in een t-shirtje buiten lopen!!). Daarna naar de Cable-car. We besluiten twee haltes verder te gaan staan, want aan het beginpunt is het wel erg druk. Bij die halte zijn we de eersten die daar staan. Maar dat is geen garantie dat je vervolgens ook als eerste in de volgende cable-car kan stappen. De mensen die aan het eind van de rij staan hebben het geluk dat de cable-car niet helemaal doorrijdt naar het begin van de halte. Dat gebeurt dus twee keer dat de mensen na ons eerder instappen. Als een echtpaar dat net komt aanlopen vraagt waar het eind van de rij is wijs ik dan ook naar voren. Gelukkig rijdt de cable-car daarna niet wel helemaal door naar het begin van de halte. Anders hadden we er nog langer gestaan.
Als sardientjes in een blik rijden we vervolgens naar de pieren.
Nog een keer fietsen
En dan begint ons grote fiets-avontuur. Het eerste stuk – hetzelfde stuk als toen we de Golden Gate Bridge deden – gaat nog goed. Dat kennen we nog. Bij de brug moeten we een stuk naar boven (pffff dat valt weer niet mee). En daar gaan we – volgens de aanwijzingen - links af Lincoln Boulevard op. Als we een eindje verder zijn beginnen we een flauw vermoeden te krijgen dat we niet helemaal goed zitten. Nou is het kaartje dat we hebben meegekregen ook niet echt gedetailleerd, maar de paar namen die erop staan komen niet echt overeen met de straatnamen die we op de bordjes om ons heen zien. We gaan nog een paar keer rechts en links af en dan zijn we helemaal de weg kwijt. Dan zien we een paar dames lopen die ons weer een eind op weg helpen. Inmiddels is er al weer een aardige tijd verlopen (het zou drie en een half uur kosten om heen en terug te fietsen en daar hebben we op dat moment al een aardig stuk van opgesoupeerd). Als we op de aanwijzingen van de dames eerst een stuk trail hebben gevolgd (meer lopend dan fietsend, zo stijl is het) komen we boven aan op Arguellero (of zoiets). Die volgen we een honderd meter naar links en dan staan we boven aan een lange, lange weg die ons bij het park moet brengen. Heel in de verte zien we de groene bomen van het park. En niet alleen dat: hij gaat alleen maar naar beneden. En dat betekent dat we die weg op de terugweg ook weer naar boven moeten! Kom zegt Marja, we gaan terug. Ik ben het daar onmiddellijk mee eens. Dus omgekeerd en nu over de geasfalteerde weg terug naar ons beginpunt. Onderweg doen we nog even “Inspirationpoint” aan, waar we nog wat leuke foto’s maken van de Bay.
Weer naar Starbucs
Als we de fietsen ingeleverd hebben gaan we naar het begin/eind-punt van de cable-car. Maar het is zaterdag en dus vreselijk druk. Er staat een behoorlijk lange rij. Gelukkig is er ook een Star-bucks op de hoek, waar we eerst een lekker bakkie koffie halen en een Double Iced Lemon Cake koek. Als we die op hebben is de rij alleen maar groter geworden. Wat te doen. We denken dat we meer geluk hebben als we een paar haltes langs de routes de cable-car tegemoet lopen. Zo gezegd zo gedaan. Langs Columbus richting Powell-street. Als we Powell inkijken loopt deze wel erg steil omhoog. Dan maar een stukje verder langs Stockton. Deze loopt redelijk vlak. En we zien ook nog een stukje van China-town. Marja koopt nog een paar reasenably priced riemen voor rond haar koffer, die het dreigt te begeven. En dan zijn we bijna weer bij het hotel. Op de hoek van Powel (waar de Cable-car begint) is het nog steeds een drukte van jewelste. En er lopen al heel wat mensen verkleed rond vanwege Halloween. Het zijn vooral de mannen die verkleed zijn. De meisjes zijn meestal alleen maar redelijk schaars gekleed. Alhoewel er ook wel in rare pakkies rondlopen.
Nog even bij Levi’s gekeken voor spijkerbroekjes voor mijn kleindochters. Maar helaas: de maten zijn nog veel te groot en kleine hebben ze al helemaal niet.
Halloween
Na een laatste dinner bij Max’s en nog een Star-bucks terug naar het hotel voor onze laatste nacht in Amerika. We gaan alleen nog even naar beneden om al die mensen in hun Scooby Doo en piratenpakjes rond te zien lopen. Ik vergelijk het met carnaval in Nederland. Maar zegt Marja, daar lopen er maar een paar verkleed en de rest loopt in een boerenkiel.
Morgen vroeg op om nog een keertje te ontbijten bij Lori en dan waarschijnlijk al maar vroeg naar het vliegveld (waar ik nu dit verslagje zit te tikken).
Laatste verslag
Dit is denk ik het laatste verslag, want ik denk dat niemand zit te wachten op een verslag van onze vliegreis terug (tenzij er iets bijzonders gebeurd). Volgend jaar gaan we weer verder. Marja wil nog wel een soort opsomming maken van de reis, met de gereden kilometers, de campgrounds en parken die we hebben aangedaan en zo. Ook wil ze de filmpjes die we gemaakt hebben (als we eenmaal thuis zijn) nog aan de site toevoegen, zodat deze helemaal compleet is.
Voorlopig dus: leuk dat jullie ons gevolgd hebben op onze eerste reis en hebben gereageerd in het gastenboek. Dat geeft zo’n reis iets extra’s.
Tot volgend jaar.
Terug naar boven
Dag 32: Zaterdag 31 Oktober 2009
Van: San Francisco, CA, United StatesNaar: San Francisco, CA, United States
We zijn weer thuis, na 33 dagen reizen door Zuid-west Amerika. Het was een geweldige reis, waarin we veel, heel veel gezien en gedaan hebben. En ook nog heel veel niet gezien hebben. Daarvoor moeten we nog eens een keertje terug.
Getallen
We hebben 3461 miles gereden (3500 miles ingeschat) dit zijn 5537,6 kilometers en voor 1111 dolar getankt (hoe krijg je het voor elkaar!) dit is 752 euro.
Wij hebben 21 campings bezocht. Waarvan de campings in de Nationale parken toch wel onze voorkeur hadden. Lekker in de natuur staan, 's avonds barbeknoeien en fikkie stoken (voor zover we het vuur aankregen) was toch wel erg leuk.
Opvallend was de rust en de stilte die toch wel op iedere camping heerste, ook die niet in natuurparken lagen. Wij hadden dit nog nooit gedaan, en waren een beetje bang voor zuid europeese toestanden op campings (lallende en schreeuwende mensen en kinderen), maar dat was absoluut niet zo.
Meer natuurmensen
We zijn er achter gekomen dat we toch veel meer natuurmensen als stadsmensen zijn. De overweldigende rust, de uitzichten, na iedere hoek weer een ander uitzicht, in n woord geweldig! De leukste stad die we hebben bezocht, was toch wel San Francisco, met San Diego als goede tweede. Las Vegas is leuk om gezien te hebben, maar wat waren we blij dat we daar weer weg konden. Alhoewel de show van de fonteinen bij Bellagio weer grote indruk op ons gemaakt heeft.
Mooiste ervaring
Mijn mooiste ervaringen(Marja): Waren Monument Valley-de zon onder zien gaan, terwijl we in de Lodge aan het eten waren, zorgde voor een behoorlijke brok in mijn keel. Death Valley heeft grote indruk op mij gemaakt. Er is niets en toch zo veel! De Fruita campground met zijn herten, heel bijzonder. En natuurlijk niet te vergeten de Show van Shamu in Sea World, die ga ik zeker nog een keer zien. Hier zaten we beide met tranen in de ogen.
Volgend jaar gaan we weer, niet hetzelfde rondje maar starten we en eindigen we in Denver. We hebben geleerd van deze reis, en willen er volgend jaar meer rust in bouwen, zodat we meer kunnen genieten van de plekken die we bezoeken en van onze camper.
Alle mensen die zo enthousiast gereageerd hebben in ons gastenboek: Heel hartelijk bedankt hiervoor! Het is zo leuk om al die reacties te lezen.
Nu nog de laatste foto's bewerken en uploaden, een aantal filpjes uploaden en plaatsen en dan is dit verslag compleet.
Tot volgend jaar!!
Getallen
We hebben 3461 miles gereden (3500 miles ingeschat) dit zijn 5537,6 kilometers en voor 1111 dolar getankt (hoe krijg je het voor elkaar!) dit is 752 euro.
Wij hebben 21 campings bezocht. Waarvan de campings in de Nationale parken toch wel onze voorkeur hadden. Lekker in de natuur staan, 's avonds barbeknoeien en fikkie stoken (voor zover we het vuur aankregen) was toch wel erg leuk.
Opvallend was de rust en de stilte die toch wel op iedere camping heerste, ook die niet in natuurparken lagen. Wij hadden dit nog nooit gedaan, en waren een beetje bang voor zuid europeese toestanden op campings (lallende en schreeuwende mensen en kinderen), maar dat was absoluut niet zo.
Meer natuurmensen
We zijn er achter gekomen dat we toch veel meer natuurmensen als stadsmensen zijn. De overweldigende rust, de uitzichten, na iedere hoek weer een ander uitzicht, in n woord geweldig! De leukste stad die we hebben bezocht, was toch wel San Francisco, met San Diego als goede tweede. Las Vegas is leuk om gezien te hebben, maar wat waren we blij dat we daar weer weg konden. Alhoewel de show van de fonteinen bij Bellagio weer grote indruk op ons gemaakt heeft.
Mooiste ervaring
Mijn mooiste ervaringen(Marja): Waren Monument Valley-de zon onder zien gaan, terwijl we in de Lodge aan het eten waren, zorgde voor een behoorlijke brok in mijn keel. Death Valley heeft grote indruk op mij gemaakt. Er is niets en toch zo veel! De Fruita campground met zijn herten, heel bijzonder. En natuurlijk niet te vergeten de Show van Shamu in Sea World, die ga ik zeker nog een keer zien. Hier zaten we beide met tranen in de ogen.
Volgend jaar gaan we weer, niet hetzelfde rondje maar starten we en eindigen we in Denver. We hebben geleerd van deze reis, en willen er volgend jaar meer rust in bouwen, zodat we meer kunnen genieten van de plekken die we bezoeken en van onze camper.
Alle mensen die zo enthousiast gereageerd hebben in ons gastenboek: Heel hartelijk bedankt hiervoor! Het is zo leuk om al die reacties te lezen.
Nu nog de laatste foto's bewerken en uploaden, een aantal filpjes uploaden en plaatsen en dan is dit verslag compleet.
Tot volgend jaar!!
Aantal keren bezocht: 14606